Geocachingverhalen uit het verleden: tijgermuggen en heiligen rondom Scherp-Zichem

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 23 juni 2008:

Anke en ik gingen weer eens op slagdag bij de zuiderburen.

Het verhaal:

Mijn droom is nog steeds om ooit als Nederlander Kilocacher (dus 1000 Belgische geocachingfounds) in België te worden. Daarom gingen Anke en ik weer een keer een dagje cachen over de grens.

Mijn keuze was gevallen op Rondje Scherp-Zichem, een relatief nieuwe serie in België die bestaat uit regulars en korte (off-set) multi’s. We hadden het complete Rondje S-Z bij, de serie Brabantia Flandrensis en nog wat oppikkers die daar ook lagen. Het doel was om de 800ste found te scoren die dag, maar eigenlijk hoopten we het rondje compleet af te kunnen ronden en dus heel veel geocaches te vinden. Het verliep allemaal een beetje anders. De caches bleken flinke afwijkingen te hebben. Maar wij hadden de spoilerfoto’s niet mee uitgeprint, die we toch echt nodig hadden (en toen hadden we nog geen telefoons met internet). Daarnaast was T.T. kapot, dus die kon ook al niet mee, we moesten dus op de kaart en de GPS rijden. Ook zonder T.T. stonden we binnen het uur in Zichem. Daar vonden we de eerste cache snel, maar die was al met een afwijking. We gingen verder met de eerste twee BF’s, die we ook relatief snel vonden, na stukjes wandelen.

Hierna ging het fout, er kwamen een hoop not-founds insluipen. Af en toe zagen we het niet meer zo zitten en het dagdoel werd steeds verder naar beneden geschroeft. Het dieptepunt van de dag was de Voortberg. Deze berg ligt zomaar ineens midden in het landschap en is begroeit met een bos. Wij kwamen natuurlijk van de verkeerde kant af en moesten helemaal om de berg heenlopen, voor we er op konden klimmen. Het was ondertussen behoorlijk warm geworden, dus wij zweetten ons te pletter en werden lek gestoken door de grote hoeveelheid muggen die de berg als thuisbasis hadden uitgekozen. Omdat de meeste muggen groot en gestreept waren, doopte ik ze om tot tijgermuggen. Nadat we 3x de berg op en neer waren geklommen, hadden we wel de Dwarf-Doc (van een serie rond de 7 Dwergen van Sneeuwwitje) en de BF-Voortberg gevonden, maar niet de Rondje S-Z Voortberg-cache. Die lag volgens onze berekening aan de andere kant van het spoor, maar daar konden we niet komen vanaf de berg.

Lichtjes gefrustreerd gingen we verder met andere caches. We vonden toch nog wel het een en ander, vooral veel bij kapelletjes, waar ze er in België heel veel van hebben.

Het volgende dieptepunt beleefden we op een andere berg, de Wijngaartberg. Nadat we eindelijk hadden gevonden hoe we over een volgens ons prive-terrein via een hekje op de berg konden komen, konden we de cache niet vinden. We weten nu alles over Leo Leander Bekaert (een staalfabrikant), maar waar die cache nu zat??? Echt geen idee. Voor deze frusti moeten we dus nog eens terug.

Tegen etenstijd kwamen we terecht in het bedevaart-oord Scherpenheuvel. Hier hadden wij even niet op gerekend. Bussen vol heilige oudere mensen werden afgeleverd bij de abdij van Scherpenheuvel. Op straat stonden kraampjes vol met heiligenbeelden.

Wij moesten voor 1 cache ook vragen beantwoorden bij de abdij. Zelfs voor de raampjes van het toiletgebouw stonden heiligenbeelden. Wie waren eigenlijk op zoek naar een frietkot, want we hadden honger. In Scherpenheuvel bleek geen friet te verkrijgen. Pas een paar caches later vonden wel wel een frietkot. Hier kregen we geen grote friet, maar een gigantische friet. Toen we die op hadden, vormde dat genoeg brandstof voor de rest van de caches.

We cachten door tot het bijna donker was, maar toen hadden we lang niet alle caches van het programma gevonden. Dat was een beetje jammer. Goed, ondanks dat deze dag niet helemaal naar wens verliep hadden we toch behoorlijk wat caches gevonden, namelijk 22.

Wij moeten dus nog een keertje terug om de series af te gaan maken. Dat zal waarschijnlijk pas volgend jaar worden.

Wat ik hier op 23 juni 2022 nog aan toe te voegen heb:

Tja, dit soort dagen zou ik nu niet meer doen. Zoveel met de auto rondrijden. Liever een lekkere wandeling met een paar geocaches. Die Voortberg kan ik mij nog goed herinneren en ook de tijgermuggen. En dat heilige Scherpenheuvel ook. Volgens mij zijn we idd nog een keer terug geweest, maar dat weet ik niet helemaal zeker.

Geocachingverhalen uit het verleden: First to Find bij een plaatselijke earthcache

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 10 maart 2008:

Er kwam ’s avonds een nieuwe earthcache online bij het Wolfsputven in onze woonplaats Oisterwijk. Wij besloten daar dus nog naar toe te gaan voor de First to Find of eigenlijk beter gezegd First to Log, want bij een earthcache moet je een opdracht vervullen en vind je geen fysieke cache.

Het verhaal:

Ja, we hadden afgesproken om van die FTF-races geen gewoonte te maken (eerder dit jaar scoorden we onze allereerste FTF). Maar ja, als er dan ’s avonds een nieuwe cache in onze eigen woonplaats Oisterwijk online komt, kunnen we het natuurlijk niet laten. We wilden vooral een andere plaatselijke geocacher voor zijn.

Dus reden we (Anke, Pien en ik) in het donker naar het Wolfsputven. Heel lui met de auto. Van elke auto die voor ons of achter ons reed, dachten we dat het die andere Oisterwijkse geocacher was. Ondertussen ook al uitgevochten dat de Heideroosjes de FTF zouden krijgen en Nopi de STF, wij hadden de cache tenslotte ontdekt.

Op de donkere foto’s is het ven nauwelijks te zien en wij staan er heel erg dom op. Ter bewijs ook nog maar wat foto’s bij het informatiebord gemaakt. Thuis natuurlijk meteen loggen, sterker nog, de computer stond nog aan.

De plaatsgenoot scoorde uiteindelijk de TTF. In zijn log schreef hij over “Mij bekende, Oisterwijkse, fanatieke dames, die mij voor zijn geweest.”

Wat ik hier op 10 maart 2022 nog aan toe te voegen heb:

Oei, ik heb vrij veel uit dit stukje geknipt om de privacy van de andere geocacher te waarborgen. Veertien jaar later vind ik ons gedrag die avond eigenlijk een beetje puberaal, haha. Eremetaal heeft mij (ons) nooit zo heel erg veel geboeid. We hebben er een paar, maar de laatste top-3-notering is al jaren geleden. Toch is een FTF in je eigen woonplaats wel leuk. Uiteindelijk bleken earthcaches niet mee te tellen voor het eremetaal-klassement, dus we hadden net zo goed een paar dagen later bij daglicht op de fiets kunnen gaan. Later vestigde de kanovereniging zich op het terrein bij ’t Staalbergven, het ven naast het Wolfsputven en toen kwamen we er dus supervaak langs.

Geocachingverhalen uit het verleden: glibberen in Luxemburg

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 17 februari 2010

Anke, Stephanie en ik waren op een soort van ongewenste wintervakantie in Luxemburg. Wintersport was absoluut niet ons doel, wij wilden geocachen. Maar helaas was er in de dagen voor wij aankwamen hevige sneeuwval geweest, dus de binnenwegen lagen nog vol ijs en sneeuw.

Het verhaal:

Vandaag was de sneeuw afgelost door de regen. Ondanks het slechte weer wilden we toch een poging wagen om te gaan geocachen.

We besloten de dag met een multi te beginnen en omdat ik Hoofd Geocaching ben, koos ik uit welke. Ik vond een cache met de naam Ridderpad erg aantrekkelijk klinken, dus werd het die. De navigatie stuurde ons naar een vage parkeerplek midden op een berghelling, maar we ontdekten aan de overkant van de weg inderdaad een wandelpadbordje met de naam “Ritterpfad” erop. Het was maar een korte multi die in een beetje een vaag rondje liep. De afwijking was groot en we hebben nog best lang naar de cache moeten zoeken, maar gelukkig wel gevonden.

Ons volgende project was de derde cache van de (oorspronkelijk uit Nederland afkomstige) eigenaars van het huisjespark waar wij voor het tweede jaar achter elkaar zaten (we hadden zelfs hetzelfde huisje). Zij deden ook aan geocaching, maar ze waren er vorig jaar nogal van onder de indruk dat wij tijdens een week vakantie evenveel geocaches hadden gevonden als zijzelf gedurende hun gehele cache-carrière. Toen we ons dit jaar kwamen aanmelden bij de receptie, herkende de mevrouw ons meteen van vorig jaar en ze vertelde vertelde voorzichtig dat ze laatst nog op de site van het geocachen had gezien dat er veel nieuwe caches in de omgeving waren bijgekomen. Ja, dat hadden wij natuurlijk ook gezien en was een van de redenen waarom we weer terug waren gekomen naar de huisjespark, haha. Maar dat begreep ze zelf ook wel, volgens mij.

Maar goed, de eigenaars van het huisjespark hadden zelf drie caches verstopt. Twee daarvan liggen op de Hondsbierg zelf en die hadden we vorig jaar al gevonden. Maar het was ons niet gelukt om hun derde cache: A little piece of history te bereiken, we hadden ons klem gereden op een akker bij een bedrijf met een woest blaffende waakhond. Nu zag ik dat er in de beschrijving een parkeercoördinaat werd aangegeven. Die parkeerplaats bleek maar 200 meter van de “parkeerplaats” van Ritterpfad af te zijn. Dus wij daarheen en na wat verkenning besloten we dat de auto daar wel kon staan (er lag nog steeds veel sneeuw en niet alles langs de steile bergweggetjes zag er even betrouwbaar uit). Na een wandeltocht door de sneeuw kwamen we uit bij een klein Maria-kappelletje in de rotsen. Maria-im-Stein is de meestgebruikte naam voor kapellen in Luxemburg, zo ook voor deze. Het was inderdaad wel een apart plekje. Nadat we de cache hebben gelogd (er zaten allemaal flessenopeners met het logo van het huisjespark in) hebben we er nog een tijdje rondgehangen om gekke foto’s te maken in de rotsopening. Daarna weer terug gehiked door de sneeuw en de auto weer de weg opgeduwd voor de volgende cache.

We konden de cache bij het kunstwerk van de wolf/vos helaas niet vinden, maar de volgende: Hougeriicht was een echte oppikker, hij lag ook echt op een parkeerplaats langs de weg en was heel snel gevonden en gelogd.

Felsenfeste “Reloaded” was heel andere koek. Vorig jaar hadden we die ook al proberen te bereiken, maar toen konden we geen goede parkeerplaats vinden. Nu wel, dus konden we op jacht. Eragon (mijn toenmalige gps) deed een beetje vervelend, waarschijnlijk vanwege slechte ontvangst door de regen en de bewolking, dus moesten we voor ons gevoel een eind omlopen, door een overigens mooi gebied met bergen en rotsen en een smal wildwaterriviertje. Uiteindelijk kwamen we aan bij de ruïne boven op de rotsen. Heel gaaf om te zien, maar we zochten ons een ongeluk naar de cache. Stephanie en ik zijn nog over een heel eng rotsrandje gekropen, dat glad was van de sneeuw en met aan een kant een afgrond en aan de andere kant de binnenplaats van de ruïne. Dus het is beter dat onze moeders dat nooit te weten komen (het is twaalf jaar geleden, mam, toen ik nog jong en onbezonnen was). Toen ik eindelijk weer van het rotsrandje af was, had ik eigenlijk wel genoeg van deze cache, dus ging ik uit de ruïne. Terwijl ik zat te wachten op het bankje tot Anke en Stephanie ook genoeg hadden van het zoeken schreeuwde Stephanie vanboven mijn hoofd dat ze de cache had gevonden, toch op het hoge stukje waar je kwam als je over het rotsrandje kroop. Dus hiermee werd ze tot held van de dag gekroond, ook al beweerde ze de rest van de dag dat ze niet voor de Heideroosjes heeft gelogd (Stephanie heeft een eigen team).

Na onze avonturen op de Felsenfeste deden we twee oppikkers van de serie AL Anno-Lëtz. Je moest twee caches doen, waarbij in elke cache een stuk van het coördinaat voor de bonus zat verstopt. Die bonus hebben we alleen niet meer gedaan, omdat je daar alleen kon komen over een weggetje dat bestemmingsverkeer aangaf en wat nog helemaal vol ijzel lag. Uit veiligheidsoverwegingen hebben we die toen maar laten schieten. Hetzelfde gold voor de Vugelsmillen. We hebben de cache wel zien liggen. Het was een soort van stuw, maar dan wel een die zich over twintig meter breedte in watervallen van enkele meters hoog naar beneden stortte. In het midden van de eerste twee watervallen stond een soort van ijzeren afscheidingstorentje en hierin lag de cache. Je kon hem zien liggen. Het was de bedoeling dat je over een betonnen randje langs de rand van de watervallen naar het ijzeren torentje toe liep. Stephanies ogen begonnen te glanzen, maar ik heb haar (als oudste van het drietal) toch verboden om het te doen. Het moet wel leuk blijven en ik vind niet dat je leven op het spel moet gaan zetten voor een krabbel in een boekje. Felsenfeste was eigenlijk al risico genoeg.

Goed, de laatste cache van de dag leek op de kaart in Eragon een oppikker, maar dat viel nog tegen. McR’s#4 – E klenge Fiels an der Landschaft, een hele mondvol in het Luxemburgs, lag op de berg achter de weg langs de rivier de Sauer. Om precies te zijn: op een erg steile berg. Puffend klommen we de berg op, we hadden het die dag eigenlijk al wel een beetje gehad: door de sneeuw lopen kost meer energie. Maar nu we halverwege waren, wilden we ook die cache hebben. Dus gingen we door tot de cache en we vonden hem ook. Daarna konden we weer terug over de steile berg. Volgens mij normaal gesproken een ATB-route, maar nu was het er spekglad vanwege alle sneeuw en de tot ijs vervormde regen.

Na deze cache dropen we koud en nat af naar ons huisje om te drogen en op te warmen (en spelletjes te spelen, want dat deden we toen ook al vrij fanatiek).

Wat ik hier op 17 februari 2022 nog aan toe te voegen heb:

Buiten de weersomstandigheden (ik haat sneeuw echt heel erg) was Luxemburg toch wel een vrij ideale vakantie: de hele dag geocachen en wandelen in een sprookjesachtige omgeving en dan ’s avonds spelletjes spelen.

Tja, over risico’s die ik heb genomen om caches te loggen zou ik nog veel meer kunnen schrijven. Nu ik ouder en hopelijk wijzer ben, doe ik minder rare dingen.

Geocachingverhalen uit het verleden: de zoektocht naar het rode kruis

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 10 februari 2008

Het was ondertussen bijna een gewoonte geworden dat Anke, haar zusje Pien en ik het nodig vonden om op de ochtend voor een zwembadtraining van de kanovereniging toch nog een cache te gaan doen.

Het verhaal:

Vanwege de kanotraining in de middag moesten we op tijd vertrekken. De zusjes stonden keurig klaar toen ik voorreed met de auto. Ik had mijn zinnen gezet op de mysterie LandArt. Het had mij veel moeite gekost om de puzzel op te lossen. We waren al eerder op zoek geweest naar de cache, maar toen bleek hij geript te zijn. Nu was hij weer online en tot mijn grote woede stond het nu vol met hints om het rode kruis (een kunstwerk) te localiseren. Toen ik de puzzel opgelost had, stonden er nauwelijks hints bij en was het veel moeilijker.

Gelukkig was de cache er nu wel, zelfs precies op de plek waar wij ons toen suf hadden gezocht.

Hierna wilden we eigenlijk Den Bosch op gaan lossen, een puzzelzoektocht. Maar we brachten het er slecht vanaf, we konden helemaal niks vinden, dus gaven we het maar op. Iets anders dan maar, de nieuwe van de Halve Zolen-serie, langs het traject van de voormalige spoorlijn het Halve Zolen Lijntje. Het was alleen nog een heel gedoe om daar te komen met onzichtbare afslagen en wegwerkzaamheden, maar na een hoop gedraai en gekeer op ons favoriete keerpunt in de Bossche binnenstad stonden we dan op het startpunt voor de wandeling over de Halve Zolendijk.

Bekend terrein voor ons, we waren hier allemaal al geweest voor andere caches uit de serie. De Wilg zou dan ook op een punt liggen tussen de Sluis en de Gement in. Pien had de Gement nog niet en daar kwamen we toevallig langs, dus had ze nog een extra cache. Daarna moesten we een bepaald aantal meters lopen vanaf de Gement en dan kwamen we op de verstopplek van de Wilg. Gelukkig klopte het precies. We werden nog wel raar aangekeken door mensen die op een bankje zaten te lunchen, toen wij de bosjes inkropen en er even later weer uitkwamen. Er zat nog wel een coin in de cache, dus dat was mooi meegenomen.

Na deze cache was het tijd om terug te gaan naar Oisterwijk vanwege de kanotraining.

Wat ik hier op 10 februari 2022 nog aan toe te voegen heb:

10 februari is een van de twee (de andere is de datum een dag eerder: 9 februari) 3-cache-data, de meest gewraakte data van mijn Geocaching Datum Project. Ook dit jaar zal deze datum niet vervuld worden, want doordeweekse werkdag. Dus ik ben blij dat we 14 jaar geleden (!) wel twee caches gevonden hebben op deze datum. Ik heb zelfs nog ergens een foto van ons op het rode kruis, maar die ga ik hier niet plaatsen vanwege de privacy.

Het Halve Zolen lijntje bij Den Bosch is tegenwoordig vrij bekend vanwege de wandeling over de Moerputtenbrug, een oude spoorbrug die gerestaureerd is en nu dienst doet als wandelbrug.

Geocachingverhalen uit het verleden: Offline cachen in Wijchen

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 25 november 2007

Net als vorige week een verslag uit 2007, omdat er maar 2x op deze datum is gecachet en de andere keer was ik er zelf niet bij, dus daar is geen verslag van.

Vanwege een storing op de website van geocaching, moesten we het doen met geocaches die al in de gps stonden. Daardoor gingen we opnieuw naar Wijchen, waar we vlak daarvoor ook al eens waren geweest.

Het verhaal

Op zondag zouden Anke en ik samen gaan geocachen, maar toen ik zondagmorgen vroeg de cachedag wilde gaan voorbereiden bleek de website offline te zijn wegens onderhoudswerkszaamheden. Het enige wat er op de hele site te zien was, was een plaatje van Signal (de mascotte van geocaching, een kikker met een signaal op zijn hoofd) met een bult op zijn kop. Balen dus, wat moesten we nu? De keuze viel op caches doen waarvan de coördinaten al in de GPS stonden. Zonder verdere hints of print-outs dus, want die hadden we niet.

Eerst gingen we afrekenen met Werk aan de winkel (A2). We wisten al heel lang waar deze cache ongeveer lag. Ter hoogte van Den Bosch zijn ze aan de A2 aan het werken en ergens bij die wegwerkzaamheden lag een cache verstopt. We waren er al vaak over de snelweg langs geraasd, maar de clou was dat je de cachelocatie alleen vanaf een bepaalde binnendoorweg kon bereiken. Team Softie legde ons uit welke afrit we moesten nemen. Dus Anke en ik hadden al eens op de cache-locatie gestaan, maar de cache niet gevonden. Vandaag dan nog maar een keertje terug. Het ding bleek gewoon heel sneaky verstopt te zijn en wij hadden gewoon niet goed genoeg gezocht. De altijd reserve-cache op de lijst, die langzamerhand een frustratie was geworden, was eindelijk gevonden.

Hierna gingen we door voor het TB Hotel in Den Bosch, ook al zo’n cache die heel vaak als reserve op de lijst had gestaan, maar waar we nooit aan toegekomen waren. We moesten op een heel rare plek parkeren en daarna langs een rivier en door een bos met vreemde inkervingen in de bomen lopen voor we de cache gevonden. Die bomen waren best wel eng, alsof er een of andere rare sekte daar een ritueel had gehouden. Voor een TB-hotel zaten er maar heel weinig travelbugs in en ik had geen zin om ze allemaal te loggen, dus maar 1 ding geruild.

Dit keer gingen we over de snelweg naar Wijchen om het rondje af te maken. We hadden nu de ene weg die we de keer ervoor niet hadden gevonden wel gevonden, het bleek een doodlopende weg te zijn en daarom hadden wij die overgeslagen. Het weggetje bracht ons bij de cache. De hint was onder een grote kei, maar het pad werd daar geblokkeerd door een stuk of zes van dat soort exemplaren. Het was nog even zoeken voor we de micro gevonden hadden. Hierna begon het geweldig leuke keren op een heel smal paadje met weinig ruimte. Ik zei een beetje gemeen: “Ja, Anke jij wilde hier in rijden, we hadden ook kunnen lopen.” Maar het lukte haar toch, het voordeel van een kleine auto.

Ik was ondertussen de ingewikkelde eindberekening aan het maken. Die was met allerlei belachelijk grote getallen en een beetje vreemd. Maar het coördinaat wat er uitkwam was op zich wel geloofwaardig, dus we besloten een kijkje te gaan nemen. We belandden bij een of andere vage sportclub. Wij gingen vlug het bos in. Daar bleek de cache gelukkig te zijn. We hadden de serie voltooid. Achteraf blijkt de maker van deze serie nog maar een jongentje te zijn van brugklasser-leeftijd. Dus best knap dat hij dan toch zoiets kan onderhouden al dan niet met hulp van zijn ouders (?).

Wij gingen verder met de Euro Cache en de Theme Cache, twee caches van dezelfde maker die wij in een wandeling oppikten. Omdat het ondertussen was gaan regenen en we in een bos met hoge bomen waren had GPS niet zo’n geweldig bereik en moesten we naar allebei wel even zoeken. Anke vond de eerste en ik de tweede. In de Euro Cache moest je eigenlijk dingetjes ter waarde van 1 euro ruilen. De Theme Cache had elk seizoen een ander thema en je moest ruilen binnen het thema. Maar wij hadden geen ruilmateriaal bij, dus konden niet meedoen.

We eindigden met de Thee Cache, die ons bij een eerdere poging al 50 euro aan een parkeerboete had gekost en die we niet eens gevonden hadden. De enige verkeersboete die ik vooralsnog in mijn leven heb gekregen en nog een erg zure ook, omdat we er nog geen kwartier hebben gestaan… Dit keer kwamen we met de auto vanaf de andere kant en zagen we meteen de objecten uit de hint. Daar lag de cache, maar wel met een dikke vette afwijking van 25 meter. Maar we hadden deze dure cache dan toch gevonden. Je moest er eigenlijk theezakje in ruilen, maar wij hoeven geen thee die al dagenlang buiten heeft gelegen, eerlijk gezegd. Het idee is leuk, maar de uitvoering matig met een lek bakje en een doorgeregende, kapotte plastic zak.

We probeerden hierna nog een cache (Buitensporig), maar die konden we niet vinden, dus reden we maar naar huis. We hadden genoeg van al het op en neer rijden en het was alweer bijna donker.

Wat ik hier op 25 november 2021 nog aan toe te voegen heb:

Owh ja, die vreselijke parkeerboete! Het is nog altijd mijn enige verkeersboete ooit; ik ben heel braaf en heb nog nooit een boete gekregen voor te hard rijden.

Verder zou ik er nu de voorkeur aan geven om de caches tijdens een wandeling op te pikken i.p.v. met de auto.

Geocachingverhalen uit het verleden: Het geheim van Elzenburg

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 18 november 2007

We gingen met acht vrouwen (allemaal familieleden van Anke, behalve ik dan) sterk op pad om het geheim van Elzenburg te ontrafelen.

Het verhaal

Het Geheim van Elzenburg was een nieuwe multi-cache in Vught en volgens de logjes van de mensen die hem al gelopen hadden, was hij erg leuk. We liepen samen met de geocachende familieleden van Anke: team Nopi en team Softie.

Met drie volledige teams moest het ons zeker wel gaan lukken om het geheim van Elzenburg te ontrafelen. Het begon al met een hoop gelach, want je mocht alleen maar op de kleine parkeerplaats bij het startpunt parkeren als je een papiertje op je auto plakte dat je een geocacher was. Je moest ook nog aanbellen bij het nabijgelegen gebouw om te gaan vertellen dat je ging geocachen. Op zondagmorgen om elf uur, deed er natuurlijk geen hond open. Dan maar op pad zonder de toestemming van de Stichting Markgraff.

Het Geheim van Elzenburg is een leuk in elkaar gezette multi-cache. Je doet een soort van cluedo-spel om te weten te komen wat er is gebeurd. Op elke waypoint vind je een aanwijzing. Die variëren van vliegtuigonderdelen tot paspoorten en persoonsbewijzen. We kwamen ook nog langs een klein (privé???)-kerkhof in de bossen, waar we nog nooit van gehoord hadden.

Het vreemdste waypoint was dat waar we een vreemd object tegenkwamen, een sterkte magneet aan een lange kabel. Wij stonden er alle acht vertwijfeld naar te kijken. Op het volgende waypoint werd alles duidelijk: dat was een halve meter diepe schacht en daar moest je dus een magnetisch iets uit opvissen. Iemand rende terug naar het vorige waypoint om de kabelmagneet te halen en zo konden we de aanwijzing opvissen.

We kwamen ook nog langs de cache Jagershagen 2. Ik had die anderhalf jaar eerder al gedaan met HaJaMaToJo en we konden de nicknames nog terugvinden in het logboekje. Wel grappig om dat terug te zien. Nu werd hij gelogd door team Nopi, want team Softie had hem ook al gedaan.

Zo konden we weer verder en kwamen we uit bij een koker met plattegrond. Die werd mooi nagetekend en we kwamen uit bij de ruïne van een huis. Dit bleek dus van de geheimzinnige man uit het paspoort te zijn. In de ruïne vonden we een kist met de laatste aanwijzingen. De cache bleek vlakbij het vervallen huis te liggen. We ruilden uitgebreid travelbugs en coins, want we hadden de voorraad trackables van drie teams. In de cache zat een brief waarin stond hoe we bepaalde items, zoals de magneetkabel moest omschrijven in ons log. Onder luid gelach werden die opgeschreven en later in de logjes verwerkt.

Deze cache is een echt aanrader en heeft een Geo d’or (dit bestaat niet meer, het heet nu Favorites) gekregen van ons.

Wat ik hier op 18 november 2021 nog aan toe te voegen heb:

Veertien jaar geleden en deze cache is nog steeds online en dus nog te lopen! Voor de geocachers onder ons, de cachecode is GC16G40. Aanrader hoor.

Het was ook gezellig om eens met zo’n grote groep te lopen, dat komt nu vrijwel nooit meer voor. Bij zo’n puzzelmulti is het altijd wel handig om over de input van meerdere hersenpannen te beschikken.

Geocachingverhalen uit het verleden: geocaching op de grens van Drenthe en Friesland

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 4 november 2010

Er is in het verleden maar 2x op de datum 4 november aan geocaching gedaan en daarvan was ik er zelf 1x niet bij. Dus daarom dit verslag van een dagje geocaching op de grens van Drenthe en Friesland. Anke en ik hadden een supergroot vakantiehuis in het gehucht Oude Willem waar o.a. meer keukengereedschap aanwezig was dan ik in mijn eigen huis had, haha.

Het verhaal

Op donderdag (grappig dat dit echt op een donderdag was, is het een echte throwback thursday) was het erg slecht weer, het regende bijna de hele dag. We besloten om traditionals te gaan doen in de omgeving van het huisjespark met als rode draad de caches van de Olde- en Nije-route. Helaas bleken die veel moeilijker te zijn, dan we dachten. Een paar konden er niet, omdat ze met foto’s waren (op de gps kon je geen foto’s inladen en we hadden in 2010 ook nog geen superhippe smartphones). We hebben er een of twee niet gevonden. Drie stuks hebben we wel af kunnen ronden en de rest hebben we niet meer geprobeerd.

De eerste was een snelle oppikker bij een kerkje, dat was de makkelijkste van de serie. De rest leverde veel meer problemen op. We vervolgden onze route met de Scheenesluis, hiervoor moesten we een stukje lopen langs het water. We kwamen langs een heel vreemd kunstwerk, van een afstandje zag het eruit als een klein huisje met een soort van sterrenkijker. We maakten de deur open en toen bleek het gewoon leeg te staan en van binnen zwaar in verval. Was best wel vervreemdend. Naar de cache heel lang gezocht, hij lag bij een bruggetje van ijzeren vierkantjes en uiteindelijk bleek hij eronder te zijn gepropt in een zwarte vuilniszak, waardoor hij behoorlijk goed gecamoufleerd was.

We deden een multi van de serie, maar ik had een paar antwoorden gegokt en daardoor konden we een paar waypoints overslaan en direct met de auto naar het eindpunt. Daarvoor moesten we over een hek klimmen, maar de cache was er wel.

De Blusscher was een voortuincache die verstopt zat in een brandblusser. Wel grappig gedaan en ik liet er een grote, zware travelbug (een gigantische sleutelbos met sleutelhangers) in achter, zodat ik die niet meer mee hoefde te sjouwen.

We deden twee caches bij Oorlogsmonumenten die we allebei relatief snel gevonden hadden. Helaas was de bonus met een foto en die konden we dus weer niet doen, maar we verloren veel tijd met het zoeken hoe we op het 0-punt moesten komen. Weer een gevolg van blind inladen, dat werkt gewoon niet altijd goed.

Het begon ondertussen heel hard te regenen, dus deden we gedurende de regenbui een paar caches van de Effe-serie, die waren niet heel bijzonder, maar wel snel te vinden. Toen we bij Vriezen/Dooien aankwamen was de regenbui gestopt. We betwijfelden of we deze cache zouden kunnen vinden, want we waren bang dat hij in/bij water zou liggen, maar dat viel mee, hij lag bij een gebouwtje dat als ijsbaanhonk diende als het ooit zou gaan vriezen en de cache was gewoon makkelijk te bereiken en te vinden.

We probeerden nog wat caches van de Olde- en Nije-route, maar we konden er maar eentje van vinden. De rest was onvindbaar en vooral die ene bij het kerkje was erg frustrerend omdat we het sommetje wel 10x nagerekend hebben.

We wilden onszelf troosten met nog eentje van de Effe-serie. Die lag op een carpoolstrook waar erg vreemde wisselingen van personen plaats vonden en we hebben een eeuwigheid gezocht naar de cache. Het zat ons vandaag niet echt mee, maar deze vonden we dan toch nog.

De cache bij de hut van Gerrit of Lolkema (we weten nu nog steeds niet van wie de hut was), was de wandeling er naartoe wel waard. Leuk stukje natuur en een grappige uitkijkpost waar de cache lag. Het was ook even droog, dus hier vrolijkten we na al die not-founds wel van op.

De volgende cache was weer een TB-hotel en erg grappig. Er hing een grote kluis aan de muur bij de oprit van een kapperszaak. In de cachebeschrijving stond hoe de kluis open moest worden gemaakt, maar wij probeerden het keer op keer, maar het lukte niet. De kapper kwam toen naar buiten om ons te helpen, echt een superaardige man. En hij heeft ons gered, want anders hadden we de kluis nooit open gekregen. Dit was dus een grappige ontmoeting.

We kwamen nog langs een carpoolcache die goed in onze carpoolcaches-met-gekke-plaatsnamen paste, namelijk Feanster.

De dag werd afgesloten met een voortuincache op het erf van mensen met een groot en mooi huis. Hij lag aan het begin van het erf, verstopt in een boomstronk. De betekenis van de cachenaam was waarschijnlijk het Friese woord voor wegmoffelen ofzoiets. Maar ondanks dat wij geen Fries kunnen, hadden we de cache toch snel genoeg gevonden.

Ondanks de vele not-founds toch nog 16 founds deze dag, dus genoeg voor het vakantie-doel (we wilden 10 caches per dag vinden).

Wat ik hier op 4 november 2021 nog aan toe te voegen heb:

Ondanks dat ik nog steeds het liefste mijn gps Smaug gebruik om te geocachen (die is nauwkeuriger, heeft een betere kaart en de batterijen gaan véél langer mee dan de accu van mijn telefoon. Ook word ik knettergek van het schakelen tussen de verschillende apps als ik ook aan Munzee wil doen.), heb ik tegenwoordig wel altijd mijn telefoon met geocaching-apps bij me als back-up. Want ook Smaug kan nog steeds geen foto’s inladen, dus dan is het handig om dat op de telefoon wel te kunnen bekijken. Labcaches kunnen zelfs alleen met een app op de telefoon.

De vakantie van toen bestond hoofdzakelijk uit geocaching, dat gemiddelde van 10 caches per dag werd ruimschoots gehaald.

Geocachingverhalen uit het verleden: de ontdekking van Gilze-Rijen per fiets

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 21 oktober 2009

Anke, Stephanie en ik gingen Gilze-Rijen ontdekken per fiets.

Het verhaal:

De multi-fietstocht door Gilze-Rijen stond al een tijdje op het programma.

Na wat gedoe met fietsen en auto’s (er kunnen maar twee fietsen op de fietsendrager, dus moesten we met twee auto’s) stonden we aan de start. Het was mooi en droog weer.

De route was steeds tussenpunt-cache-tussenpunt-cache. Offset-multi’s dus.

De fietstocht volgde min of meer de route van de auto-cache Rondje Vliegveld, die ondertussen gearchiveerd is. Die heb ik alleen gedaan, dus voor mij waren er veel bekende plaatsen. Voor Anke en Stephanie was het nog wel nieuw.

Wel was er een team voor ons geweest die veel trackables hadden achter gelaten, dus Stephanie en ik hebben het een en ander geruild (Anke geeft niets om trackables).

Alles bij elkaar hadden we de tocht vrij snel gefietst. Het was vooral gezellig, de route was niet superbijzonder.

Wat ik hier op 21 oktober 2021 nog aan toe te voegen heb:

Vermoedelijk zou ik nu een OV-fiets huren op het station van Gilze-Rijen omdat gedoe met fietsenvervoer te omzeilen. Maar ik weet niet of er in 2009 al OV-fietsen bestonden.

Geocachingverhalen uit het verleden: HeideRoosduinen?

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 14 oktober 2013

Anke en ik waren een week op vakantie op Ameland en probeerden alle geocaches van het eiland te vinden. Dat viel nog niet mee. Verder wilden we de naamgeving van een natuurgebied aanpassen…

Het verhaal:

Het idee voor vandaag was om toch nog een keer een cache van de maker Waddeneiland te gaan proberen. We hadden nogal wat problemen met de caches van deze maker. Dat werd de Ballumerduinen, een multi nabij het plaatsje Ballum, een kilometer of vier van ons vakantie-adres af. Een gedeelte van de Ballumerduinen heette de Roosduinen en natuurlijk doopten wij dat meteen om tot de Heideroosduinen. Daarmee was de trend voor de rest van de route was gezet.

Heideroosduinen

Tot aan waypoint 8 verliep de route redelijk voorspoedig. Af en toe werden we in de war gebracht door de vreemde route, Waddeneiland liet ons rustig alle wegen van een bepaalde kruising uitproberen voor de route daadwerkelijk verder liep. Maar toen hadden we de Soay-schapen, een sterk schapenras dat meer aan geiten doet denken, al gezien en ook een aantal koeien. Bij waypoint 8 hield de tekst in de GPS op en hadden we geen verdere informatie. Ook de vraagstelling hier was erg vreemd, het ging over lichaamsdelen, maar op het bordje stond (met een grote afwijking) een ruiter op een paard, dus nogal veel lichaamsdelen. We begonnen wat dingetjes te gokken, maar moesten over het fietspad gaan lopen en dat was niet Waddeneiland eigen, vonden wij. Er was dus nog maar één andere mogelijkheid en dat was een koeienhek/wandelpoort terug het natuurgebied in. Wij waren de gelukkigste geocachers van Ameland toen we het plaatje op het hek vonden.

Duinvennetje

Daarna volgden nog een heleboel plaatjes, het is best onzeker als je van te voren niet weet hoeveel waypoints een cache heeft. Op het laatste waypoint werden we nog een keer ernstig in verwarring gebracht, er stond wel een coördinaat, maar het was maar half en met vraagtekens. Na wat vertwijfeld rond te lopen, met de handen in ons haar, ontdekten we nog meer plaatjes op boomstronken er om heen. Ze bevatten allemaal een stukje van het eind-coördinaat. En daarmee vonden we dan eindelijk ons eerste Waddeneiland-cache! We waren best wel een beetje trots op ons zelf en de rest van de dag zeiden we dan ook regelmatig tegen elkaar: “We hebben een Waddeneiland-cache gevonden!”

Soay-schapen

We gingen nog wat andere caches doen aan deze kant van het eiland. Als eerste was Noorderwind aan de beurt, een cache die niets te maken had met wind, maar op een verlaten trapveldje lag. Naast het trapveldje lag Amelands buitenzwemparadijs, maar dat zag er in de herfst maar verlaten en onaantrekkelijk uit. Dan is zelfs het slecht onderhouden Staalbergven (het buitenzwembad van Oisterwijk) nog mooier. Wij gingen naar het kleine vliegveld van Ameland om de cache Landingsbaan te loggen. Er was geen vliegtuig te zien, maar de cache was er gelukkig wel.

Koeien

Tijd voor een earthcache en het verhaal achter de Zandhaak van Ballum was best interessant, er ligt hier een zandbank in de zee, waardoor er tussen de zandbank en het strand een natuurgebied is ontstaan, een soort van Slufter (natuurgebied op Texel), maar dan kleiner. Er lagen hier zelfs zoetwaterpoelen.

Strandovergang

Ik had op internet gevonden dat de meeste geocachers Historisch Hollum maar een vage cache vonden, maar dat de cache bij de walviskaken in het museum lag. Nou, daar konden Anke en ik dan ook nog wel eens gaan kijken. Zo gezegd, zo gedaan en zo vonden we alsnog deze cache. Weer een frustratie opgelost.

Verwaaide boom

Onze laatste cache van de dag werd de Galgesloot, een cache langs een fietspad. Vroeger werden hier de Amelandse misdadigers opgehangen, nu is het een vredig fietspad. Ik keek finaal over de cache heen, maar Anke vond hem gelukkig snel. We waren nu al onderweg naar huis, dus zijn we rustig terug gefietst, omdat ik om de haverklap van mijn fiets af moest springen om een fietspaddestoel te waymarken of een koe te fotograferen.

Wat ik hier op 14 oktober 2021 nog aan toe te voegen heb:

Ja, de frustratie-caches van maker Waddeneiland. Later die week vonden we er alsnog een paar, dus we werden er steeds beter in. Maar alle caches van het eiland vinden is niet gelukt, ook al scheelde het niet veel.

Geocachingverhalen uit het verleden: Zeeland met kano’s op het dak

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 9 september 2007

Anke, Pien en ik maakten de omgeving rondom het plaatsje Veere onveilig met een dakdrager vol kano’s.

Het verhaal:

Een paar leden van de Kanovereniging planden een weekendje weg naar Zeeland. Op zaterdag zouden we gaan kanoën op het Veerse Meer en op zondag de brandingvaren. ’s Nachts zouden we overnachten op een camping ergens aan het Veerse Meer. Wij hadden daar wel zin in. Maar eigenlijk besloten we al meteen dat wij het brandingvaren gingen wijzigen in geocachen.

Na een leuke dag varen op het Veerse Meer en een gezellig overnachting namen wij op zondagochtend afscheid van de mannen. Met vier kano’s op het dak (iemand had twee verschillende kano’s bij en had de toerkano niet meer nodig) begonnen wij aan onze geocache-dag in Zeeland. Ik had zeven caches uitgezocht en nog een achtste als reserve. We zouden wel zien hoe ver we kwamen.

Aangezien we in Wolphaartsdijk startten, begonnen we met Veerse Meer: Wolphaartsdijk, eentje die deel uitmaakte van een serie rond het Veerse Meer en zelfs pas die week online was gekomen (service van de Zeelanders, noemde ik dat grappend tegenover Anke en Pien). We reden ons klem op de parkeerplaats van een camping en gingen het laatste stukje lopen. Dat was op zich wel grappig, kon je uitkijken over het Veerse Meer en zien waar we de vorige dag gekanood hadden. De cache zelf was vlug gespot.

We liepen terug en reden door naar Polderzicht. Met drie zoekers was die ook snel gevonden. Op naar het Kiekendiefpad. Dat bleek een zandpad vol kuilen en stenen te zijn. Zouden we daar wel op gaan rijden? Toch maar gedaan, het viel wel mee. Dus deze cache werd drive-in. Daarna zijn we het zandpad afgereden en op weg gegaan naar het plaatsje Veere. Hier lagen de andere vier caches die ik had uitgeprint. 3 Cheers for Pooh was een mysterie-cache met vragen over Pooh Beer, de mascotte van mvs “Team Pooh”. Die slepen overal een knuffelbeertje van Pooh Beer mee naartoe en maken van hem dan een foto in de sfeer van de cache. Wel grappig. 3 Cheers for Pooh, Veerse Smurf en Veerse Dwerg bleken allemaal op loopafstand van elkaar te liggen, dus hebben we een rondje gewandeld. De aanwezige vissers in het gebied waren heel verbaasd dat wij tot 3x toe langs hen zijn gelopen. De Smurf en de Dwerg (ik vond die namen grappig, daarom had ik ze uitgekozen) waren niet zo moeilijk te vinden, ook al hing die ene dan in een boom, in plaats van dat hij aan de voet verborgen lag. De Pooh-cache lag onder een brug, op zich ook wel een stoere verstopplek. Daar gaat niemand kijken. Maar als kanoërs komen wij natuurlijk vaak onder bruggen.

We verplaatsten de auto tot in Veere. Daar begonnen we aan Rondje Veere. Een leuk rondje rondom en door het historische stadje. Over de stadswallen en dwars door het centrum, met bezoekjes aan de molen en de kerk en de oude waterput. Ik vond vooral het stukje waarbij we door de stuwdam liepen leuk. Van tevoren hadden we helemaal niet verwacht dat je daar doorheen kon lopen. De cache lag bij iemand in de achtertuin verstopt. Toen we door het raam van de schuur keken, zagen we een zeekano liggen. Wij concludeerden dat dat leuke mensen moesten zijn. Een cache in de tuin en een kano in de schuur…

Tja, er was eigenlijk nog tijd genoeg over voor de reserve-cache. Dus toerden we door naar Domburg, voor de Manteling. Hier begonnen de foutjes erin te sluipen. Het was zo’n overwacht mooi weer dat ik jas en tas in de auto had laten liggen. In mijn jaszak had ik met voorbedachte rade reserve-batterijen gestopt. Natuurlijk begon juist in dit rondje GPS te zeuren dat zijn batterij bijna leeg was. Shit. Omdat we in een wildvreemd gebied zaten, besloten we dat we die batterijen toch wel nodig hadden. Dus zijn Anke en ik terug naar de auto gelopen om de reserve-batterijen op te halen, terwijl Pien op een bankje bleef zitten. Een vreemde tocht volgde. Langs rare kunstwerken (stenen aan touwtjes in de bomen) in de bossen en langs bonsai-eiken, dit zijn hele kleine eikenboompjes, die door de zeewind niet hoger worden dan een struik en in de vorm van bonsai-boompjes groeien. Wij hebben de route niet helemaal gelopen zoals het moest, want wij kwamen steeds veel eerder op het waypoint uit, dan de bedoeling was. Uiteindelijk kwamen we uit bij het kasteel van Domburg waar we de zogenaamd dikste lindeboom van Nederland moesten opmeten. Wij vonden dat deze boom die titel niet verdiende. De lindeboom van Oisterwijk is veel mooier en in onze ogen ook veel dikker. Dat hebben we dus wel even vermeld in ons log… Deze route was best leuk, maar de cacheverstopplek maar matig.

Het was tijd om aan de terugreis naar Noord-Brabant te beginnen, maar niet zonder een pitstop bij de McDonalds in Middelburg.

Wat ik hier op 9 september 2021 nog aan toe te voegen heb:

Ondanks dat dit alweer 14 jaar geleden is, kan ik mij deze dag nog wel goed herinneren. Zeeland is een leuke omgeving om te geocachen. Wel gelachen om de printjes, dat is nu bijna nooit meer nodig. Toen had ik nog wel een andere gps. En ook nog geen telefoon waarmee je foto’s kon maken, want ik heb geen foto’s van deze dag.

Geocachingverhalen uit het verleden: Kilocacher in België

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 2 september 2015

Hoe de Heideroosjes na vele jaren geocachen bij de zuiderburen dan eindelijk hun 1000ste Belgische cache vonden en een buitenlandse Kilocacher werden.

Het verhaal:

Op 20 juli 2008 stonden Anke en ik bij de graftombo van Baron Coppens, ergens in de buurt van Ten Aard in Belgiё en logden we onze 100ste Belgische found. We besloten op dat moment dat we ooit 1000 caches bij de zuiderburen wilden hebben, zodat we een Nederlandse Kilocacher in Belgiё zouden zijn, iets wat toen nog niemand had bereikt (ondertussen natuurlijk wel). Dit lange termijn doel, want we beseften toen al wel dat het niet bepaald snel zou gaan, werd het Belgiё-doel genoemd. Wij wisten heel goed wat we daarmee bedoelden. Toen wij allebei nog thuis woonden werd er nooit vreemd opgekeken als wij aankondigden dat we weer eens een slagdag gingen houden in Belgiё (Oisterwijk ligt niet heel ver van de grens met Belgiё af).

Gestaag tikten de caches door, maar er kwam een einde aan toen ik mijn auto weg deed halverwege 2012 en de zuiderburen met het openbaar vervoer moeilijk bereikbaar bleken te zijn. In 2013 hadden we bijna geen Belgische founds. Dat wilde ik in 2014 verbeteren door al op 1 januari een Belgische trail te gaan lopen. Toch lukte het in 2014 nog niet om de 1000 te bereiken. We kwamen wel ver, dus besloot ik het voor 2015 echt als doel op de kaart te zetten. Na een productieve dag met mijn ouders, waarop we tijdens een wandeling van 18 kilometer ruim 40 caches logden, passeerden we de 900 founds en toen begon het echt te kriebelen. Dus werden er weer een aantal Belgische cache-dagen gepland.

En vandaag was het dan eindelijk zo ver dat we de 1000 zouden kunnen gaan halen. Het was ook nog eens een 1-cache-datum, dus dat kwam geweldig goed uit voor het Geocaching Datum Project. 29 Belgische founds to go. Dus had ik een serie uitgezocht, waarmee we het ruim moesten gaan halen, Wie is het? Waarbij je echt aan de hand van het spelletje de hoofden van mensen moest wegstrepen voor de bonuscache. Anke en haar vriend hadden een weddenschap afgesloten over welk hoofd het zou zijn, toen Anke de hoofden uit ging printen.

We begonnen echter met wat andere ‘oppikkers’ en dat waren achteraf bezien eigenlijk leukere caches dan de caches van de trail. We reden in de stromende regen naar Belgiё en hoopten maar dat het weer nog zou bij trekken. De eerste found van de dag vond dus nog plaats in de regen, dat was Tikkenhaan, een stukje een natuurgebied in, vanaf een vaag parkeerplaats bij een slecht onderhouden, typisch Belgisch gebouw. Daarna begon het weer steeds meer op te klaren en begon de zon te schijnen en werd het ook steeds warmer.

Wij deden een korte en heel makkelijke letterbox en twee caches met uitzicht op het kasteel van Minderhout, best een aardig optrekje. Die ene moest ik alleen doen, omdat er geen echte parkeerplaats was. Bij de andere is Anke wel meegewandeld.

We zijn ook nog bij de Laermolen geweest, een watermolen. We dachten allebei dat we hier al eerder zijn geweest, toen lag de cache wel op een andere plek en was er ook een zusje van Anke bij. Ik heb het terug gezocht in mijn geocachingverslagen en dat moet dan op 1 februari 2009 zijn geweest, tijdens een grensoverschrijdende en ijskoude cache-dag. Het is zeker een mooie plek, daar bij die watermolen.

We vervolgden onze weg naar de Begijnhof van Hoogstraten, een heel keurig hofje achter de kerk, waar alle huisjes de namen van heiligen hadden gekregen. Ik ben wel vaker in Belgische (en Nederlandse) begijnhofjes geweest, maar deze was het beste onderhouden. De cache werd onder het wakend oog van Jozef gevonden. We gingen nog meer heilig doen, bij de kapel van OLVA, de Onze Lieve Vrouw van het nog iets. Dit was geen kapel meer, maar een kleine kerk. De deur stond open, dus ook even binnen gekeken. Kitsch, maar als je ervan houdt, wel mooi. Er hingen echt heel vreemde gebeden aan de muur, dus grapte ik dat wij een verzoek moesten doen voor de 1000ste Belgische found. Dat hebben we natuurlijk niet echt gedaan.

Het werd tijd om aan de trail te beginnen. 15 kilometer, die we heel fanatiek gingen wandelen. Het weer was ondertussen zo verbeterd dat we in T-shirt konden lopen. De route ging over landelijke, rustige wegen tussen de weilanden en akkers door. Met in de verte een windmolen.

Helaas werd de trail gekenmerkt door een groot aantal not-founds. Heel jammer, dat mensen een trail wegleggen en hem vervolgens niet onderhouden. Veel caches bleken geript te zijn en niet meer terug geplaatst. Het begon daardoor best benauwd te worden of we de 1000 B-founds wel zouden gaan halen vandaag.

Van de 23 caches hebben we er 5 niet kunnen vinden en daaruitvolgend hadden we ook te weinig informatie voor de bonus. De wandeling was op zich wel prima, ook al had Anke meer bos gewild. Ik wist vantevoren al dat het niet echt bosachtig zou zijn, omdat ik dat gezien had op Google Maps. Aan het einde kreeg ik behoorlijk last van mijn voeten en ik had ook niet zo’n zin meer in de caches van d’Achterstewijk, omdat die slechte kritieken kregen in logjes – slecht onderhouden. We vonden er twee, allebei zeiknat met een nauwelijks te beschrijven logrol. De co zou in deze wijk wonen, doe er dan wat aan.

Na de wandeling moesten we nog 3 founds voor de 1000. De eerste werd de laatste cache van de trail, die lag uit de richting en werd op mijn verzoek met de auto gedaan, omdat ik bijna niet meer kon lopen van de pijn aan mijn achillespezen. We vonden hem gelukkig wel. De volgende cache was een leuk verstopte cache in een fruit-boomgaard. De cache was een nep-appel met een rups. Wat de boom maakt, dat smaakt. Hoewel ik zelf niet zo’n fruit-liefhebber ben, vond ik dit wel heel leuk gemaakt. Nu ging het erom spannen, de volgende cache zou nummertje 1000 zijn. Dat werd uiteindelijk een cache die eigenlijk reserve was. Ik vond de naam aanvankelijk niet leuk en had hem blind ingeladen als reserve. Bij nadere bestudering bleek de cache wel heel veel favorites te hebben gekregen. Hij lag bij het riviertje de Mark, dat ook naar Nederland stroomt. We waren eerst naar de stuw gelopen, tja kanoёrs he? Maar de cache was een nagebouwde telefoon in een keurig droog kastje. Heel mooi gemaakt en verzorgd na al die ‘rotzooi’-caches van de trail. Het was even zoeken hoe het kastje open moest, maar Anke had daar geen geduld voor en rukte iets open, dat werkte ook.

Hiermee was onze 1000ste Belgische found een feit, bijna 7,5 jaar nadat we aan dit doel begonnen waren. Later besefte ik pas dat dit toch echt wel bijzonder is. Met 16 landen op de kaart is geocachen in het buitenland niet meer zo heel bijzonder voor ons – hoewel een nieuw land op de kaart altijd voor een instant geluk gevoel zorgt bij mij. Maar als je nagaat dat er van de ruim 6000 (we passeerden vandaag de #6100) nu 1000 Belgen zijn, dan is dat wel 1/6 deel. Het Belgiё-doel is hiermee vervuld. Natuurlijk gaan we vast nog wel eens in Belgiё geocachen, maar een nieuwe milestone daar is nu natuurlijk nog heel ver weg.

Op de derde plaats in onze landenlijst staat Duitsland, met 190 founds. De 1000 is daar dus nog heel erg ver weg. Daarnaast is Duitsland toch nog een stukje verder rijden dan Belgiё. Dus ik zie ons daar de komende jaren nog geen Kilocacher worden en waarschijnlijk gaat dat nooit gebeuren.

Voorlopig is het al een heel leuk feitje om Kilocacher te zijn in twee landen.

We probeerden ook nog een 1001ste found, maar ondanks dat we de cache wel vonden, kregen we hem niet open. Dus dat werd meteen weer een not-found.

We zijn toen terug naar Nederland gereden om te eten bij de McDonald’s. Soort van feestje vanwege nummer B-#1000.

Het was een toffe cache-dag met het gewenste resultaat en tegelijkertijd ook een leuke trip langs memory lane door onze Belgische cache-geschiedenis.

Wat ik hier aan toe te voegen heb op 2 september 2021:

Na het bereiken van het Belgische Kilocacherschap werd er niet meer zo heel vaak bij de zuiderburen gecachet. Zes jaar later staat de stand op 1378 B-founds. Nog altijd wel het tweede land in onze lijst, maar corona maakte buitenlandse founds natuurlijk extra lastig. Alle andere landen – inclusief derde plek Duitsland met 278 founds – liggen nog altijd ver achter op Nederland en België.

Geocachingverhalen uit het verleden: Skansen in de regen

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 5 augustus 2008

Anke en ik waren op vakantie in Stockholm, Zweden. Ondanks dat het hartje zomer was, heeft het bijna de hele week non-stop geregend. Op deze dag bezochten we Skansen, een kruising tussen een dierenpark en een openluchtmuseum met historische huisjes.

Het verhaal:

Deze dag besloten we om met onze metrokaart naar Skansen te gaan. Voor we naar binnen gingen, deden we eerst nog een cache van de toeristische serie, die daar vlakbij verstopt lag bij het Vasa-museum. Hier zijn we niet binnen geweest. Die cache lag op een smal richeltje bij een kerkhof en omdat het ondertussen was gaan regenen was het daar heel glad. Bij zowat alle Zweedse caches is de hint “under rock”. Nu is Zweden bezaait met rotsen en stenen in alle maten, dus zo’n hint helpt niet echt. Bij deze cache kregen we het idee dat we de hele kerkhof-muur moesten afbreken. Door de regen draaide de pijl van de GPS alle kanten op, dus het was een klein wondertje dat we deze cache toch hebben gevonden.

Op naar Skansen. Skansen is een leuk park (ik was helemaal weg van de elanden met de grote, dikke neuzen, door mij dan ook grootneuselanden genoemd), maar de stromende regen die de hele dag aanhield gooide roet in het eten. Wij doken elke huisje in om steeds even te kunnen schuilen, dus moesten alle verhalen over oude ambachten aanhoren. Soms in het Zweeds (voor ons geen touw aan vast te knopen), vaak in het Engels (een stuk beter te volgen).

Toen we op gingen drogen in het restaurant bleek er de sound-check te zijn van een Zweedse Abba-coverband. Covers in het Zweeds dus! Nou ik kan je vertellen: van 100x The Winner takes it all in het Zweeds word je helemaal gestoord. De melodie is herkenbaar, de Zweedse woorden klinken onbegrijpelijk als je de Engelse tekst gewend bent. Het concert was gratis, dus als het nou wat beter weer was geweest, waren we waarschijnlijk wel gebleven.

Nu besloten we terug naar de camping te gaan, omdat het zo’n rotweer was. We gingen bij een andere ingang naar buiten, dan waar we binnen waren gekomen. We bleken nu heel dicht bij de Skansen-cache van de toeristische cache-serie te zijn, dus die pikten we nog even mee, op weg naar het metro-station.

Onderweg naar de camping stapten we uit om boodschappen te doen bij een supermarkt naast een metrostation (daar waren we al eerder geweest die week). Na het eten was de regen afgenomen tot miezer, dus besloten we om toch nog maar een avondwandeling te gaan doen langs twee geocaches: Juleljus was heel saai, die zat op een lantaarnpaal langs de weg. Zoveel mooie plekken hier en dan zo’n locatie? Norra Angby lag in een bos, dat was een veel betere cache-locatie.

Legenda:

  1. OTTT #5 – Vasa
  2. OTTT #6 – Skansen
    Maker: Trang
    Type: Traditionals
    Heideroosjes: Maartje en Anke
    Gevonden op: 5 augustus 2008
    Plaats: Stockholm
  3. Juleljus
    Maker: Hakanc
    Type: Traditional
    Heideroosjes: Maartje en Anke
    Gevonden op: 5 augustus 2008
    Plaats: Stockholm
  4. Norra Angby
    Maker: Hjarter
    Type: Traditional
    Heideroosjes: Maartje en Anke
    Gevonden op: 5 augustus 2008
    Plaats: Stockholm