Week zonder vlees #6: aardappeltjes met groene groenten en witte kaas

Van 6 tot en met 12 maart vindt de zesde editie van de Week zonder Vlees (en Zuivel) plaats. Deze week is bedoelt om mensen bewust te maken van een flexitarisch eetpatroon met vegetarische en plantaardige alternatieven. Dit is beter voor dier (denk aan de bio-industrie), mens (denk aan gezondheidsaspecten) en het milieu (denk aan het klimaatprobleem).

Voor mijzelf is dit niet zo moeilijk. Vanaf ongeveer mij elfde ging ik steeds minder vlees eten, om op mijn 13e definitief vegetariër te worden. Sindsdien heb ik nooit meer vlees of vis gegeten. Ik eet ook vrij vaak veganistisch of gebruik plantaardige alternatieven voor zuivel, maar doe dat niet altijd. Soms eet ik wel kaas of eieren of producten waar dit inzit. Ik ga dus proberen om een week veganistisch te eten.

Mijn idee is om deze week elke dag (behalve donderdag) een vegetarisch recept te plaatsen op mijn blog, ter inspiratie om ook eens een dagje zonder vlees te eten.

Vandaag is dat:

Gebakken aardappeltjes met groene groenten en witte kaas

Ik weet niet meer waar ik dit recept vandaan heb, maar het is een beetje mijn guilty pleasure eten; zeker in de herfst en winter eet ik het heel erg vaak.

Erwten en tuinbonen heb je ook verschrompeld/gekrompen in blik/pot, maar zijn uit de diepvries veel lekkerder (en zien er ook veel aantrekkelijker uit). Verder kun je de restanten dan gewoon weer terug in de vriezer stoppen.

Ingrediënten (2 personen):

  • 450 gram gebakken aardappeltjes (rondjes of blokjes)
  • 1 kleine ui in stukjes
  • 1 courgette in blokjes
  • 100 gram groene erwten (diepvries)
  • 100 gram tuinbonen (diepvries)
  • 5 eetlepels groene pesto (ik gebruik vegan pesto van de Jumbo)
  • 100 gram witte kaasblokjes
  • peper en zout
  • (zonnebloem)olie om in te bakken

Bereiding

Gebruik een grote bak- of wokpan en voeg de olie toe. Vervolgens mogen de aardappeltjes erin, gevolgd door de ui, de courgette en tenslotte de diepvriesgroenten.

Roerbak alles tot het gaar is, dit zal ongeveer 10 minuten duren. Voeg nu ongeveer 8 minuten de pesto toe en verdeel goed door de hele pan.

Je kunt nog peper en/of zout naar smaak toevoegen.

Voeg op het laatste moment de witte kaasblokjes toe en bak heel kort mee.

Foto volgt nog.

Serveer met een salade of met pitabroodjes.

Week zonder vlees #5: Groenteschotel met knolselderijpuree

Van 6 tot en met 12 maart vindt de zesde editie van de Week zonder Vlees (en Zuivel) plaats. Deze week is bedoelt om mensen bewust te maken van een flexitarisch eetpatroon met vegetarische en plantaardige alternatieven. Dit is beter voor dier (denk aan de bio-industrie), mens (denk aan gezondheidsaspecten) en het milieu (denk aan het klimaatprobleem).

Voor mijzelf is dit niet zo moeilijk. Vanaf ongeveer mij elfde ging ik steeds minder vlees eten, om op mijn 13e definitief vegetariër te worden. Sindsdien heb ik nooit meer vlees of vis gegeten. Ik eet ook vrij vaak veganistisch of gebruik plantaardige alternatieven voor zuivel, maar doe dat niet altijd. Soms eet ik wel kaas of eieren of producten waar dit inzit. Ik ga dus proberen om een week veganistisch te eten.

Mijn idee is om deze week elke dag (behalve donderdag) een vegetarisch recept te plaatsen op mijn blog, ter inspiratie om ook eens een dagje zonder vlees te eten.

Vandaag is dat:

Groenteschotel met knolselderijpuree

Een ovenschotel naar een recept van de Lidl.

Ingrediënten:

  • 1 knolselderij; geschild en in stukjes
  • 500 gram gemengde groente naar keuze (bijv. al je groenterestjes van de afgelopen week)
  • 100 gram tomatentapenade
  • 200 gram creme fraiche (ik gebruikte een veganistische versie; haver fraiche)
  • 10 gram bieslook
  • 200 gram geraspte kaas (ook hier gebruikte ik een vegan versie)
  • peper en zout om de boel op smaak te brengen

Bereiding:

Verwarm de oven voor op 200 graden.

Breng de stukken knolselderij aan de kook en laat ongeveer 15 minuten doorpruttelen op een laag vuur tot ze gaar zijn.

Snijd ondertussen de andere groenten in stukken en roerbak ze samen met de tomatentapenade tot ze beetgaar zijn. Verdeel ze vervolgens over de bodem van een ovenschaal.

Giet de knolselderij af en stamp tot een puree. Voeg de creme fraiche toe en ook de bieslook en de helft van de geraspte kaas. Houd een beetje bieslook over om te garneren. Breng de puree op smaak met peper en zout. Ook zou je eventueel een scheutje citroensap toe kunnen voegen als je daarvan houdt.

Verdeel de puree gelijkmatig over de groenten in de ovenschaal. Garneer met de rest van de geraspte kaas en bestrooi met het restant van de bieslook.

Verwarm de ovenschotel vervolgens 30 minuten in de voorverwarmde oven.

Eet smakelijk!

Week zonder vlees #4: Knolselderijsoep

Van 6 tot en met 12 maart vindt de zesde editie van de Week zonder Vlees (en Zuivel) plaats. Deze week is bedoelt om mensen bewust te maken van een flexitarisch eetpatroon met vegetarische en plantaardige alternatieven. Dit is beter voor dier (denk aan de bio-industrie), mens (denk aan gezondheidsaspecten) en het milieu (denk aan het klimaatprobleem).

Voor mijzelf is dit niet zo moeilijk. Vanaf ongeveer mij elfde ging ik steeds minder vlees eten, om op mijn 13e definitief vegetariër te worden. Sindsdien heb ik nooit meer vlees of vis gegeten. Ik eet ook vrij vaak veganistisch of gebruik plantaardige alternatieven voor zuivel, maar doe dat niet altijd. Soms eet ik wel kaas of eieren of producten waar dit inzit. Ik ga dus proberen om een week veganistisch te eten.

Mijn idee is om deze week elke dag (behalve donderdag) een vegetarisch recept te plaatsen op mijn blog, ter inspiratie om ook eens een dagje zonder vlees te eten.

Vandaag is dat:

Knolselderijsoep met linzen

Knolselderij valt onder de “vergeten groenten” en ik moet toegeven dat ik het ook bijna nooit at. Maar de laatste tijd ontdek ik steeds weer nieuwe recepten met deze groente en het is echt lekker. Ook dit recept komt uit de Hallo Jumbo.

En dan meteen de tip om hem te snijden: snij eerst de kant met de wortelresten eraf. Snij dan de knol in vier parten en schil dan die parten.

Ingrediënten:

  • 1 knolselderij in stukjes
  • 1 ui in stukjes
  • 1 groentebouillonblokje
  • 400 gram linzen (1 blik)
  • 2 eetlepels tarwebloem
  • 40 gram selderij
  • gebakken uitjes
  • olie om in te bakken
  • eventueel een beetje peper
  • stokbrood voor erbij

Bereiding

Bak de stukjes knolselderij en ui kort (ongeveer 3 minuten) in de olie in de soeppan op middelhoog vuur.

Voeg de tarwebloem toe en bak ongeveer 2 minuten mee

Voeg 1 liter water en het bouillonblokje toe en breng aan de kook. Laat daarna nog 15 minuten op een laag vuur doorpruttelen, tot de knolselderij gaar is. Af en toe roeren.

Tijd om de selderij toe te voegen; houd een beetje over ter garnering.

Als je het ietsje pittiger wilt hebben, voeg dan ook nog wat zwarte peper toe naar smaak.

Pureer de groenten en kruiden met een staafmixer tot een gladde soep.

Laat de linzen uitlekken en voeg toe aan de soep. Verwarm twee minuten mee.

Serveer de soep met de gebakken uitjes en de rest van de selderij.

Lekker met een (bruin) stokbrood en smeersels.

Eet smakelijk!

Geocachingavonturen uit het verleden: Knuzzle en meer

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 9 maart 2008:

Anke en ik gingen een serie caches loggen, beginnende met het veldwerk van de mysterie-kraker Knuzzle.

Het avontuur:

Ik was best wel trots op mezelf dat ik Knuzzle – een kubusachtige puzzel, die de geocachers in onze omgeving slapeloze nachten bezorgde – zonder hulp had opgelost. De eerste keer ben ik er de hele avond mee bezig geweest en heb ik ‘m zelf mee naar bed genomen, maar de oude truc van leg het onder je kussen en de volgende dag weet je het, ging hier niet op. De tweede keer had ik het veel sneller door. Opeens zag ik een mogelijkheid waarbij je helemaal niet hoefde te vouwen, maar gewoon…iets anders moest doen en daar kwam een geloofwaardig coördinaat uit. Dus rende ik naar beneden en smeekte ik mijn moeder die achter de computer zat of alsjeblieft even mijn uitkomst mocht checken met Evince. Als ik zo’n aanval heb, weet mijn moeder wel dat het “erg” is, dus mocht ik. En jawel hoor, Evince gaf “congratulations!” (in 2008 had ik nog geen telefoon met internetmogelijkheden tot mijn beschikking).

Ik had daarna al een paar keer op het punt gestaan om naar Sint-Michielsgestel te rijden om Knuzzle in het veld te gaan loggen, maar toch niet echt gedaan.

Vandaag had ik de dag dus samengesteld rondom Knuzzle en alle andere caches waren willekeurig gekozen voor het dagprogramma.

Knuzzle was nog niet zo gemakkelijk te bereiken. We stonden eerst op het terrein van een boerderij en daarna bleek er een lange en brede sloot te lopen. Uiteindelijk kwamen we uit bij het begin van iets wat wel op een wandelpad leek. Dus gingen we vanaf dat punt lopen. We kwamen gelukkig wel netjes uit bij de leuk verstopte cache.

Hierna was De Weidonk aan de beurt. Steeds meer boeren geven toestemming om wandelpaden (klompenpaden) aan te laten leggen over hun boerenland. Het gaat dan wel om hele kleine, smalle strookjes waar hele dikke mensen volgens mij niet eens tussendoor passen, maar wij gelukkig wel. De Weidonk liep dus over een aantal weilanden. De cache was snel gevonden, ongezien loggen was moeilijker, omdat er veel mensen aan het wandelen waren over de boerenpaadjes.

Wij gingen ter afwisseling een Multi-cache doen, eigenlijk vooral om de HitchHiker postduif weer te kunnen droppen. De keuze was gevallen op Engelenstede 3, puur omdat dit de enige Multi-cache in deze omgeving was. Het was een beetje een vage cache, met punten rondom een parkje met een kunstwerk. We vonden alles en ook de cache vrij snel. We deden hiermee weer afstand van de HitchHiker. We zijn van hieruit doorgelopen naar eentje van de Drive in Hit and Run without Pretentions-serie van Geopatra. Deze lag op een trimbaan en heette ook zo. De trimbaan was wel leuk, wij hebben nog wat oefeningen gedaan, maar we hebben ons helemaal kapot gezocht naar de cache. Uiteindelijk vond Anke het kleddernatte logrolletje in een boom. Dit was dus echt een slecht onderhouden cache, maar ja, we hadden hem.

Onze route bracht ons bij Dutch Liberty. Dit is een soort replica van het Vrijheidsbeeld uit New York, maar deze staat bij een autohandelaar. Het enige wat je voor deze cache moest doen was het antwoord op een vraag mailen aan Geopatra. Eigenlijk een beetje een flauwe cache, zelfs voor een virtual, maar ja, iedereen had hem gedaan, dus wij ook maar, want we zijn best wel geocachingmeelopers…

We vervolgden onze route met een hele reeks oppikkertjes. Al snel bleek dat we achter familieleden van Anke aanzaten, die ook aan geocaching doen. We zagen hun teamnamen in de logrollen staan. Zij bleken dezelfde caches uitgezocht te hebben als ons. We wisten dit niet van elkaar. Het was wel erg grappig.

3-stammig lag in een bosje met vreemd gevormde bomen. Op zich wel geinig om doorheen te lopen. Stam Cache Nuland, was een standaard-oppikker, met een dubbelzinnige naam, want hij lag inderdaad onder een stam. De Afval-cache lag op een stomme locatie, maar was wel grappig verstopt bij een afvalbak. We zagen hier nog een andere cache-team, maar ik weet niet meer hoe ze heetten.

Daarna begonnen we aan de serie “Op weg naar Lith”. Hier vond ik niks aan, eigenlijk. De caches leken zo’n beetje uit het raampje van de auto gesmeten,  er was echt niks bijzonders aan.

We kwamen bij het pontje over de Maas aan. De laatste paar caches van het programma lagen aan de overzijde van de rivier. Het leek ons wel een keertje grappig om met het pontje te gaan, dus gingen we met auto en al naar de overkant. Daar deden we eerst in de stromende regen Doodlopend 12: De Steeg. En daarna eindigden we de dag met Andries-Alem, een cache waarbij je van het kleine gehuchtje Andries, naar de sluis van het andere kleine gehuchtje Alem moest lopen. Dit stuk liep door een slecht begaanbaar weiland tussen de koeien door, langs de Maas. Het waaide hard, dus het was niet echt leuk. Maar we vonden de cache gelukkig wel. Op zich vond ik deze cache wel beter dan de andere oppikkertjes van die dag, maar ik denk dat je hier leuker kan wandelen met mooi weer.

Voor vandaag was het weer genoeg geweest.

Wat ik hier op 9 maart 2023 nog aan toe te voegen heb:

Nja, eigenlijk hetzelfde als vorige week; zo’n autocachedag zou nu niet meer mijn voorkeur hebben. Het verhaaltje rondom Knuzzle is wel leuk, kan het mij ook nog wel herinneren dat ik daar toen een obsessie voor had en ook voor de andere puzzel van dezelfde maker: Snuzzle. En ook grappig dat we Ankes familieleden achterna bleken te zitten.

Week zonder vlees #3: Andijviestamppot met falafel

Van 6 tot en met 12 maart vindt de zesde editie van de Week zonder Vlees (en Zuivel) plaats. Deze week is bedoelt om mensen bewust te maken van een flexitarisch eetpatroon met vegetarische en plantaardige alternatieven. Dit is beter voor dier (denk aan de bio-industrie), mens (denk aan gezondheidsaspecten) en het milieu (denk aan het klimaatprobleem).

Voor mijzelf is dit niet zo moeilijk. Vanaf ongeveer mij elfde ging ik steeds minder vlees eten, om op mijn 13e definitief vegetariër te worden. Sindsdien heb ik nooit meer vlees of vis gegeten. Ik eet ook vrij vaak veganistisch of gebruik plantaardige alternatieven voor zuivel, maar doe dat niet altijd. Soms eet ik wel kaas of eieren of producten waar dit inzit. Ik ga dus proberen om een week veganistisch te eten.

Mijn idee is om deze week elke dag (behalve donderdag) een vegetarisch recept te plaatsen op mijn blog, ter inspiratie om ook eens een dagje zonder vlees te eten.

Vandaag is dat:

Andijviestamppot met falafel

Dit recept komt uit het gratis tijdschrift van de Hallo Jumbo. Het is een snel en makkelijk recept, omdat bijna alles al kant-en-klaar is. Alleen aan de aardappels moet je iets doen, hoewel je die natuurlijk ook al voorgekookt zou kunnen kopen, om het echt makkelijk te maken.

De andijvie deelde ik met mijn huisdieren, want zowel de cavia’s als de konijnen zijn dol op rauwe andijvie.

Ik wist eerlijk gezegd niet meteen wat sriracha is, maar het is een pittige saus met o.a. chilipepers, die vooral veel wordt gebruikt in de Thaise keuken. In de meeste supermarkten kun je diverse varianten vinden, er is zelfs een vegan versie. Het is overigens wel echt een behoorlijk pittig sausje, dus ben er niet te scheutig mee.

Ingrediënten:

  • 1 kilo kruimige aardappelen, geschild en in blokjes
  • 375 ml piccalilly saus (kant-en-klaar uit een pot)
  • 500 gram in reepjes gesneden andijvie
  • 300 gram falafel
  • 2 eetlepels sriracha
  • olijfolie

Bereiding

Kook de aardappelblokjes in 10-15 gaar

Bak de falafel in de olijfolie

Stamp de aardappelblokjes tot een puree en meng de piccalillysaus er doorheen, terwijl de pan op een laag vuurtje staat

Voeg vervolgens de andijviereepjes in delen toe aan de puree, zodat ze iets slinken voor je ze mengt met de puree

Schep de puree op een bord, schep de falafel erbovenop en garneer het bord met de sriracha

Lekker met een salade erbij

Eet smakelijk!

Week zonder vlees #2: Zoete aardappelschotel met spruitjes en geitenkaas

Van 6 tot en met 12 maart vindt de zesde editie van de Week zonder Vlees (en Zuivel) plaats. Deze week is bedoelt om mensen bewust te maken van een flexitarisch eetpatroon met vegetarische en plantaardige alternatieven. Dit is beter voor dier (denk aan de bio-industrie), mens (denk aan gezondheidsaspecten) en het milieu (denk aan het klimaatprobleem).

Voor mijzelf is dit niet zo moeilijk. Vanaf ongeveer mij elfde ging ik steeds minder vlees eten, om op mijn 13e definitief vegetariër te worden. Sindsdien heb ik nooit meer vlees of vis gegeten. Ik eet ook vrij vaak veganistisch of gebruik plantaardige alternatieven voor zuivel, maar doe dat niet altijd. Soms eet ik wel kaas of eieren of producten waar dit inzit. Ik ga dus proberen om een week veganistisch te eten.

Mijn idee is om deze week elke week een vegetarisch recept te plaatsen op mijn blog ter inspiratie voor een dagje zonder vlees.

Vandaag is dat:

Een ovenschotel met zoete aardappel, spruitjes, geitenkaas, bladerdeeg en cashewnoten. Geïnspireerd op een recept uit een blaadje van een supermarkt, maar ik weet even niet meer welke, dacht de Boodschappen. Zij gebruikten trouwens walnoten in plaats van cashewnoten, maar die waren op dat moment extreem duur en de cashewnoten waren in de reclame (en ik vind ze lekkerder), dus die keuze was snel gemaakt. In principe maakt het niet heel veel uit welke notensoort je gebruikt. Ook met de kaassoort zou je nog kunnen variëren, maar let er wel op dat je er eentje gebruikt waar geen dierlijk stremsel in zit.

Ik gebruikte een kleine ovenschaal voor 2 personen. Als je een grote ovenschaal wilt gebruiken, moet je alles dus verdubbelen.

Ingrediënten:

  • genoeg plakjes bladerdeeg (ontdooid) om de randen en de bodem van je ovenschaal mee te kunnen bekleden
  • 500 gram zoete aardappelen, geschild en in blokjes
  • 250 gram spruitjes, schoon gemaakt (grote spruiten kun je eventueel halveren)
  • 100 gram geitenkaas
  • 100 gram ongebrande en ongezouten (cashew)noten
  • kruiden naar keuze, bijvoorbeeld paprikapoeder en peper
  • plantaardige margarine

Bereiding

Verwarm de oven voor op 180 graden

Breng de blokjes zoete aardappel in een pan met water aan de kook en laat ze daarna 10-15 minuten doorpruttelen op een laag vuur tot ze zacht zijn

Kook ondertussen ook de spruitjes in een andere pan met water tot ze beetgaar zijn; giet ze daarna af

Vet ondertussen de ovenschotel in met plantaardige margarine en bekleed met de plakjes bladerdeeg

Ook kun je de geitenkaas vast in stukjes snijden

Als de zoete aardappel gaar is, afgieten en tot puree stampen en op smaak brengen met kruiden naar keuze. Verdeel de puree over de ovenschotel

Verdeel de spruitjes gelijkmatig over de ovenschotel; druk ze lichtjes in de zoete aardappelpuree

Bestrooi de ovenschotel met de noten en de geitenkaas

Zet dit alles 25-30 minuten in de oven, tot de noten licht verkleurd zijn

Lekker met een salade erbij.

Eet smakelijk!

Week zonder vlees #1: Noedelsoep

Van 6 tot en met 12 maart vindt de zesde editie van de Week zonder Vlees (en Zuivel) plaats. Deze week is bedoelt om mensen bewust te maken van een flexitarisch eetpatroon met vegetarische en plantaardige alternatieven. Dit is beter voor dier (denk aan de bio-industrie), mens (denk aan gezondheidsaspecten) en het milieu (denk aan het klimaatprobleem).

Voor mijzelf is dit niet zo moeilijk. Vanaf ongeveer mij elfde ging ik steeds minder vlees eten, om op mijn 13e definitief vegetariër te worden. Sindsdien heb ik nooit meer vlees of vis gegeten. Ik eet ook vrij vaak veganistisch of gebruik plantaardige alternatieven voor zuivel, maar doe dat niet altijd. Soms eet ik wel kaas of eieren of producten waar dit inzit. Ik ga dus proberen om een week veganistisch te eten.

Mijn idee is om deze week elke dag (behalve donderdag) een vegetarisch recept te plaatsen op mijn blog, ter inspiratie om ook eens een dagje zonder vlees te eten.

Vandaag is dat:

Noedelsoep

Dit recept is gebaseerd op een recept uit de Hallo Jumbo. Het is snel, makkelijk en lekker.

Ingrediënten:

  • 300 gram soepnoedels (of dunne vermicelli)
  • 1 blik kokosmelk van 400 ml (gebruik 2 blikken als je een extra romige soep wil of voeg als extra nog wat geraspte kokos toe)
  • 1 pak nasigroenten van 450 gram
  • 150 gram tofu in blokjes (of neem een pakje kant-en-klare tofublokjes)
  • 2 blokjes groentebouillon
  • evt. een handje cashewnoten (niet gezouten)
  • evt. een scheutje sambal
  • bosuitjes in ringetjes

Bereiding

Doe de nasigroenten en de soepnoedels in een pan, voeg het blik kokosmelk toe en vul verder bij met water tot alles net onder staat. Breng aan de kook en voeg de groentebouillonblokjes toe. Laat op een lage temperatuur nog zo’n 10 minuten doorkoken, tot de soepnoedels gaar zijn. Roer af en toe door.

Bak ondertussen de tofublokjes tot ze gaar zijn en bak eventueel de cashewnoten kort mee.

Voeg de tofublokjes (en cashewnoten) toe aan de soep.

Garneer met de bosuitjes.

Lekker met naanbrood.

Mocht je het extra pittig willen, voeg dan nog een scheutje sambal toe aan je soep.

Eet smakelijk!

PS Ik ben niet zo’n goede foodfotograaf (want dan moet je koud eten fotograferen en ik eet het liever warm, haha), maar het is echt lekker.

Gelezen boeken in februari

Oosterschelde windkracht 10 – Jan Terlouw

Dit boek las ik al eens eerder toen ik in de bovenbouw van de basisschool zat; dat is dus behoorlijk lang geleden. Begin februari was de watersnoodramp van 1953 in Zeeland 70 jaar geleden en daarom besloot ik het nog eens te lezen. Als kind maakte het boek meer indruk dan bij herlezing. Het is dan ook een jeugdboek.

De eerste helft van het boek gaat over de watersnoodramp, hoewel het uiteindelijk zo’n 70 pagina’s nodig heeft om de situatie van de hoofdpersoon Anne te schetsen en de ramp zelf dan in ongeveer 30 pagina’s afgeraffeld wordt. Ik had eigenlijk nog wel wat meer willen lezen over hoe de hulp op gang kwam en waar de mensen bijvoorbeeld hebben gewoond terwijl hun huizen weer werden opgebouwd.

De tweede helft van het boek speelt zo’n 20 jaar later, in 1973 dus (het boek verscheen in 1976) en gaat erover hoe de leden van het gezin van Anne lijnrecht tegenover elkaar komen te staan als het over de toekomst van de Oosterschelde gaat. De ouders (vooral de vader die bij Rijkswaterstaat werkt) willen het liefst complete afsluiting door middel van een dam, want zij hebben de ramp zelf meegemaakt. De zonen (20 jaar – geboren vlak na de ramp – en 17 jaar oud) willen liever dat de dijken opgehoogd worden en dat de Oosterschelde open blijft voor de natuur en de mosselvisserij. Het boek eindigt dan met de beslissing van de regering voor een open blokkendam, de uiteindelijke Oosterscheldekering.

Vooral in de tweede helft van het boek merk je heel erg dat Terlouw zelf politicus is (geweest) en achterin staat zelfs zijn mening over de kwestie (hij is voor dijken ophogen, vooral omdat het goedkoper is dan een dam in wat voor vorm dan ook).

Het boek bevat ook veel uitleg; technische uitleg, maar ook over de mosselvisserij.

Uiteindelijk vind ik dit niet het beste boek van Terlouw, omdat het een mengeling is van afgeraffelde stukken met juist iets te uitleggerige, langdradige stukken.

Een ander boek over de watersnoodramp dat ik ooit gelezen heb – 1953, de storm van Rik Launspach – vond ik ook niet geweldig, hij schrijft wel veel langer en met veel details over de ramp zelf, maar het hele verhaal eromheen is nogal ongeloofwaardig.

Het Walvistheater – Joanna Quinn

Dit boek nam ik mee van de bibliotheek, omdat ik de kaft mooi vind. Er is geen flaptekst, maar alleen lovende zinnen uit recensies, dus ik had geen idee waar het over zou gaan. Het is het debuut van Joanna Quinn en het boek wordt zo’n beetje de hemel ingeprezen. Persoonlijk vond ik het best een aardig boek, maar zeker niet het beste boek dat ik ooit gelezen heb en ik zal het ook nooit gaan herlezen. Quinn heeft zo’n 100 pagina’s nodig om de opbouw van de familie uit de doeken te doen. De Seagraves zijn Engelse landadel en hebben een landhuis aan de kust. Het is de periode tussen de twee wereldoorlogen in. Er zijn drie kinderen: Cristabel, Florence en Digby, waarbij de eerste twee dezelfde vader hebben en de laatste twee dezelfde moeder en de vaders zijn dan weer broers. De kinderen worden nogal verwaarloosd en krijgen thuis onderwijs van een gouvernante.

In het tweede gedeelte, dat ook zo’n 100 pagina’s beslaat gaat het over de tienerjaren van Cristabel. Er spoelt een dode walvis aan op het strand bij hun huis en er strijkt een familie van kunstenaars neer in het dorpje. Cristabel heeft een grote fantasie en wil graag theatervoorstellingen opvoeren waarin alle gezinsleden en de bedienden verplicht mee moeten spelen. Uiteindelijk bouwt een van de kunstenaars van de botten van de walvis een theater en worden er jarenlang opvoeringen gegeven onder regie van Cristabel en is de hoofdrol meestal voor de erfgenaam Digby.

Dan gaat het boek vervolgens nog ruim 300 pagina’s over de belevenissen van de drie Seagraves – ondertussen volwassen – tijdens de tweede wereldoorlog. Digby moet het leger in, Cristabel komt uiteindelijk bij de SOE, Florence probeert het landhuis te beheren en wordt een Land Girl.

Het boek eindigt dan vlak na de oorlog en er is nog een soort van epiloog een paar jaar later. Toch vond ik het einde een beetje afgeraffeld. Ik kreeg niet echt de indruk dat de hoofdpersonen en dan vooral Cristabel uiteindelijk gelukkig zouden worden. Niet ieder boek heeft een happy end natuurlijk, maar na ruim 500 pagina’s had ik toch een beter einde verwacht ofzo.

Ook vond ik het apart dat de zoon een erfenis kan verdelen, terwijl zijn vader – de rechtmatige eigenaar van het landhuis – nog in leven is.

Het Ministerie van Oplossingen en het veel te volle huis – Sanne Rooseboom

Dit kinderboek las ik ter ere van de Grote Vriendelijke 100. Ik kwam er pas halverwege achter dat dit boek onderdeel is van een serie en dat ik dus niet het eerste deel te pakken had, maar deel 3 (?). Ik kon het boek uitlezen tijdens mijn treinreis, anders had ik dat waarschijnlijk niet gedaan. Het is echt een kinderboek en het boeide mij allemaal niet zo erg. Vast een heel leuk boek voor kinderen rond de 10 jaar, maar voor de gemiddelde volwassene echt te kinderachtig. Wel een leuke afbeelding op de kaft en het probleem van een dwangmatige verzamelaar vond ik een originele ingang. En dat hele Ministerie van Oplossing deed mij sterk denken aan een jeugdserie die vroeger op tv kwam; Mission Top Secret. Wellicht heeft Sanne Rooseboom hier haar inspiratie vandaan gehaald.

Wie noemt zijn kind nou Chardonnay? – Maarten van der Meer

Dit is een non-fictie boek dat in mijn “verborgen” lijstje op Hebban stond. Het gaat over namen en bevat dus veel lijstjes, feiten en weetjes over namen en opsommingen. Ik heb (voor)namen altijd al interessant gevonden. Tot een paar jaar geleden de privacywet werd aangescherpt publiceerde de Sociale Verzekerings Bank in januari altijd een lijst met alle namen die in het voorgaande jaar aan baby’s waren gegeven en ik vond dat altijd reuze-interessant en kon uren in die lijsten zitten lezen. Helaas worden nu alleen nog de top-zoveels vrijgegeven. En juist al die zeldzame namen zijn het leukste. Dit boek is opgedeeld in korte hoofdstukjes en die zijn weer gebaseerd op columns of blogs die Maarten van der Meer voor zijn website heeft geschreven. Het boekje stamt al uit 2013, dus ondertussen zouden er weer nieuwe hoofstukken aan toegevoegd kunnen worden. Ik vond het wel een grappig boekje om eens door te lezen. Overigens was het ook heel toevallig dat ik het in de trein las, nadat ik naar de Prinsenhof in Delft was geweest. En laat er nou net een stukje gaan over de naamgeving van de dochters van Willem van Oranje (hij vernoemde ze naar landstreken; Flandrina, Belgica, Brabantina, Antwerpiana), over wie ik net in dat museum van alles gelezen had.

Ik heb zelf geen kinderen en zou het echt heel moeilijk vinden om een passende, originele en ook nog goed uitspreekbare naam te vinden. Mijn huidige huisdieren hebben allemaal Duits-Friese namen die beginnen met een F, te weten Fenno, Frido, Fimme en Ferre.

IJzerkop – Jean-Claude van Rijckeghem

Ook dit jeugdboek las ik ter ere van de Grote Vriendelijke 100. Het historische verhaal vond ik interessant; Vlaams meisje gaat verkleed als jongen als huurling bij het leger van Napoleon om haar huwelijk met een veel oudere man te ontvluchten. Deze huurlingen worden vanwege hun helmen “ijzerkoppen” genoemd. Hoewel ik een vermoeden had, krijg je pas halverwege de echte reden van deze keuze van Stans te horen. Ondertussen is haar familie in rep en roer en wordt haar jongere (en ietwat verwende) broertje Pier achter haar aangestuurd om haar terug te halen. Dan is er ook nog de ietwat vreemde vader van het tweetal die claimt een uitvinder te zijn, maar die ondertussen geen cent verdient om zijn gezin te onderhouden.

De schrijfstijl vond ik wat minder; het verhaal las niet heel vlot weg, wat bij een jeugdboek eigenlijk wel zou moeten. Ook wordt zo’n beetje in elke hoofdstuk het woord “kak” veelvuldig gebruikt en op een bepaald mocht dacht ik; ken je geen andere scheldwoorden of kan het wat minder? Van de andere kant zal het er in het leger niet heel zachtzinnig aan toe zijn gegaan. Uiteindelijk vind ik het vooral mooi dat Stans als jonge vrouw in een tijd dat dat niet gebruikelijk was haar eigen keuzes maakt en kiest voor een leven waar ze zelf gelukkig van wordt.

Verder

Heb ik mijzelf als uitdaging gesteld om dit jaar een klassieker te lezen en dat is naar aanleiding van het liedje Wuthering Heights van Kate Bush dus Woeste Hoogten van Emily Brontë geworden. Maar ik vind het een heel geploeter om er doorheen te komen, dus dat gaat nog wel even duren voor ik die uit heb (als ik het al uit ga lezen.

Geocachingavonturen uit het verleden: Ruilhandel in mysteries

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 2 maart 2011:

Op deze datum werd er slechts 2x in de geschiedenis aan geocaching gedaan. Het vorige verslag verscheen al in 2017 op dit blog. Vandaag gaat het over een geocachingdag rondom Breda. Ik ging hoofdzakelijk mysteries loggen. Ooit hadden zowel Anke als ik, als onze toenmalige auto’s een trackable nummer. Wij kregen toen een mysterie – Ontmoeting met de Heideroosjes – cadeau waarbij mensen al deze nummers nodig hadden om de puzzel op te lossen. Veel andere geocachers waren bereid om oplossingen van mysteries aan ons te geven in ruil voor die nummers. Was best een goede ruilhandel. De cache zit overigens al lang in het archief, omdat Anke haar nummertje kwijt raakte en ik mijn auto weg deed. Zelf heb ik het nummertje nog wel ergens liggen, geloof ik.

Het avontuur:

Ik kreeg een mailtje van een ander team dat ze heel graag onze trackable-numbers wilden hebben om Ontmoeting met de Heideroosjes op te kunnen lossen. Ze boden zelf aan om te ruilen tegen mysterie-oplossingen. Dus vulde ik alle mysteries van de nearbiest-pagina in, zodat ze konden kiezen. Ha, ik kreeg voor bijna alles iets terug, het coördinaat of hints om tot de oplossing te komen. Dat was even mooi meegenomen.

Ik vond allebei de mysteries van Team Freud maar irritante dingen. Van Het halve werk is een goed begin kon ik helemaal geen chocolade maken en voor PonyID kreeg ik de goede site over de identiteit van pony’s maar niet gevonden en zelfs de TB hielp hier niet echt bij. Ze bleken ook nog eens allebei in een gebied te liggen (de bossen bij Vessem) waar ik al vaak doorheen ben gereden de laatste tijd. Dus vandaag wilde ik graag met die twee af gaan rekenen. Halve werk lag zelfs achter die kapel in Vessem waar we al vaker zijn geweest voor geocaching, die was snel gevonden. Daarna door naar PonyID, daar moest nog een stukje voor gewandeld worden over een bospad dat startte bij een schuilhut, die ongetwijfeld bij de route van Schuilhutten hoort. De laatste tijd spot ik overal van die schuilhutten en ik krijg het idee dat ik de die cache dus al voor een heel stuk op had kunnen lossen.

PonyID lag heel goed gecamoufleerd, maar de hint bracht uitkomst. Hehe, hij was eindelijk van de lijst.

Het was vandaag trouwens lekker, zonnig en droog weer, een hele verbering ten opzichte van het regenachtige weekend.

Het was eigenlijk niet praktisch dat ik deze twee caches deed, want ik wilde naar de Ikea in Breda en dan ligt Vessem niet echt in de goede richting.

Dus de volgende op de lijst werd De Warande, in Gilze-Rijen. Hij lag in het gebied Water aan de Warande, waar Anke en ik ooit de gelijknamige multi-cache liepen. Die is nu gearchiveerd. Dat was toen op een grauwe dag, bij zonlicht zag het gebied er veel gezelliger uit.

Daarna op naar de Ikea. Ook daar had ik een cache te doen, een mysterie die over de Billy-boekenkasten ging. Eerst Billy maar gaan zoeken, want die lag bij de parkeergarage. Jemig, wat was het hier druk met af- en aanrijdende Dreuzels. Het 0-punt was bij een verkeersbord, maar ik kon de cache eerst niet vinden. Tot ik in het randje voelde –omdat ik begon te denken dat het nano was- en het om een buisje bleek te gaan, dat daar precies in paste. Ik had hem dus eindelijk te pakken. Vervolgens een rondje Ikea gedaan, dat was hoofdzakelijk om Lack-tafeltjes voor de kanovereniging te kopen, waar bloembakken van zijn gemaakt (die staan er in 2023 trouwens nog steeds, dus was een nuttige aankoop).

Na mijn succesvolle shop-rondje en een bijna gratis hapje in het restaurant had ik nog tijd over voor wat caches in de buurt. Eerst naar de carpoolstrook gereden voor de cache aldaar. De carpoolcache van Breda was snel gevonden, daarna werd het nog sensatie op de strook met een politiewagen die een andere auto achtervolgde en hem daar klem reed.

Mijn volgende stop was de Bliksemschicht, al vaak voorbij gereden over de snelweg, maar nooit naar het ding toegegaan om de cache te zoeken. Een stalen constructie en geen hint, dus je kunt je hier de pleuris zoeken. Ik heb de cache dan ook niet gevonden. Ik ben helemaal naar het bovenste niveau geweest, maar vond het maar een wankele constructie.

Dan maar wat stadscaches doen in het stadsdeel Prinsenbeek. Daar is aanstaande zondag een event ter ere van Carnaval, maar daar kan ik niet heen, omdat ik moet werken. De caches zijn al online. De eerste bij een dichtgemaakte spoorwegovergang. Gelukkig kwam ik vanaf de goede kant. In de logjes was geklaagd dat de cache te dicht op het spoor lag, maar dat vond ik wel meevallen. Nou ben ik ook niet zo bang van de spoorlijn, heb er tenslotte altijd heel dichtbij gewoond.

Een nano midden in de woonwijk volgde. Ik had er een hard hoofd in dat ik deze zou gaan vinden, maar het is me wel gelukt zonder een nieuwsgierige Dreuzel te ontmoeten. Helaas werd ik bij de tweede tot micro geëvolueerde nano wel achtervolgd door een Dreuzel. De cache was ook niet heel handig verstopt, namelijk in een steegje. De oudere man vond dat ik verdachte praktijken uitoefende in zijn steegje en ergens kon ik daar wel inkomen. Dus ben ik vlug doorgelopen en aan de andere kant uit het steegje gegaan. Eerst maar de twee andere caches die op loopafstand lagen gedaan. Beide niet echt van hoog niveau, de reden waarom ik niet zoveel van stadscaches houdt. Eentje bij een museum, waar het gelukkig uitgestorven was. Heb ook geen flauw idee wat voor museum het nou eigenlijk was. Dan eentje midden op het winkelplein waar een beeld van een treintje stond, het symbool van Boemeldonck. Cache zat in treintje, zie die maar eens ongezien te pakken. Dus gewoon maar gegrepen, een paar meter verderop gaan staan en net gedaan of ik de tegels met namen van Prins Carnaval bestudeerde en daarna weer net zo vlug terug gestoken.

Ik wilde toch nog graag die cache in het steegje hebben. Het leek me niet verstandig om nog een keer langs het huis van de oudere man in de gele jas te lopen, dus weer via de andere kant van de steeg gekomen, vlug gelogd en weer via die kant naar de auto verdwenen. Daarna had ik wel genoeg van stadscaches en reed ik naar huis.

Wat ik hier op 2 maart 2023 nog aan toe te voegen heb:

Owh haha, dit is dus typisch zo’n cachedag die ik nu nooit meer zo zou doen. Ik houd niet echt van stadscaches en al helemaal niet van dat soort caches in steegjes. En dan al dat rondrijden met de auto; nee. Eigenlijk waren die mysteries in Vessem dus nog het leukste.

Inspiratielijstje

Op de laatste dag van deze maand ben ik jarig, dus het lijkt mij wel handig om hier wat dingen neer te zetten die ik eventueel wel zou willen hebben ;>)

Evergreen (NL)

Dit lijkt mij echt een heel mooi spel, van de maker van Photosynthesis (ook een favoriet spel). 999Games brengt de Nederlandse versie uit, maar de voorspelling is dat die pas uitkomt in mei 2023…

Gelukkig verkoopt 999Games ook cadeaubonnen.

Het Woud (Nederlandse versie van Canopy)

Uitgegeven door: Meeples Bordspellen

Is een spel voor twee spelers met als thema het regenwoud, voor de liefhebbers van Meadow en laat dat nou net één van mijn lievelingsspellen zijn.

Wel kopen op de website van Meeples Bordspellen zelf, wat B.o.l.c.o.m. zet je gewoon af (ze durven er 50! euro voor te vragen…)

Living Forest (wel graag in het Nederlands)

Bordspel

Uitgever: Ludonaute

Is wel bijna overal uitverkocht helaas…

Hier hadden ze hem nog, toen ik deze blog maakte…

Groene vaas van glas

Deze groen vaas van glas is te koop bij de Hema.

Puzzel Ravensburger

Puzzel van 2000 stukjes van het merk Ravensburger.

Naam van de puzzel is: Straat van de Romans.

Artiest: Demelse Haugton

O.a. hier verkrijgbaar

Snackmat voor de konijnen (en de cavia’s)

Merk: Adori

Wordt verkocht door Pets Place, maar om de een of andere reden kun je hem niet online bestellen en in Oisterwijk hebben ze hem niet.

Kweekkasje voor binnen in de vensterbank

Voor mijn mini-moestuin-op-het-balkon-ambities zoek ik nog een klein kweekkastje voor binnen in de vensterbank. Bovenstaande van Sostrene Grene vind ik absoluut heel fancy.

Maar de Hema heeft een (goedkopere) groene en die vind ik ook prima.

Oei, wat ben ik toch weer hebberig ;>)

MaandMoves: februari 2023

Net als de voorgaande jaren probeer ik om op de laatste dag van de maand een maandoverzicht te geven.

Februari

Het weer was zeer afwisselend, met veel wind en regen- en hagelbuien, hoewel de echte monsterstormen (zoals vorig jaar) uitbleven. Ook was het vrij koud en ging de temperatuur zelden de twee cijfers in. Gelukkig kwam er geen sneeuw meer. Wel was het overwegend grauw en bewolkt weer, pas in de laatste week kwam de winterzon vaker tevoorschijn.

Toch vond ik de maand wel redelijk te doen, maar dat komt misschien omdat ik vorig jaar in februari corona heb gehad en ook omdat ik nu een fijne woning heb in vergelijking tot het Krot, waar ik vorig jaar rond deze tijd nog woonde.

Het is fijn dat het alweer wat langer licht is, maar wat dat betreft wordt het in maart natuurlijk alleen nog maar beter; dan begint de lente en wordt de klok verzet. Verheug mij nu al op de lente.

Wandelen, geocaching en Munzee

Ik heb iets meer gewandeld dan in januari, wel vooral hier in mijn eigen achtertuin; de Oisterwijkse bossen- en vennen dus. Ook eindelijk weer eens een langere wandeling over de Kampina gemaakt. Daarnaast waren er een stadswandelingen door Delft en Zaltbommel, in combinatie met geocaching.

Er werden 49 geocaches gevonden deze maand; veel labcaches, maar ook een aantal fysieke caches. In februari was nog 1 datum over, namelijk 17 februari. Ik had een vrije dag opgenomen om deze datum te “redden” voor mijn Geocaching Datum Project. Helaas was dit net de dag met de ergste stormvoorspelling, dus bleef ik dichtbij huis om eindelijk de “nieuwe” serie (ligt er ondertussen al een aantal maanden) rondom Moergestel te doen. Dit was best een aardige wandeling (de paden kende ik al van andere wandelingen en/of geocachingroutes) en hoewel het af en toe flink waaide, bleef het gelukkig droog. Het leukste was dit bankje in een boom. Deze dag gebruikte ik voor het eerst sinds november weer eens mijn gps Smaug. In de tussentijd gebruikte ik mijn telefoon als gps, maar bij trails met fysieke caches vind ik mijn echte gps toch handiger (en dan kan ik mijn telefoon gebruiken voor Munzee en hoef ik niet de hele tijd te schakelen tussen alle apps). De datum werd ruim “gesaved” en nu zijn er nog maar drie data te gaan.

Aan het begin van de maand ging ik nog speciaal op pad om genoeg punten te halen voor het doolhofsouvenir van Signal. Dat is een serie die een heel jaar loopt (vanaf april 2022) en je hebt steeds twee maanden de tijd om een doolhof te voltooien en tot nu toe had ik alles gehaald, maar nu kwam ik iets van 25 punten te kort voor dit doolhofsouvenir en dat vond ik toch jammer. Het is gelukt; het souvenir is binnen.

Ook vond ik labcaches in Delft en Utrecht.

Met Munzee ging het ook lekker. Omdat ik een bepaald aantal punten had gehaald, kreeg ik tegoed dat ik kon besteden in de Munzeeshop en daar kocht ik een Treehouse van. Dat is een soort van travelbughotel voor special Munzees, alleen zijn Munzees virtueel. De Treehouse zit in mijn woning, dus kan ik elke dag makkelijk cappen. Dat levert veel punten op. Ook kon ik veel vangen tijdens mijn treinreizen.

Spelletjes en puzzels

Er werden wat minder spellen gespeeld dan in januari en ik had maar twee tegenstanders; 27 potjes, waarvan 17 verschillende spellen. De top-3 van meest gespeelde spellen deze maand is: Cloudy Kingdom (nieuw binnen via de Jolly Dutch Club en heel verslavend), Point Salad en Splendor. Nieuwe spellen zijn dus Cloudy Kingdom en Patchwork Duo. Ik had eerst een Patchwork voor meerdere personen, maar die had ik verkocht omdat we het zelden speelden. Mijn moeder vond dat echter wel een leuk spel, dus toen bij de Kruidvat de tweepersoonsversie voor weinig geld lag, heb ik die aangeschaft als vervanger.

De puzzel van de maand was er eentje van 1500 stukjes; The Grand Library van Aimee Stewart. Ik heb vaker puzzels met tekeningen van Aimee Stewart gelegd en ik houd erg van haar stijl. Bij het laatste gedeelte hulp gehad van mijn moeder. We zouden eigenlijk spellen gaan spelen, maar die puzzel riep harder en uiteindelijk legden we pas rond middernacht het laatste stukje…

Kijken

Ik heb tegenwoordig weer een tv in huis (en streamingdiensten met dank aan mijn broeders) en heb daarom deze maand belachelijk veel films en series gekeken. Natuurlijk is er ook nog steeds Wie is de Mol? en ik ben er voor 99,9% van overtuigd dat Jurre de Mol is. Tot nu toe heb ik al mijn punten in de app nog. Over 2,5 week weten we of ik gelijk heb.

Samen met jongste broeder en schoonzusje ging ik naar het Pathe Festival en zagen we vier films op een dag, te weten: Till, Tar, A man named Otto en The Whale. Het waren wel allemaal vrij dramatische films, dus bij de laatste was ik er wel een beetje klaar mee. Wel heb ik hiermee al meer films in de bioscoop gezien dan in heel 2022 bij elkaar, want dat waren er maar drie.

Verder heb ik eindelijk Where the crawdads sing gezien, de verfilming van het gelijknamige boek van Delia Owens. Ik vond het best een aardige verfilming, behoorlijk trouw aan het boek.

Qua series bingewatchte ik alle drie de seizoenen van His Dark Materials. Ik heb de boeken meerdere keren gelezen en was benieuwd naar deze verfilming van met name deel 2 en deel 3. Want deel 1 is al eens eerder verfilmd in 2007 als The Golden Compass. Ik denk dat ik er nog een aparte blog ga schrijven met mijn recensie.

Ik keek ook de nog vrij nieuwe Disneyfilm Strange World; die kreeg veel kritiek, maar ik vond het best een leuke film.

The Other Boleyn Girl heb ik met een half oog gekeken, want ik vond het een veel te langdradig kostuumdrama. Ik heb het boek waar de verfilming op is gebaseerd ooit gelezen en had over de hele (op waarheid gebaseerde) situatie zo mijn eigen mening klaar. Die is door de film niet veranderd. Ze mogen dan allemaal good looking acteurs hebben gecast, maar het hele verhaal is gewoon heel bizar; de twee zusjes worden door hun oom en vader uitgespeeld om het aanzien van de familie te verhogen, maar eigenlijk worden ze gewoon als hoeren het bed van de koning ingestuurd en moeten ze hem vooral een bastaardzoon baren. In de film ziet de koning er in de vorm van Eric Bana nog aantrekkelijk uit, maar in werkelijkheid was Henry VIII een oudere, corpulente (hij woog bij zijn dood vermoedelijk zo’n 170 kilo), geesteszieke (door een val zijn paard) en daardoor niet heel knappe man, die zes vrouwen heeft versleten, waarvan hij er twee liet onthoofden (waaronder dus Anna Boleyn).

Musea

Ook in februari bezocht ik weer twee musea. Als eerst de Prinsenhof in Delft, waar het vooral om Willem van Oranje draait, die daar is vermoord. Qua aantal vrouwen leek Willem trouwens best op Henry VIII, want hij versleet er vier. Verder is er veel Delfts Blauw te zien in het museum, maar ik vind dat echt aartslelijk spul. Ook hangen er veel schilderijen van vooral Delftse meesters. In deze schilderijenzaal was het in tegenstelling tot de rest van het museum helemaal niet druk, maar ik vond dat hier best een aantal mooie stukken tussen hingen. Helaas hebben ze niets van het schildericoon van Delft zelf: Johannes Vermeer; dat zal onbetaalbaar zijn. Wel veel van zijn tijd- en stadsgenoot Michiel van Mierevelt, die tijdens zijn leven meer succes had met zijn schilderijen dan Vermeer, die straatarm en relatief jong stierf.

Het andere museum is het Stadskasteel ofwel het Maarten van Rossumhuis in Zaltbommel. Dit museum draait om twee iconen van de stad: de middeleeuwse legeraanvoerder Maarten van Rossum en de bekende illustratrice Fiep Westendorp (die vooral veel tekende bij de verhalen en boeken van Annie M.G. Schmidt). Het is een klein museum, maar het heeft wel een mooie collectie en zeer vriendelijke vrijwilligers. Ook is er een museumtuin (gratis toegankelijk tijdens de openingstijden en voor de liefhebbers ligt er een geocache verstopt) en een gezellig museumcafé. Het is ook nog een aanrader om naar de muurschildering van kunstenares Karen de Bondt te gaan kijken, in de nabijgelegen Oliestraat.

Verder

  • Heb ik twee nieuwe huisgenootjes in de vorm van de konijnen Fimme en Ferre. Je kunt alles over hun komst lezen in deze blog. (En natuurlijk zijn mijn twee cavia’s er ook nog steeds).
  • Als kersverse #crazybunnylady besloot ik meteen een Konijnen Bingo te organiseren op instagram met postkaarten. Het is toevallig ook nog eens het Chinese Jaar van het Konijn, dus dat was zeer toepasselijk. Er deden een paar echte konijnenliefhebbers mee en er werden erg leuke konijnenkaarten rond gestuurd.
  • Ook mijn jongste broeder en schoonzusje haalden deze maand een huisdier uit het asiel, dus heb ik nu een “neefje” in de vorm van een kat. Hij heet Tosti.
  • Toen ik spullen voor de konijnen ging halen bij de plaatselijke dierenwinkel raakte ik onder de indruk van hamsterscaping (het inrichten op een “natuurlijke” manier van een grote glazen bak voor een hamster), dus ik sluit niet uit dat er in de toekomst nog een hamster gaat komen. Ik heb als tiener ook russische dwerghamsters gehad. Eerst maar eens even sparen hiervoor, want het huisdierenbudget is nu al op aan benodigdheden voor de konijnen.
  • Ondanks dat het nog behoorlijk winter is, kon ik de paaseitjes niet weerstaan.
  • Aan het einde van de maand maakten de wintergnomes dan toch maar plaats voor de paasspullen, want pasen valt vroeg dit jaar.
  • Ik wil graag een minimoestuin op mijn balkon, dus las ik een boek (zo heerlijk om lid te zijn van de bibliotheek) over moestuinieren in potten en begon ik aan een lijst met benodigdheden.
  • Testte ik een aantal soeprecepten uit en vooral de knolselderijsoep viel erg in de smaak. Zelf vond ik de noedelsoep ook lekker.
  • Bak ik nog steeds brood met mijn broodbakmachine. Ook een cake geprobeerd, maar die vind ik lekkerder uit de gewone oven.
  • Probeerde ik Foodello uit; zij verkopen producten die tegen de houdbaarheidsdatum zitten met een flinke korting. Ik kocht er o.a. broodbakmix.
  • Minder leuk was de ervaring om in een trein te zitten die een aanrijding had met een persoon, zoals de NS dat dan noemt. In de eerste plaats is het natuurlijk heel triest dat iemand zo wanhopig is om op deze manier een einde aan het leven te maken. Hierin falen in mijn ogen de hulpverlening en ook de euthanasiewet. Dwars door Oisterwijk loopt een spoorlijn, waar je door de vele overgangen makkelijk op kan komen, dus ik heb het helaas al vaker meegemaakt. Ik zat nooit eerder in de trein zelf. Het was een lange trein en ik zat in het midden, dus heb ik het gelukkig niet zien gebeuren. Het lijkt mij vooral erg voor de machinist en voor de conducteurs, die naar buiten moeten om te situatie te gaan schouwen. Na een klein half uur mochten wij passagiers de trein aan de achterkant verlaten om naar station Reeshof te lopen, we stonden daar slechts een paar honderd meter vandaan en vermoedelijk is het slachtoffer ook vanaf daar het spoor opgegaan. Uiteindelijk is er een andere trein gekomen om de passagiers op te halen, maar ik had toen al besloten dat ik terug naar Tilburg centrum ging wandelen en dat heb ik ook gedaan om op Tilburg Universiteit weer op de trein te stappen.

De langoren zijn gearriveerd

Konijnenwens

Het was een lang gekoesterde wens van mij om weer konijnen als huisdieren te hebben. Een wens die lang in de vriezer geparkeerd stond, want in mijn vorige woning – a.k.a. Het Krot – was er simpelweg geen ruimte voor een konijnenren van minstens drie vierkante meter; de minimum eis die een konijnenopvang stelt aan de huisvesting voor hun konijnen.

Cavia’s nemen met wat minder ruimte genoegen (ze zijn ook kleiner en minder soepel dan konijnen), dus daarom wel altijd twee cavia’s gehad in Het Krot en die zijn natuurlijk ook mee verhuisd en wonen nog altijd hier.

Maar nu woon ik in een nieuwe woning die bijna dubbel zo groot is als het Krot. En hier zijn twee “slaapkamers”. Omdat ik alleen ben, vind ik het prima om te slapen in de kleinste slaapkamer, die is groot genoeg. Dan bleef de veel grotere extra kamer over voor wat anders en ik wist eigenlijk al meteen dat ik die op ging splitsen in een kantoor en een ruimte voor de konijnenren. De splitsing werd voltooid met mijn oude vakjeskast van Ikea; de al vier keer mee verhuisde Kallax-kast.

Het “Konijnenhol”

Omdat ik in een appartement op twee hoog woon, heb ik geen tuin. Wel een balkon, maar daar mag je volgens de huisregels geen dieren ophouden. Met de grote hoeveelheid katten die mijn buren houden en de zon er vol op in de zomer, lijkt mij dat ook geen verstandig idee. Hoewel ze in de zomer vast wel eens op het balkon mogen rondhuppelen onder toezicht, zijn het in principe binnenkonijnen.

Ik wilde een grote, stevige ren voor de konijnen, met elementen die niet de hele tijd omvallen. Dan kom je al snel uit op een bench voor honden (puppy’s). En na een beetje zoeken op internet vond ik een bedrijf dat simpelweg konijnenren.nl heet en zij verkopen dus rennen speciaal voor konijnen in allerlei maten. Ik ging voor het maximale formaat dat in de kantoor/konijnkamer mogelijk was en dat is een ren van ongeveer 3,5 vierkante meter. De ren is makkelijk op te bouwen, er zit een deurtje in, zodat ik makkelijk in de ren kan komen en het is mogelijk om de opbouw van de 10 elementen nog te wijzigen of er ooit nog extra elementen aan toe te voegen (mocht ik ooit nog verhuizen naar een nog grotere woning, haha). Maar in de ruimte waar de ren nu staat kan het niet anders. Je kon kiezen voor een hoogte van 60, 80 of 100 cm en ik besloot dan maar meteen voor een meter te gaan. Achteraf bezien denk ik dat 80 cm ook hoog genoeg was geweest, maar beter safe dan sorry; konijnen kunnen best hoog springen.

Sociale dieren

En het moesten dus twee konijnen worden, want konijnen zijn sociale dieren die graag samenleven. En waar bij cavia’s een combinatie van twee mannetjes of twee (of zelfs meerdere) vrouwtjes goed mogelijk is, is dat bij konijnen niet zo’n goed idee. De beste combi is een mannetje en een vrouwtje samen en om een explosieve toename van het aantal konijnen in de toekomst te voorkomen moeten die dus gesteriliseerd zijn. Ik wilde het liefste een koppeltje dat al gevormd was, ook omdat ik geen ervaring heb met het koppelen van konijnen.

Ik hoefde niet per se jonkies, het was eigenlijk al snel duidelijk dat mijn konijnen van de opvang mochten komen, volgens het Amerikaanse principe: adopt don’t shop. Wel wilde ik dan niet al te oude konijnen. Ze worden gemiddeld zo’n 10 jaar oud, dus ik wilde het liefste een koppel dat nog geen vijf jaar oud zou zijn. Daarnaast moet je een aardig bedrag neertellen voor de konijnen, dus dan zou ik het ook niet echt leuk vinden als ze na een paar jaar alweer zouden overlijden. Garanties heb je natuurlijk nooit; dat is bij cavia’s ook niet. Maar die zijn wel een heel stuk goedkoper in aanschaf, omdat je twee ongecastreerde mannetjes bij elkaar kan houden (zo heb ik dus twee mannetjes samen zitten en die hebben hun mannelijke onderdelen gewoon nog). Want dat bedrag zit hem dus vooral in sterilisatie; dat is niet goedkoop. Vermoedelijk krijgt de opvang wel korting, omdat ze zoveel konijnen laten steriliseren. Ik zag dat het bij de dierenarts hier in de gemeente ook een aardige duit kost. En dan moet je ook nog net een dierenarts hebben die gespecialiseerd is in kleine dieren, zoals konijnen. Verder vind ik het prima dat je ook voor opvangdieren een bedrag moet betalen. Het voorkomt dat mensen zomaar een konijn op komen halen, als je ervoor moet betalen dan denk je er beter over na. En er zaten meer dan 100 konijnen in de opvang; dat kost natuurlijk ook geld. Dus het bedrag dat ik nu betaald heb vloeit weer terug in de opvang en dat is zeker een goed doel, waarvan je ook 100% zeker weet dat het daar en goed terecht komt.

Geen Vlaamse Reuzen

Ook wilde ik niet al te grote konijnen, vanwege de dan toch nog beperkte ruimte. Ik meen dat je tot 2 kilo mag spreken over een dwergkonijn. Volgens hun boekjes wegen mijn huidige konijnen net een paar honderd gram meer, dus zijn het officieel “middelgrote” konijnen. Daarnaast hoopte ik op redelijke tamme konijnen, die zich in elk geval laten aanraken en liefst aaien. Konijnen zijn in principe geen knuffelbeesten, maar je hebt er natuurlijk evengoed makkelijke en moeilijk benaderbare bij zitten.

En ja, dan heb je nog het uiterlijk. Opvangen pleiten altijd dat je niet voor het uiterlijk moet gaan, maar voor het karakter. En daar hebben ze ook gelijk in, maar het oog wil ook wat. Dus ik wilde op zijn minst konijnen in een kleurstelling die ik leuk vind om te zien. Of ze hangoren of rechte oren zouden hebben, maakte mij dan weer minder uit, maar omdat mijn laatste konijn Fender een hangoor was, was dat wel een beetje het plaatje in mijn hoofd.

De keuze

Uiteindelijk maakte ik een afspraak bij een konijnenopvang. Op hun website had ik verschillende koppeltjes gezien die mij wel leuk leken. Bij aankomst bleek mijn favoriete koppel niet in de opvang te zitten, maar in een pleeggezin, waar ze waarschijnlijk zouden blijven. Die vielen dus al af. Het tweede koppeltje waren schattige konijntjes, maar die waren met zeven jaar al behoorlijk op leeftijd. Het derde koppel waren leuke en lieve (en mooie) konijnen, die zich gewillig door mij lieten aaien, maar ze waren behoorlijk groot.

Na deze koppels mocht ik ook nog naar koppels gaan kijken die nog niet op de website stonden en die in een andere ruimte zaten. Daar zaten best wel wat konijnen tussen die aan mijn eisen voldeden, maar D en T (de opvangnamen) sprongen daar eigenlijk meteen uit, omdat ze allebei meteen naar mij toe kwamen, ze konijnensnoepjes aten uit mijn hand en zich ook makkelijk lieten aaien. D leek daarbij erg op Fender, mijn laatste konijn (al overleden in 2013, nu bijna tien jaar geleden), maar dan in een iets kleiner formaat en een andere kleurstelling. Fender was wit met bruin gevlekt, D is wit met grijs/zwarte vlekjes. Daarnaast leken D en T elkaar ook heel erg aardig te vinden, ze lagen heel schattig bij elkaar. En ook qua formaat pasten ze goed in mijn plaatje en belangrijker nog; in de ruimte die de ren hun biedt. Ik heb net hun derde verjaardag gemist, want ze zijn allebei jarig in de laatste week van januari (en dus geboren in 2020). Daarmee blijft mijn cavia Fenno het oudste huisdier in dit huis, want die is al van oktober 2019 en woont ook al vanaf vijf weken oud bij mij. Maar cavia’s worden helaas minder oud dan konijnen, dus waarschijnlijk zullen de konijnen Fenno ruim gaan overleven.

Broer en zus?

Vanwege de privacy van de vorige eigenaars mochten ze niet al teveel vertellen over de voorgeschiedenis van deze konijnen, maar wat ik wel weet is dat ze altijd samen hebben gezeten en ze hoogstwaarschijnlijk broer en zus zijn (of in elk geval op dezelfde dag zijn geboren). Ze zijn afgestaan door de vorige eigenaar; reden is mij dus onbekend. Maar omdat ze heel erg tam zijn, zal het in ieder geval niet vanwege verwaarlozing zijn. Misschien een verhuizing of tijdgebrek. Geen idee. In ieder geval zaten ze nog niet heel lang in de opvang, pas sinds januari.

Ze mochten meteen mee naar huis. De autorit vonden ze niet bijzonder leuk, maar toen ze eenmaal in de ren zaten, gingen ze die wel meteen verkennen. En hoewel ze bij de opvang hadden gezegd dat konijnen niet uit een fles wilden drinken, was dat zo’n beetje het eerste wat ze deden; op die fles afstormen en daaruit drinken. Mijn konijnen-of-the-past dronken overigens ook allemaal uit flessen. Ik vind het schoner dan uit een losse waterbak, dus fijn dat ze dat goed doen. Ook komen ze al vanaf de eerste dag naar mij toe als ik naast of in de ren sta en laten ze zich graag aaien; vooral het vrouwtje is dol op aandacht en duwt het mannetje ook weg. Zij laat zich ook probleemloos oppakken, het mannetje vindt dat minder leuk. Het vrouwtje is duidelijk de baas; ze weegt zelfs net iets meer dan het mannetje.

De namen

Toen moesten ze natuurlijk ook nog een naam krijgen, want D en T vond ik allebei niet zo’n mooie namen. T deed mij denken aan een oude klusjesman. En D aan de overleden hond van een kennis die zo heette. Zoals bekend krijgen al mijn cavia’s een naam die begint met de letter F. Mijn laatste konijn had met Fender dus ook een F-naam. Daarom wilde ik nu ook weer het liefste F-namen. De namen van de cavia’s – Fenno en Frido – zijn toevallig allebei Duits-Friese namen. Het leek mij dus wel leuk als de namen van de konijnen daarbij aan zouden sluiten. Ik heb in mijn telefoon een lijstje staan met F-namen, maar die zijn niet allemaal Fries. De naam Ferre stond hier wel in en die voldeed wel aan die eis. Dus ging ik maar eens googelen op Duits-Friese namen. Mijn moeder had dat ondertussen ook gedaan en die kwam o.a. met Fimme. Dat vond ik leuk klinken bij Ferre en het blijkt ook nog eens “vlug en behendig” te betekenen, wat zeer passend is voor een konijn. Het bevalt mij ook dat de cavia-namen dan allebei eindigen op een o en de konijnen-namen allebei op een e. En allemaal namen die uit vijf letters en twee lettergrepen bestaan.

Fimme is het vrouwtje, zij is driekleurig, van voren vooral wit, van achteren vooral bruin en dan nog wat zwarte vlekjes. Ferre is het mannetje en hij is wit met zwart/grijs gevlekt.

Pretentieuze namen? Misschien. Originele namen voor huisdieren? Absoluut. Ik ben niet van de Vlekje en Snuitje-categorie zullen we maar zeggen. Moeilijk te onthouden voor andere mensen? Vast ook wel ;>)

Vanaf nu ben ik naast een #crazyguineapiglady dus ook een #crazybunnylady. Hopelijk gaan ze nog een lang en gelukkig leven hebben hier.