MaandMoves: november 2021

Dit jaar ga ik proberen om elke maand op de laatste dag een soort van maandoverzicht te geven. Ik heb dit eerder geprobeerd met weekoverzichten, maar dat heb ik algauw opgegeven; te veel moeite. Een maand is een wat langere periode en ik hoef dan ook wat minder gedetailleerd op zaken in te gaan.

November

Tja, de maand stond vooral in het teken van de ziekte met de grote K die zijn intrede deed bij een zeer close familielid. Ziekenhuisopnames, onderzoeken, het vonnis, chemo; de hele shitzooi kwam deze maand voorbij en zal de komende maanden aanhouden. En dat alles onder de grauwe sluier van corona die ook nooit meer lijkt op te trekken. We zullen er mee moeten dealen, zowel met de K als met de C.

Het weer was heel wisselvallig; van prachtig zonnig herfstweer tot hevige regen en zelfs winterse temperaturen van rond het 0-punt. De hoeveelheid post en brievenbuspakketten nam naar het einde van de maand explosief toe. Dus laat de winkels alsjeblieft openblijven, want anders krijgen we ook nog een postinfarct.

Waren er ook nog leuke dingen deze maand? Jawel, want je moet tenslotte de lichtpuntjes blijven zien.

Wandelen, geocaching en Munzee

Er werd slechts twee dagen aan geocaching gedaan deze maand, maar dit leverde wel 22 founds op. Allemaal echte geocaches, want deze maand geen labcaches gedaan. De eerste dag ging ik voor de verandering weer eens met mijn mede-Heideroosje Anke op pad en we wandelden over de Landschotse Heide bij Middelbeers en door het Beerzedal daar vlakbij. De andere dag ging ik alleen op pad om de 5-cache-datum te saven. Ik had een heel plan opgezet rondom Gilze-Rijen, maar dat was wel afhankelijk van een OV-fiets. En helaas was er een niet op afstand oplosbare storing bij de OV-fietsen, dus moest ik overgaan op Plan B en dat was te voet caches doen vanaf station Gilze-Rijen. Ik vond er uiteindelijk toch nog 10 en dat was dus genoeg om de datum te redden, want ik wil 10 founds op een datum en nu had ik er in totaal zelfs 15. Helaas bleven er ook nog twee data in november open staan, want die vielen dit jaar weer op een doordeweekse werkdag en nu we in de vroeg-donker-periode zitten is het dan onmogelijk om nog geocaches te vinden.

Met de Munzees ging het ook lekker, want in Rijen wonen een aantal Munzeejagers, dus ligt er een ware Munzee Garden. Daar heb ik lekker veel van kunnen vangen tijdens mijn geocachingwandeling en ging ik weer een level verder; ik zit nu in level 115. Ook besloot ik om een soort van Advent-Munzee aan te schaffen met de welluidende naam Sir Prize Santa. Je kunt hem van 1 t/m 24 december elke dag een keer cappen en dan krijg je elke dag een prijs. Ben benieuwd.

Verder wandelde ik alleen maar in de Oisterwijkse bossen en vennen en over de Kampina. Het kan nu alleen nog maar overdag en niet meer ’s avonds op werkdagen. Dat vind ik toch wel jammer aan de vroeg-donker-periode.

Spelletjes

November was een dieptepunt op het gebied van spellen spelen, want volgens mijn spellen-app slechts drie avonden gespeeld. Vanwege de nieuwe corona-maatregelen mocht de spelavond van spellenvereniging de Spelcarrousel niet doorgaan. Wel was er een online-bingo-avond, waar ik aan meedeed in gezelschap van S&A. Het was even heel spannend, maar helaas niets gewonnen. Het was gezellig, maar toch hoop ik dat de fysieke spellenavonden snel weer door mogen gaan.

Wel kwam eindelijk de Nederlandstalige uitbreiding van Everdell Spirecrest uit en die heb ik al wel een keer gespeeld. Met Reuzencritters! (ondanks dat ze in het Nederlands dus bosdieren heten, blijf ik hardnekkig critters zeggen, omdat S. het spel in het Engels heeft en het een leuker woord is).

Kijken

Weinig tv gekeken deze maand, maar wel 2x naar de bioscoop geweest. Op de laatste avond dat we nog na 17 uur ergens binnen mochten naar de nieuwste (60e) Disneyfilm: Encanto. Het is aan de animatie van de karakters en de opbouw van de liedjes duidelijk te zien en te horen dat het van dezelfde makers is als Frozen. Het verhaal is wel heel anders en ik vond het een mooie film, hoewel misschien iets te veel karakters. De andere film was House of Gucci, iets totaal anders dus. Een op waarheid gebaseerd familiedrama over de Italiaanse modefamilie Gucci, dat uiteindelijk eindigt met een moord. De film is een beetje langdradig, maar prima voor een regenachtige zondagmiddag.

Verder

Was ik veel bezig met sinterklaascadeautjes. Vorig jaar moest ik mijn eindscriptie inleveren op 4 december en ging de sinterklaasperiode volledig langs mij heen (en werd er uiteindelijk geen sinterklaas gevierd vanwege corona). Dus dat wilde ik dit jaar een beetje inhalen. Tja, ook dit jaar dus weer veel grauwe K- en C-sluiers over het sinterklaasfeest, maar we gaan het nu wel proberen te vieren.

Heb ik heel veel boeken gelezen. Ik had ook willen schrijven (NaNoWriMo), maar dat ging niet. En lezen ging wel, dus dat dan maar als uitvlucht.

OV-stapper Texel: dag 2

Bertusnol en het verloren labcache-punt

Na een dag fietsen was het weer tijd voor een dag wandelen, etappe 2 van de OV-stapper of ook wel etappe 2 van het streekpad Waddenwandelen. Mijn moeder en ik lieten ons door taxi mijn vader droppen in De Koog, hemelsbreed was dit nog geen 3 kilometer van het vakantiehuisje af, maar vanwege de wegwerkzaamheden aan de weg waar ons huisje was, moesten we omrijden. Ook per fiets hadden we niet dwars door de weilanden gekund, trouwens. We gingen direct via een fietspad het bos in en al snel ging het bos over in de duinen.

We kwamen langs het uitkijkpunt op de Bertusnol en natuurlijk moest ik dat beklimmen. Mijn moeder ging zelfs mee, ondanks haar hoogtevrees. Het was een beetje mistig en bewolkt weer, wat het landschap een mysterieus tintje gaf. Later kwam ik erachter dat het punt van de TV-TAS labcache (op elk waddeneiland een punt) op de Bertusnol lag. Ik had de Slufter in mijn hoofd. Stom natuurlijk, want je moet op dat punt staan om de vraag te kunnen beantwoorden. En de rest van de week is het er niet van gekomen om nog een keer naar de Bertusnol te gaan, dus daarmee ging dit punt verloren.

Galloways in de Muy

De duinen gingen over in het natuurgebied De Muy. De route van deze dag kwam ons meer bekend voor dan die van de eerste etappe. We hebben vroeger (toen kwamen we bijna elk jaar op Texel, omdat familie er een caravan had. Die is allang verkocht en ik was dan ook 7,5 jaar niet op het eiland geweest) ook wel in De Muy en de Slufter gewandeld, terwijl we minder in de Geul kwamen. De Muy was wel veranderd: er liep nu een breed wandelpad, er was meer water en er waren lage bruggen over de waterpartijen. En er waren Galloway-koeien. Persoonlijk ben ik meer van de koeien dan van de schapen, dus de Galloways moesten op de foto: #maartjeskoeienfotos. Bij het infobord van de Muy hielden wij behulpzaam het hekje open voor fietsers en vonden we het antwoord voor het punt van de labcache Mooi Texel. Fietsers moesten hier dus het gebied uit, wandelaars konden verder lopen naar de Slufter.

Regen in de Slufter en de ruigpootbuizerd (wie kent hem niet?)

Helaas kregen we toen een regenbui over ons hoofd heen en was de Slufter niet op z’n mooist. Ook stond er erg veel water op de wandelpaden, omdat er vorige week hoog water was geweest tot ver in het gebied. We hielden droge voeten, maar de regen stopte pas toen we de Slufter alweer bijna uit waren. Het labcachepunt van de Slufter leverde veel problemen op, omdat het infobord was weggehaald. Op deze zelfde plek ontbrak het bankje dat ik nodig had om een punt van de Mythe van Texel (multicache met punten over het hele eiland) te kunnen beantwoorden. We wisten wel dat het antwoord op de vraag een vogel moest zijn, dus begonnen wij allerlei vogels in te typen. Niets was goed. Vogels op Texel gegoogled. Van alles geprobeerd, zonder resultaat. Uiteindelijk ben ik gaan zoeken naar een foto van het infobord. Die vond ik wel, maar de tekst was amper te lezen. Mijn moeder zoemde heel erg in en het moest toch echt een buizerd zijn. Dus ik weer googlen op soorten buizerds. Het was de ruigpootbuizerd. Deze vogelsoort gaan we nooit meer vergeten en de rest van de week was ruigpootbuizerd ons stopwoord. We hebben daar bijna een half uur gestaan denk ik.

De dubbele vuurtoren

Je mag dan niet meer verder wandelen door de Slufter, het grootste gedeelte is ontoegankelijk broedgebied voor vogels. Dus moesten we verder aan de andere kant van de duinovergang. Over het fietspad. Kilometers lang over het slingerende fietspad door de duinen tot aan het Landalpark. We begonnen nu aan de tocht naar de vuurtoren. We gingen een stukje door de duinen en daarna een stuk over het strand, dat was weer een lekker stuk, ook al waaide het nu een stuk harder dan tijdens etappe 1. We hadden de vuurtoren al de hele dag in de verte zien staan en nu kwamen we steeds dichterbij. Ik hoopte dat ik nog op tijd zou zijn om de vuurtoren te kunnen beklimmen, want dat stond op mijn Texel Bucket List. Voor mijn moeder was dit het eindpunt en die hoopte op een lekker hapje in het restaurant bij de vuurtoren. Helaas bleken alle restaurants in die omgeving gesloten te zijn, omdat het maandag was. Dus moesten we het doen met de chocolade uit onze rugzak.

Mijn moeder was klaar met de wandeling en belde mijn vader voor een lift. Ik wilde nog heel graag de knalrode vuurtoren op en reserveerde via internet op mijn telefoon een tijdslot. Dat ging twee minuten later al in, dus liep ik meteen naar de ingang van de vuurtoren. Ik ben in het verleden dus best wel vaak op Texel geweest, maar heb nooit eerder de vuurtoren beklommen. Terwijl ik toch al jarenlang dol ben op allerlei soorten uitkijktorens. De vuurtoren telt verschillende verdiepingen en is meteen ingericht als een museum over de geschiedenis van vuurtorens en deze in het bijzonder. Zo wist ik niet dat de nieuwe, rode vuurtoren om de oude vuurtoren is heen gebouwd. Die liep bomschade op in de tweede wereldoorlog en dus besloot men om een nieuw toren eromheen te bouwen. Op een verdieping kun je tussen de twee vuurtorens heenlopen en de kogelgaten zien zitten.

Ook ging het over de lampen en hingen er overal foto’s van de vuurtoren in alle weersomstandigheden en hoe hij er vroeger en nu uitzag. Ik vond het wel interessant. Op de top was de meldkamer nog precies zo ingericht als in 1989, toen de vuurtoren voor het laatst bemand werd. Compleet met stokoude computers en theepot. Tegenwoordig wordt hij op afstand bediend. Wel zitten er twee reservelampen in die aangaan zodra de hoofdlamp kapot gaat. Want de vuurtoren is nog wel in functie en laat dan ook elke nacht zijn licht over de zeeën schijnen, want de Noordzee en de Waddenzee komen samen zo rond de vuurtoren. Op de top van de vuurtoren waaide het extreem hard, maar ik had wel een superuitzicht. Je kunt as far as your eyes can see over de zee uitkijken. Natuurlijk kon je Vlieland zien liggen, dat is hemelsbreed maar 2,5 kilometer van Texel af. Iemand anders die op de toren stond grapte dat ze best een brug konden slaan tussen Texel en Vlieland. Ik zwaaide ook nog naar mijn moeder, die beneden op mijn vader stond te wachten. Als je onderaan de vuurtoren stond en omhoog keek langs de toren, leek het net of hij bewoog, maar dat kwam vooral door de bewegende wolken. Gezichtsbedrog dus. In de toren zat een winkeltje met allemaal vuurtorenspullen, maar ik heb niets gekocht.

Virtuele picknick zonder eten

De toren werd trouwens druk bezocht, er waren overal mensen. Nou was het natuurlijk wel herfstvakantie en midden op de dag. Na een paar rondjes over de toren ging ik weer naar beneden. De ouders waren ondertussen al doorgereden naar De Cocksdorp, ik ging die drie kilometer nog wandelen, zodat ik de hele wandeling gedaan had. Het eerste stukje ging door een klein duin- en struingebiedje. Daarna moest ik een heel stuk over een verharde dijk tot aan De Cocksdorp lopen. Aan de zeezijde had ik nog wel uitzicht op een vogelgebied en daar kon ik nog de virtuele cache doen. Eigenlijk moest je daarvoor een picknick houden aan een betonnen picknicktafeltje, maar ik had geen eten meer bij (wel honger ondertussen) en het waaide daar best hard, dus alleen maar een foto van mij met het tafeltje gemaakt en de vraag beantwoord. Je kon meteen een mailtje sturen naar zo’n automatisch adres en mijn antwoord werd goedgekeurd. Wel een idyllisch plekje voor vogelaars, er gingen er nog een paar het wad op met gigantische verrekijkers.

Omdat er vrijwel niets open was in De Cocksdorp, verveelden mijn ouders zich, dus op een bepaald moment belde mijn moeder op dat ze mij op kwamen halen, waar ik ook was. Nou was ik toevallig precies op het eindpunt van de etappe, bij het sluisje aan het einde van de hoofdstraat van De Cocksdorp. Dus hoefden ze maar een heel klein stukje te rijden.

Conclusie

Deze etappe is wat minder dan de eerste etappe. Het eerste stuk is wel mooi, langs de Bertusnol, door de Muy en De Slufter. Daarna volgt er echter een vrij saai, verhard stuk. Stukje strand rond de vuurtoren is nog wel leuk (en de beklimming van de vuurtoren is een aanrader), maar daarna is het ook weer veel verharding tot aan het eindpunt in De Cocksdorp. Ook is er nauwelijks horeca onderweg, zeker op maandag is dus alles gesloten.

Wel heb ik tijdens deze dag twee punten van mijn Day Zero Project 2.0. vervuld: een wandeling van de Wandel Bucket List (doel 39) en het beklimmen van een voor mij nieuwe uitkijktoren, de vuurtoren (doel 100).

Geocachingverhalen uit het verleden: Offline cachen in Wijchen

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 25 november 2007

Net als vorige week een verslag uit 2007, omdat er maar 2x op deze datum is gecachet en de andere keer was ik er zelf niet bij, dus daar is geen verslag van.

Vanwege een storing op de website van geocaching, moesten we het doen met geocaches die al in de gps stonden. Daardoor gingen we opnieuw naar Wijchen, waar we vlak daarvoor ook al eens waren geweest.

Het verhaal

Op zondag zouden Anke en ik samen gaan geocachen, maar toen ik zondagmorgen vroeg de cachedag wilde gaan voorbereiden bleek de website offline te zijn wegens onderhoudswerkszaamheden. Het enige wat er op de hele site te zien was, was een plaatje van Signal (de mascotte van geocaching, een kikker met een signaal op zijn hoofd) met een bult op zijn kop. Balen dus, wat moesten we nu? De keuze viel op caches doen waarvan de coördinaten al in de GPS stonden. Zonder verdere hints of print-outs dus, want die hadden we niet.

Eerst gingen we afrekenen met Werk aan de winkel (A2). We wisten al heel lang waar deze cache ongeveer lag. Ter hoogte van Den Bosch zijn ze aan de A2 aan het werken en ergens bij die wegwerkzaamheden lag een cache verstopt. We waren er al vaak over de snelweg langs geraasd, maar de clou was dat je de cachelocatie alleen vanaf een bepaalde binnendoorweg kon bereiken. Team Softie legde ons uit welke afrit we moesten nemen. Dus Anke en ik hadden al eens op de cache-locatie gestaan, maar de cache niet gevonden. Vandaag dan nog maar een keertje terug. Het ding bleek gewoon heel sneaky verstopt te zijn en wij hadden gewoon niet goed genoeg gezocht. De altijd reserve-cache op de lijst, die langzamerhand een frustratie was geworden, was eindelijk gevonden.

Hierna gingen we door voor het TB Hotel in Den Bosch, ook al zo’n cache die heel vaak als reserve op de lijst had gestaan, maar waar we nooit aan toegekomen waren. We moesten op een heel rare plek parkeren en daarna langs een rivier en door een bos met vreemde inkervingen in de bomen lopen voor we de cache gevonden. Die bomen waren best wel eng, alsof er een of andere rare sekte daar een ritueel had gehouden. Voor een TB-hotel zaten er maar heel weinig travelbugs in en ik had geen zin om ze allemaal te loggen, dus maar 1 ding geruild.

Dit keer gingen we over de snelweg naar Wijchen om het rondje af te maken. We hadden nu de ene weg die we de keer ervoor niet hadden gevonden wel gevonden, het bleek een doodlopende weg te zijn en daarom hadden wij die overgeslagen. Het weggetje bracht ons bij de cache. De hint was onder een grote kei, maar het pad werd daar geblokkeerd door een stuk of zes van dat soort exemplaren. Het was nog even zoeken voor we de micro gevonden hadden. Hierna begon het geweldig leuke keren op een heel smal paadje met weinig ruimte. Ik zei een beetje gemeen: “Ja, Anke jij wilde hier in rijden, we hadden ook kunnen lopen.” Maar het lukte haar toch, het voordeel van een kleine auto.

Ik was ondertussen de ingewikkelde eindberekening aan het maken. Die was met allerlei belachelijk grote getallen en een beetje vreemd. Maar het coördinaat wat er uitkwam was op zich wel geloofwaardig, dus we besloten een kijkje te gaan nemen. We belandden bij een of andere vage sportclub. Wij gingen vlug het bos in. Daar bleek de cache gelukkig te zijn. We hadden de serie voltooid. Achteraf blijkt de maker van deze serie nog maar een jongentje te zijn van brugklasser-leeftijd. Dus best knap dat hij dan toch zoiets kan onderhouden al dan niet met hulp van zijn ouders (?).

Wij gingen verder met de Euro Cache en de Theme Cache, twee caches van dezelfde maker die wij in een wandeling oppikten. Omdat het ondertussen was gaan regenen en we in een bos met hoge bomen waren had GPS niet zo’n geweldig bereik en moesten we naar allebei wel even zoeken. Anke vond de eerste en ik de tweede. In de Euro Cache moest je eigenlijk dingetjes ter waarde van 1 euro ruilen. De Theme Cache had elk seizoen een ander thema en je moest ruilen binnen het thema. Maar wij hadden geen ruilmateriaal bij, dus konden niet meedoen.

We eindigden met de Thee Cache, die ons bij een eerdere poging al 50 euro aan een parkeerboete had gekost en die we niet eens gevonden hadden. De enige verkeersboete die ik vooralsnog in mijn leven heb gekregen en nog een erg zure ook, omdat we er nog geen kwartier hebben gestaan… Dit keer kwamen we met de auto vanaf de andere kant en zagen we meteen de objecten uit de hint. Daar lag de cache, maar wel met een dikke vette afwijking van 25 meter. Maar we hadden deze dure cache dan toch gevonden. Je moest er eigenlijk theezakje in ruilen, maar wij hoeven geen thee die al dagenlang buiten heeft gelegen, eerlijk gezegd. Het idee is leuk, maar de uitvoering matig met een lek bakje en een doorgeregende, kapotte plastic zak.

We probeerden hierna nog een cache (Buitensporig), maar die konden we niet vinden, dus reden we maar naar huis. We hadden genoeg van al het op en neer rijden en het was alweer bijna donker.

Wat ik hier op 25 november 2021 nog aan toe te voegen heb:

Owh ja, die vreselijke parkeerboete! Het is nog altijd mijn enige verkeersboete ooit; ik ben heel braaf en heb nog nooit een boete gekregen voor te hard rijden.

Verder zou ik er nu de voorkeur aan geven om de caches tijdens een wandeling op te pikken i.p.v. met de auto.

OV-stapper Texel: dag 1

Texels imaginaire spoorlijn

In oktober verbleef ik met familie een week op Texel en het lopen van de tweedaagse OV-stapper op het eiland stond hoog op mijn Texel Bucket List. Volgens de weersvoorspelling zou het prachtig wandelweer worden op onze eerste volle dag op het eiland, dus mijn moeder en ik besloten ervoor te gaan. Mijn vader is niet zo van het wandelen, dus die kon mooi voor taxi spelen. Want tja, deze OV-stapper begint en eindigt natuurlijk niet op een station, zoals bij normale OV-stappers/NS-wandelingen (OV-stappers zijn de oude NS-wandelingen). Jah, ik vind het dus vrij hilarisch dat Texel een tweedaagse NS-wandeling heeft, want er is geen spoorrails en daaruit volgend ook geen treinstation of trein. Er zijn wel bushaltes, maar er rijden geen grote bussen zoals bij ons in Brabant, meer een soort van taxibusjes.

Prachtige wandeling

Een prachtige wandeling, vooral ook omdat hij vrijwel helemaal onverhard is. Je steekt een paar keer een verharde weg of fietspad over en moet soms een klein stukje daaroverheen, maar het zijn hoofdzakelijk paadjes door natuurgebieden. Je gaat van duinen, naar het strand en door de bossen en dan weer door de duinen. Onderweg kom je dus genoeg horeca tegen en je eindigt natuurlijk in De Koog, het meest bruisende dorpje van Texel met veel terrassen en souvenirwinkeltjes. Deze wandeling is absoluut een aanrader, met onderweg de meest prachtige uitzichten. Onderweg zie je met een beetje geluk een heleboel vogels, koeien en schapen. De wandeling is trouwens ook terug te vinden als de eerste Texel-etappe van het streekpad Waddenwandelen (dat loopt over zes waddeneilanden, de vijf Nederlandse en het Duitse Borkum). Ik had daar een boekje van geleend bij de bibliotheek, maar alleen gebruikt voor de info. De bordjes van Waddenwandelen vind je wel overal op de route als wegwijzers. Ik gebruikte echter een gpx-track die ik in mijn gps had geladen, want ik ben nou eenmaal een ontzettende gps-addict. Die gps-track downloadde ik op Wandelnet (je betaald ongeveer 15 euro per jaar en kan dan onbeperkt gps-tracks downloaden).

Mistige Mokweg, Munzee, geocaching en Adventure labcache

Officieel start de wandeling bij de haven van de veerboot; ’t Horntje. Maar dan moet je eerst een stuk over een asfaltweg lopen om bij de ingang van natuurgebied de Geul te komen, dus ik besloot dat we dan net zo goed konden starten bij die ingang. Dus navigeerde ik mijn vader daarheen (hij heeft echter niet zoveel vertrouwen in mijn gps, misschien omdat ik die Smaug heb genoemd, naar de draak uit The Hobbit). Als ik ergens goed in ben is het echter wel navigeren, dus natuurlijk reden we gewoon goed. Het was nog amper 10 uur toen mijn moeder en ik uit de auto stapten. De waas van de zonsopkomst hing nog boven de inham aan de zeekant, maar de veerboot was al enkele uren aan het varen. De hele wandeling konden we de veerboot nog zien varen, eerst van dichtbij, later steeds meer in de verte.

Nadat mijn vader vertrokken was, moesten wij eerst op zoek naar het infobord van De Geul. Op Texel ligt namelijk een Adventure labcache met punten verspreid over vijf natuurgebieden aan de westzijde van het eiland: De Geul, de Bollekamer, de Dennen, de Muy en de Slufter. Dat bord bleek nog een parkeerinhammetje verderop te staan, dus we moesten alsnog een stukje over de asfaltweg. En we konden het antwoord op de vraag niet vinden op dit bord. Wel bleek er een Munzee-sticker op het bord te zitten die al vijf jaar niet meer gescand was, maar die het nog prima deed. Als de sticker nu maar van de schok is bekomen om 2x binnen een minuut gescand te worden, haha. Wij googleden het antwoord op de vraag en liepen naar het uitkijkpunt een paar meter verderop. En daar stond dus nog een bord en daar stond het antwoord op de vraag groot op. Altijd verder kijken dan je neus lang is…

Gebrek aan vogelaarskills

We begonnen nu echt aan de wandeling en gingen al snel de Geul in, tussen de Horsmeertjes door. We liepen al snel een paadje in dat naar een uitkijkpunt over de Horsmeertjes ging, want hier was een cache te vinden met de welluidende naam Link 3. Wij zochten veel te moeilijk; ik hing al op mijn kop onder het infobord te gluren, toen de cache gewoon achter het muurtje van houten paaltjes bleek te staan. Was nog best een grote bak ook. Helaas zaten ook hier geen trackables in (uiteindelijk geen enkele trackable gevonden gedurende de hele week). We keken nog even naar de vogels verderop op het meertje, maar bij gebrek aan verrekijker en echte vogelaarskills, besloten we toch maar verder te lopen. Het pad werd steeds smaller en liep van de Geul de duinen in. Hier was het wel even door het zand ploeteren. Andere mensen kwamen ons met een knalrood hoofd tegemoet, maar zo moe waren wij nog niet, zo vlak na de start. Ik krijg op de waddeneilanden altijd een sterk Lord of the Rings-gevoel, alsof ik Aragorn ben die daar met de Fellowship of the Ring door het land trekt.

Het eindeloze strand en belachelijk dure consumpties

Na de ploetertocht door de duinen bereikten we het strand. De eerste blik op de zee voelde erg goed. Gisteren hadden we de zee natuurlijk al gezien, toen we overgingen met de veerboot en vanmorgen ook al bij de start van de wandeling, maar nu we echt op het strand aan kwamen, voelde het pas echt. We mochten een paar kilometer over het strand wandelen en dat was heerlijk. Het was niet te warm, niet te koud, er stond geen harde wind, het was gewoon echt fijn strandwandelweer. De zee was zich terug aan het trekken, dus het natte zand liep lekker door. Er hing ook een prachtige wolkenlucht boven de zee, dus er werden veel foto’s gemaakt. Ook waren we op zoek naar mooie stenen om mee te nemen. En er waren schelpen en kwallen (ik vind dat zulke vieze beesten).

Bij Paal 9 gingen we de duinovergang over en lieten we ons verleiden om koffie/thee met appeltaart te eten. Waar we een absurd hoog bedrag voor af mochten rekenen, maar ja ze kunnen hier op Texel vragen wat ze willen, de mensen kopen toch wel.

De Dennen, Ecomare en Munzees vangen is heel gevaarlijk

Wij weken een stukje van de route af om een punt van de labcache Mooi Texel te kunnen loggen bij het bord van de Bollekamer. Deze vraag was wel goed te beantwoorden en hier gingen we meteen het natuurgebied weer in. Eerst door de duinen, later liepen we het grootste bos van Texel binnen: De Dennen. Hoewel ik duinen en strand ook mooi vind, ben ik toch vooral een bos en heidemeisje. Het bos was nog mooi in herfsttooi, dus heerlijk wandelen. We kwamen langs het Bospaviljoen en mijn moeder streek vast neer op het terras terwijl ik nog naar het uitzichtpunt liep. Dat was verder lopen dan ik dacht, maar het uitzicht was wel de moeite waard.

De lunch was lekker en na het vangen van de Munzees rondom het Bospaviljoen ging de wandeling verder. De paden werden nu wat breder en het gebied weer meer duinachtig. We liepen in de richting van Ecomare en mijn moeder begon er genoeg van te krijgen. Daarom sloegen we het labcache-punt in de Dennen ook over: dat lag te ver uit de richting. Mijn moeder wilde stoppen bij Ecomare, ik wilde nog doorlopen tot aan het eindpunt in De Koog. Ik liep mee naar Ecomare om de Munzees daar te vangen en nog een cache te loggen. Bij een Munzee bleef mijn enkel hangen achter een ijzerdraadje dat vlak boven de grond was gespannen in hoog gras, waardoor ik het niet gezien had. Ging ik lekker op mijn neus en had ik de rest van de week een reusachtige blauwe plek op mijn been. Gelukkig kon ik nog wel lopen. Mijn ouders gingen per auto richting De Koog, ik ging de laatste drie kilometer nog wandelen.

Het laastste stuk van de wandeling liep weer door duingebied en er zat nog wat hoogteverschil in. Aan de ene kant een camping die nu bijna verlaten was, aan de andere kant stukken bos. Binnen het uur kwam ik aan in het centrum van De Koog, waar ik mijn ouders aantrof op een terras.

En achter mij vaarde nog steeds de veerboot heen en weer in de verte.

Day Zero Project 2.0.: doel 38

Deze wandeling stond ook op mijn Wandel Bucket lijst en daarmee heb ik een doel van mijn Day Zero Project 2.0. vervuld.

Geocachingverhalen uit het verleden: Het geheim van Elzenburg

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 18 november 2007

We gingen met acht vrouwen (allemaal familieleden van Anke, behalve ik dan) sterk op pad om het geheim van Elzenburg te ontrafelen.

Het verhaal

Het Geheim van Elzenburg was een nieuwe multi-cache in Vught en volgens de logjes van de mensen die hem al gelopen hadden, was hij erg leuk. We liepen samen met de geocachende familieleden van Anke: team Nopi en team Softie.

Met drie volledige teams moest het ons zeker wel gaan lukken om het geheim van Elzenburg te ontrafelen. Het begon al met een hoop gelach, want je mocht alleen maar op de kleine parkeerplaats bij het startpunt parkeren als je een papiertje op je auto plakte dat je een geocacher was. Je moest ook nog aanbellen bij het nabijgelegen gebouw om te gaan vertellen dat je ging geocachen. Op zondagmorgen om elf uur, deed er natuurlijk geen hond open. Dan maar op pad zonder de toestemming van de Stichting Markgraff.

Het Geheim van Elzenburg is een leuk in elkaar gezette multi-cache. Je doet een soort van cluedo-spel om te weten te komen wat er is gebeurd. Op elke waypoint vind je een aanwijzing. Die variëren van vliegtuigonderdelen tot paspoorten en persoonsbewijzen. We kwamen ook nog langs een klein (privé???)-kerkhof in de bossen, waar we nog nooit van gehoord hadden.

Het vreemdste waypoint was dat waar we een vreemd object tegenkwamen, een sterkte magneet aan een lange kabel. Wij stonden er alle acht vertwijfeld naar te kijken. Op het volgende waypoint werd alles duidelijk: dat was een halve meter diepe schacht en daar moest je dus een magnetisch iets uit opvissen. Iemand rende terug naar het vorige waypoint om de kabelmagneet te halen en zo konden we de aanwijzing opvissen.

We kwamen ook nog langs de cache Jagershagen 2. Ik had die anderhalf jaar eerder al gedaan met HaJaMaToJo en we konden de nicknames nog terugvinden in het logboekje. Wel grappig om dat terug te zien. Nu werd hij gelogd door team Nopi, want team Softie had hem ook al gedaan.

Zo konden we weer verder en kwamen we uit bij een koker met plattegrond. Die werd mooi nagetekend en we kwamen uit bij de ruïne van een huis. Dit bleek dus van de geheimzinnige man uit het paspoort te zijn. In de ruïne vonden we een kist met de laatste aanwijzingen. De cache bleek vlakbij het vervallen huis te liggen. We ruilden uitgebreid travelbugs en coins, want we hadden de voorraad trackables van drie teams. In de cache zat een brief waarin stond hoe we bepaalde items, zoals de magneetkabel moest omschrijven in ons log. Onder luid gelach werden die opgeschreven en later in de logjes verwerkt.

Deze cache is een echt aanrader en heeft een Geo d’or (dit bestaat niet meer, het heet nu Favorites) gekregen van ons.

Wat ik hier op 18 november 2021 nog aan toe te voegen heb:

Veertien jaar geleden en deze cache is nog steeds online en dus nog te lopen! Voor de geocachers onder ons, de cachecode is GC16G40. Aanrader hoor.

Het was ook gezellig om eens met zo’n grote groep te lopen, dat komt nu vrijwel nooit meer voor. Bij zo’n puzzelmulti is het altijd wel handig om over de input van meerdere hersenpannen te beschikken.

Vegetarisch recept: Vega goulash

Geïnspireerd door een artikel over vegetarische goulash in de krant – die ik las bij mijn ouders, want ben zelf geen abonnee – besloot ik dat eens te maken. Omdat de hoeveelheid groenten in de meeste recepten mij een beetje karig leek, heb ik twee recepten door elkaar gegooid. Uiteindelijk bleek dit best een goed gevulde pan te worden, je zou er met vier personen van kunnen eten. Gebruik dus een grote pan.

Vegetarische goulash

Ingrediënten:

  • 500 gram zoete aardappelen, geschild en in blokjes
  • twee paprika’s (rood, geel of oranje) in stukjes
  • 1 rode ui in stukjes
  • 1 aubergine in stukjes
  • 250 gram champignons in schijfjes
  • 2 teentjes knoflook
  • 1 blik tomatenblokjes
  • 1 blikje tomatenpuree
  • 1 groot blik linzen
  • 1 blokje tuinkruiden (of groente) bouillon
  • rijst voor vier personen

Gebruikte kruiden naar smaak:

  • tijm
  • komijn (mag ook karwijzaad zijn)
  • paprikapoeder
  • 1 laurierblaadje (verwijderen voor je het op gaat eten)

Bereiden:

  • kook de rijst zoals op de verpakking staat vermeld
  • breng de blokjes zoete aardappel aan de kook en kook vervolgens 10-15 minuten op een laag vuur tot ze zacht zijn
  • snijdt ondertussen alle andere groenten in stukken en roerbak in een grote pan. Te beginnen met de ui en knoflook, dan de paprika, dan de aubergine en tenslotte de champignons. Roerbak tot alles beetgaar is.
  • Voeg nu de tomatenblokjes toe en een klein beetje water
  • Verkruimel het bouilonblokje boven de pan en roer goed door
  • Voeg nu de tomatenpuree toe en opnieuw roeren
  • Nu mogen alle kruiden erbij en jawel: weer roeren
  • Breng het prutje aan de kook en laat vervolgens nog 10-15 minuten op een laag vuur sudderen tot de saus is ingedikt
  • Halverwege deze suddertijd kun je de linzen afgieten en afspoelen en toevoegen en hetzelfde geldt voor de gekookte stukjes zoete aardappel

Serveer met de rijst. Een andere optie is om de rijst weg te laten en de goulash in pitabroodjes te serveren. Als je erge honger hebt kun je ook gaan voor rijst en in kwarten gesneden pitabroodjes met aïoli erop.

Eet smakelijk!

PS De goulash is ook makkelijk in te vriezen.

Geocachingverhalen uit het verleden: Weg mit dem Speck!

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 11 november 2017

De titel verraadt het al een beetje: mijn moeder en ik fietsten vanaf ons Nederlandse vakantiehuisje naar Duitsland om daar aan onze gezondheid te gaan werken: Weg mit dem Speck!

Het verhaal:

Op zaterdag wilde ik heel graag nog een keertje naar Duitsland, in de hoop de 250 founds aldaar te halen. Daarnaast sprak deze serie me aan, omdat die ook in De Meinweg ligt, maar dan weer een andere gedeelte. Het was minder ver fietsen, maar wel hetzelfde stuk als de route van donderdag. En het regende en de weersvoorspelling voor de rest van de dag was niet al te best. Ik wilde wel heel graag gaan, want ik wil altijd actief zijn op vakantie en niet de hele dag in het huisje doorbrengen. Mijn moeder vind dat eigenlijk ook, dus we gingen gewoon. Ik was zo verstandig geweest om mijn regenbroek mee te nemen en aan te trekken, maar mijn moeder had dat niet, dus die werd best wel nat.

Meinweg in de herfst

Het regende dan ook de hele tijd gestaag. Geen clusterregenbui, maar wel de hele tijd regen. Volgens mij is het maar heel even droog geweest. De fietstocht over de halfverharde paden ging nu beter, omdat mijn moeder opgepompte banden had. Alleen het laatste stukje was heel modderig, dus we vonden het niet zo erg, dat we konden gaan wandelen vanaf het startpunt. We moesten erg lachen om de namen van de caches: de maker van de series had ze weggelegd, omdat hij van mening was dat mensen meer moesten bewegen. Dus vandaar Der Mensch braucht Bewegung en Weg mit dem Speck. Er zat aardig wat hoogteverschil in de route, dus wij zeiden de hele tijd tegen elkaar dat we lekker veel spek aan het verbranden waren. En we zijn sowieso ruimschoots aan onze beweging gekomen vandaag, zeker met het fietsen over de mountainbike-achtige routes erbij. De hele week heb ik mijn beweging ruimschoots gehaald, denk ik zomaar…

Goed, de wandeling begon met het pad langs de snelweg, dat vonden we iets minder. Wel waren de extra caches op de route: de knikkercache en de helikopter erg leuk gemaakt. Wij wisten echter niet meteen dat Murmel knikker betekende, dus wij vroegen ons af wat we nou met die bison moesten. Maar je moest dus knikkers in zijn ene hoorn gooien, om de logrol uit de andere hoorn te pakken te krijgen. Grappig bedacht.

Mistig uitzicht vanuit de (kleine) uitkijktoren

Hierna ging de route van de snelweg af het bos in. En dat bos, nog volop in herfstkleuren, werd steeds mooier. Dus breidden we onze route uit met alle mogelijke caches. Vooral het Elmpter Schwalmbruch, bij de uitkijktoren (met cache) was erg mooi. De uitkijktoren was niet zo hoog, dus mijn moeder is zelfs mee naar boven geweest. We deden hier ook nog een earthcache, maar helaas was het informatiebord verdwenen. Dat hadden de geocachers in de logjes voor ons ook wel geschreven, blijkbaar stond het nu verderop, maar wij konden niets vinden, ondanks onze poging om twee richtingen op te lopen. Ik heb later op google een foto van het bord gevonden en kon toen de vragen beantwoorden. Daarmee hadden we mooi een Duitse earthcache opgelost, hoewel hij van Nederlandse eigenaars is. Ik had best nog wat langer willen rondwandelen in het Elmpter Schwalmbruch, maar in verband met de tijd moesten we wel weer verder met de overige routes.

Gelukkig voor mij loopt de tweedaagse NS-wandeling Meinweg ook nog door dit gebied, dus ik hoop er in 2018 nog eens terug te komen. We vonden alle caches van de twee series en hadden zo een aardige score. De fietstocht naar het vakantiehuisje verliep goed, het was wel fijn om alle natte zooi uit te kunnen trekken en op te warmen. Vooral voor mijn moeder. Maar we waren allebei toch blij dat we gegaan waren, ondanks het slechte weer.

Elmpter Schwalmbruch

Wat ik hier op 11 november 2021 nog aan toe te voegen heb:

De Meinweg is een natuurgebied in het grensgebied van Limburg met Duitsland. Het is er erg mooi, zelfs in de regen. Ik ben er tijdens die vakantieweek een paar keer geweest, ondanks de vreselijke fietsroutes met veel hoogteverschillen die meer geschikt waren voor mountainbikes, dan voor mijn stadsfiets (ik had mijn eigen fiets bij). Om die Duitse cachenamen hebben we toen de hele dag lol gehad.

En in 2018 zijn we inderdaad terug geweest voor de tweedaagse NS-wandeling Meinweg. Daarover heb ik al eens blogs geschreven.

NS-wandeling Meinweg dag 1

NS-wandeling Meinweg dag 2

Kabouter Maartje in het Regenbos

Alle foto’s bij deze blog zijn gemaakt door mijzelf of mijn moeder op 11 november 2017.

Day Zero Project 2.0.: Update 4

Bij mijn eerste Day Zero Project gaf ik niet zo vaak een overzicht van hoe het er mee stond. Dit keer wil ik dat anders aan gaan pakken en een maandelijkse update geven.

Ik startte met mijn tweede DZP op 5 juli 2021 en in oktober heb ik de volgende doelen vervuld:

6. 50 multicaches vinden (11/50)

In oktober deed ik maar liefst zes multicaches (waarvan vijf op Texel), wat dus een verdubbeling opleverde sinds de start van het project, want van 6 naar 11 multifounds.


7. De 750 gevonden labcaches bereiken (535)

Op Texel rondde ik twee labcaches met elk vijf punten af, dus dat leverde 10 punten op. De labcache Mooi Texel had punten verspreid over het hele eiland, dus kostte wel wat meer moeite dan de gemiddelde labcache. Wel de moeite waard.

28. Tien keer een kaartenbingo organiseren op instagram (3/10)

In oktober organiseerde ik een Halloween Kaartenbingo, omdat het op 31 oktober natuurlijk Halloween is. Dit thema is niet zo populair, dus slechts met één groepje van zes personen. Daarvan had maar liefst de helft bingo, dat is voor zover ik weet uniek. Helaas zat ik er zelf niet bij, maar ik kreeg wel leuke kaartjes.

TWIJFELGEVAL: 34. Wadlopen (of een wadexcursie)

Ik had ons op Texel aangemeld voor een excursie van Natuurmonumenten door vogelgebied De Schorren. We zouden tijdens die excursie ook een stuk over het wad lopen. Helaas bleek het water te hoog te staan en ging het wadlopen niet door, want dan hadden we moeten zwemmen. Dit had te maken met het tijdstip van de excursie: in de zomer vertrekken ze pas een uur later, maar nu was het de laatste week dat de excursies waren en herfst en dus vroeg donker, dus jammer-de-bammer. Hoewel we wel door De Schorren hebben geploeterd, zijn we dus niet op het wad geweest. Ik vrees alleen dat ik de komende jaren niet meer in de buurt van de wadden kom, dus mogelijk tel ik dit doel dan toch voor de helft, omdat de intentie er wel was en het niet gelukt is door invloed van buitenaf.

37 t/m 46 Tien wandelingen van de Wandel Bucket List (3/10)

Op Texel liepen we de 2-Daagse NS-wandeling Texel, dus dat is goed voor twee wandelingen van de Wandel Bucket List. De verslagen verschijnen later deze maand.

57. Bezoek minstens drie Nationale Parken in Nederland buiten Noord-Brabant (1/3)

Op Texel meerdere dagen doorgebracht in Nationaal Park de Duinen van Texel. Het heeft sinds 2002 de status van Nationaal Park. Ik ben er al wel eerder geweest, maar het is helemaal aan de andere kant van Nederland, dus het telt zeker mee voor dit doel.

100. Drie torens beklimmen, die ik nog niet eerder heb beklommen. Dit kunnen uitkijktorens, kerktorens, enz. zijn (1/3)

Op Texel beklom ik de Vuurtoren van Texel. Hoewel ik vroeger vaak op Texel ben geweest, was ik nog nooit op de vuurtoren geweest. Dit was sowieso de eerste vuurtoren die ik in mijn leven heb beklommen. Het was heel winderig op de top, maar wel een geweldig uitzicht over de zee en het eiland. Dus deze telt zeker mee.

Verder

Texel was dus goed voor het vervullen van meerdere (onderdelen van) doelen. Ik had dan ook een complete Texel Bucket List opgesteld en een weekplanning. Tja, ik houd van actieve vakanties, want ik laad meer op van lekker actief bezig zijn dan door op de bank te zitten en niets te doen.

Geocachingverhalen uit het verleden: geocaching op de grens van Drenthe en Friesland

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 4 november 2010

Er is in het verleden maar 2x op de datum 4 november aan geocaching gedaan en daarvan was ik er zelf 1x niet bij. Dus daarom dit verslag van een dagje geocaching op de grens van Drenthe en Friesland. Anke en ik hadden een supergroot vakantiehuis in het gehucht Oude Willem waar o.a. meer keukengereedschap aanwezig was dan ik in mijn eigen huis had, haha.

Het verhaal

Op donderdag (grappig dat dit echt op een donderdag was, is het een echte throwback thursday) was het erg slecht weer, het regende bijna de hele dag. We besloten om traditionals te gaan doen in de omgeving van het huisjespark met als rode draad de caches van de Olde- en Nije-route. Helaas bleken die veel moeilijker te zijn, dan we dachten. Een paar konden er niet, omdat ze met foto’s waren (op de gps kon je geen foto’s inladen en we hadden in 2010 ook nog geen superhippe smartphones). We hebben er een of twee niet gevonden. Drie stuks hebben we wel af kunnen ronden en de rest hebben we niet meer geprobeerd.

De eerste was een snelle oppikker bij een kerkje, dat was de makkelijkste van de serie. De rest leverde veel meer problemen op. We vervolgden onze route met de Scheenesluis, hiervoor moesten we een stukje lopen langs het water. We kwamen langs een heel vreemd kunstwerk, van een afstandje zag het eruit als een klein huisje met een soort van sterrenkijker. We maakten de deur open en toen bleek het gewoon leeg te staan en van binnen zwaar in verval. Was best wel vervreemdend. Naar de cache heel lang gezocht, hij lag bij een bruggetje van ijzeren vierkantjes en uiteindelijk bleek hij eronder te zijn gepropt in een zwarte vuilniszak, waardoor hij behoorlijk goed gecamoufleerd was.

We deden een multi van de serie, maar ik had een paar antwoorden gegokt en daardoor konden we een paar waypoints overslaan en direct met de auto naar het eindpunt. Daarvoor moesten we over een hek klimmen, maar de cache was er wel.

De Blusscher was een voortuincache die verstopt zat in een brandblusser. Wel grappig gedaan en ik liet er een grote, zware travelbug (een gigantische sleutelbos met sleutelhangers) in achter, zodat ik die niet meer mee hoefde te sjouwen.

We deden twee caches bij Oorlogsmonumenten die we allebei relatief snel gevonden hadden. Helaas was de bonus met een foto en die konden we dus weer niet doen, maar we verloren veel tijd met het zoeken hoe we op het 0-punt moesten komen. Weer een gevolg van blind inladen, dat werkt gewoon niet altijd goed.

Het begon ondertussen heel hard te regenen, dus deden we gedurende de regenbui een paar caches van de Effe-serie, die waren niet heel bijzonder, maar wel snel te vinden. Toen we bij Vriezen/Dooien aankwamen was de regenbui gestopt. We betwijfelden of we deze cache zouden kunnen vinden, want we waren bang dat hij in/bij water zou liggen, maar dat viel mee, hij lag bij een gebouwtje dat als ijsbaanhonk diende als het ooit zou gaan vriezen en de cache was gewoon makkelijk te bereiken en te vinden.

We probeerden nog wat caches van de Olde- en Nije-route, maar we konden er maar eentje van vinden. De rest was onvindbaar en vooral die ene bij het kerkje was erg frustrerend omdat we het sommetje wel 10x nagerekend hebben.

We wilden onszelf troosten met nog eentje van de Effe-serie. Die lag op een carpoolstrook waar erg vreemde wisselingen van personen plaats vonden en we hebben een eeuwigheid gezocht naar de cache. Het zat ons vandaag niet echt mee, maar deze vonden we dan toch nog.

De cache bij de hut van Gerrit of Lolkema (we weten nu nog steeds niet van wie de hut was), was de wandeling er naartoe wel waard. Leuk stukje natuur en een grappige uitkijkpost waar de cache lag. Het was ook even droog, dus hier vrolijkten we na al die not-founds wel van op.

De volgende cache was weer een TB-hotel en erg grappig. Er hing een grote kluis aan de muur bij de oprit van een kapperszaak. In de cachebeschrijving stond hoe de kluis open moest worden gemaakt, maar wij probeerden het keer op keer, maar het lukte niet. De kapper kwam toen naar buiten om ons te helpen, echt een superaardige man. En hij heeft ons gered, want anders hadden we de kluis nooit open gekregen. Dit was dus een grappige ontmoeting.

We kwamen nog langs een carpoolcache die goed in onze carpoolcaches-met-gekke-plaatsnamen paste, namelijk Feanster.

De dag werd afgesloten met een voortuincache op het erf van mensen met een groot en mooi huis. Hij lag aan het begin van het erf, verstopt in een boomstronk. De betekenis van de cachenaam was waarschijnlijk het Friese woord voor wegmoffelen ofzoiets. Maar ondanks dat wij geen Fries kunnen, hadden we de cache toch snel genoeg gevonden.

Ondanks de vele not-founds toch nog 16 founds deze dag, dus genoeg voor het vakantie-doel (we wilden 10 caches per dag vinden).

Wat ik hier op 4 november 2021 nog aan toe te voegen heb:

Ondanks dat ik nog steeds het liefste mijn gps Smaug gebruik om te geocachen (die is nauwkeuriger, heeft een betere kaart en de batterijen gaan véél langer mee dan de accu van mijn telefoon. Ook word ik knettergek van het schakelen tussen de verschillende apps als ik ook aan Munzee wil doen.), heb ik tegenwoordig wel altijd mijn telefoon met geocaching-apps bij me als back-up. Want ook Smaug kan nog steeds geen foto’s inladen, dus dan is het handig om dat op de telefoon wel te kunnen bekijken. Labcaches kunnen zelfs alleen met een app op de telefoon.

De vakantie van toen bestond hoofdzakelijk uit geocaching, dat gemiddelde van 10 caches per dag werd ruimschoots gehaald.

Gelezen boeken in oktober 2021

Nu het weer te vroeg donker is om ’s avonds nog in het bos te gaan wandelen (want dat mag nou eenmaal niet na zonsondergang en is ook veel te duister) neemt mijn leesradius weer toe. Deze maand dan ook weer 11 boeken gelezen.

Louis & Louise – Julie Cohen

Een interessant en tegelijkertijd ook wel wel moeizaam boek. Het boek wisselt twee verhaallijnen af die in principe over dezelfde persoon gaan. De ouders zijn hetzelfde, de vrienden (de tweeling Benny en Ally die een zeer grote rol spelen in beide verhaallijnen) zijn hetzelfde, de omgeving is hetzelfde. Beiden zijn biseksueel en hebben relaties met zowel mannen als vrouwen gehad. Maar in de ene verhaallijn is Louis een jongen/man en in de andere verhaallijn is Louise een meisje/vrouw. En dat genderverschil maakt hun levens anders en toch ook hetzelfde. Omdat in beide verhaallijnen dus dezelfde bijpersonages voorkomen, is het soms even schakelen hoe het nou ook alweer zat. Zo heeft Louise een dochter, maar heeft Louis geen kinderen. Louis heeft een boek gepubliceerd over een onderwerp waar Louise ook een boek over zou willen schrijven. In beide verhaallijnen ligt hun moeder op sterven, maar in de ene verhaallijn is hun vader er nog, terwijl die in de andere verhaallijn is verdwenen. In de ene verhaallijn is een belangrijk bijpersonage overleden, in de andere verhaallijn is diezelfde persoon nog springlevend. Ook vond ik de tussenstukjes over het opgroeien van Louis/Louise die steeds enkele jaren samen vatten wat minder geschreven, alsof ze er later nog tussen gepropt waren op aanraden van een redacteur. Het idee van het boek is natuurlijk heel erg origineel en in het verhaal komen veel dingen over gender en seksualiteit voor die nu spelen, maar ook vroeger al. Helaas wordt het mij gedurende het boek niet duidelijk of dit verhaal nu positief of negatief bedoeld is. Uiteindelijk hield ik er vooral een negatief gevoel aan over. En ik vermoed dat dat eigenlijk niet de bedoeling is geweest van de schrijfster.


Twee zusjes – Kristin Hannah

Ook dit boek stond in de minibieb van mijn ouders. Na De Nachtegaal, De Wintertuin en De Vier Windstreken leek dit boek wel geschreven door een totaal andere schrijfster. Ik herkende er weinig tot niets in van haar latere werk. Twee zusjes gaat over twee halfzussen met een leeftijdsverschil van zeven jaar. Ze hebben dezelfde moeder, maar verschillende vaders. Ze hebben een moeilijke jeugd gehad en hebben nu een totaal ander leven en weinig contact. Meghann (wat een hoop overbodige letters in deze naam) is een rijke en succesvolle echtscheidingsadvocatie, Claire woont en werkt op een camping en heeft een dochtertje van vijf jaar oud. Claire besluit vrij halsoverkop om te trouwen en Meghann vindt dit heel onverstandig en probeert haar van dit huwelijk te weerhouden. Dit alles zou al genoeg zijn voor een prima feelgoodverhaallijn met wat drama van hun jeugd erin verwerkt. Maar halverwege het boek slaat de toon ineens om en wordt Claire ernstig ziek en zwabbert het verhaal ineens alle kanten op en neemt de ongeloofwaardigheid sterk toe. Vooral dit contrast tussen de twee verhaalhelften werkte niet voor mij. Het was te veel voor één boek. Ook heb ik mij erg geërgerd aan de loze stukken tussen Meghann en haar psychologe. Om de één of andere reden komen psychologen in boeken op mij altijd over als onbekwame geldkloppers. Zo ook hier.


De Maneschijn sonate – Corina Bomann

De schrijfstijl van Corina Bomann leest heerlijk weg en dat geldt ook voor dit boek met een verhaallijn in het heden en eentje in het verleden. Het boek speelt deels op Sumatra en ik vond het verrassend hoe open daar met relaties werd omgegaan. Ook gaat het boek over twee vioolspelende wonderkinderen die dezelfde viool in hun bezit hebben gehad; Rose en Helen. Wat is het verband tussen deze twee vrouwen en wat is er met hun gebeurd? Een eeuw later krijgt Lilly de viool op een mysterieuze manier in handen en ze probeert de geschiedenis van de viool en de twee wonderkinderen te achterhalen. Op zich interessant, maar de zoektocht hangt wel van heel veel toevallige ontmoetingen en vondsten aan elkaar. Ook wordt er meerdere keren gebruik gemaakt van rampen om bepaalde personages om het leven te laten komen. Daarnaast is de titel van het boek de naam van het muziekstuk wat bij de viool zit. Maar uiteindelijk wordt de componist van dit muziekstuk niet achterhaald. In dit zin had het boek beter iets met viool in de titel kunnen krijgen.

Welkom bij Hotel Flanagans – Asa Hellberg
De dochters van Hotel Flanagans – Asa Hellberg

Asa Hellberg is een Zweedse schrijfster en haar blog is helaas in het Zweeds, dus ik kan het niet lezen. Haar boeken zijn in het Nederlands vertaald en daardoor wel leesbaar voor ons. Het zijn feelgood-boeken en ze lezen lekker weg. In Hotel Flanagans is het net goede tijden, slechte tijden. Overlijdens, nieuwe eigenaren, geldproblemen, problemen met familieleden, relatieproblemen, arme mensen op zoek naar een beter leven, discriminatie vanwege huidskleur, buitenechtelijke kinderen, kinderen die niet aan de verwachtingen van hun ouders voldoen. Het zit allemaal in deze boeken, die zeer geschikt zijn voor de fans van Lucinda Riley en Corina Bomann.


Eindeloos dichtbij – Jenny Colgan

Deel 3 van de Schotland-serie van Jenny Colgan. De Schotland-serie spreekt mij meer aan dan de Bakkerij-serie. In dit boek ruilen de Londense Lissa en de nuchtere Schotse Cormac – beiden verpleegkundigen – van huis en baan. Per mail en later per app wisselen ze gegevens uit over hun patiënten en hun belevenissen. Ze hebben elkaar echter nooit ontmoet. Natuurlijk valt te voorspellen dat ze gevoelens voor elkaar krijgen. Maar dit boek gaat ook over posttraumatische stressstoornis. Ook bevat het situaties waarin de verpleegkundigen belanden met hun soms erg vreemde patiënten. Natuurlijk komen ook de personages uit de voorgaande delen nog een keer voorbij. Helaas zitten er weer een paar ongeloofwaardige stukjes in (daar is Colgan nogal goed in), maar overall vind ik deze serie toch wel een heel stuk beter dan de kleine bakkerij-serie.


De laatste brief – Sarah Blake

Om heel eerlijk te zijn vond ik dit een vrij saai boek. Het speelt aan het begin van de tweede wereldoorlog, als Amerika nog geen deel neemt aan de oorlog. Alleen de verhaallijn over radiojournaliste Frankie is echt interessant; zij geeft commentaar tijdens de Blitzkrieg en reist later in het boek per trein door Frankrijk om namen en verhalen van vluchtende mensen (vooral veel Joodse mensen) vast te leggen. Dat is dan ook de enige reden dat ik het boek heb uitgelezen. De andere personages wonen in een dorpje ergens aan de kust van Amerika. Met Emma en Wil had ik alleen maar medelijden: waarom kan niemand die arme Emma gewoon eerlijk vertellen wat er met haar man is gebeurd? Iris vond ik ook maar een aparte vrouw, haar baan als hoofd van het postkantoor lijkt me dan weer wel tof. Als ik in de jaren veertig had geleefd, had ik die baan wel willen hebben. Het boek eindigt eigenlijk voor niemand echt vrolijk en daardoor lijkt het verhaal ook niet echt af. En nee, de oorlog is ook nog niet voorbij aan het einde van het boek, maar nu is het net alsof je de eerste afleveringen van een serie hebt gekeken die door geldgebrek nooit afgemaakt is.


Tegen beter weten in – Charlotte de Monchy

Dit boek vond ik in de minibieb van mijn ouders. Het is een feelgoodboek van een Nederlandse schrijfster. Ik had nog nooit een boek van haar hand gelezen, maar de achterkant maakte mij nieuwsgierig. Het boek is inderdaad een typisch feelgoodboek; aan het begin kun je al voorspellen welke vrouw met welke man gaat eindigen. Wel leest het boek heerlijk weg en sprak de omgeving (een afgelegen dorpje in Canada) mij aan; zo gingen de personages bijvoorbeeld kajakken. Ook bevatte het boek dialogen met veel humor, iets wat ik wel eens mis in andere boeken. Bij dit boek toverden de dialogen regelmatig een glimlach op mijn gezicht, dus dat is een pluspunt tijdens het lezen. Het boek doorgegeven aan mijn moeder die naar eigen zeggen in een feelgood-lees-periode zit en daarna gaat het weer in de minibieb; op zoek naar nieuwe lezers.


Het huis in Kreis Pinneberg – Rhidian Brook

Let op: spoilers!

Dit is het boek waar de film The Aftermath op is gebaseerd die ik vorige maand heb gezien. De auteur – Rhidian Brook – schrijft normaal filmscenario’s en dit boek is dan ook geschreven met de wetenschap dat een verfilming in zicht was. Toch zijn er een paar opmerkelijke verschillen tussen het boek in de film. Zowel boek als film spelen zich af in Hamburg, net na de oorlog. De Britse kolonel Lewis is verantwoordelijk voor de wederopbouw van de stad en toont veel begrip voor de overgebleven, veelal dakloze Duitse inwoners van de stad. In 1946 komen zijn vrouw en zoon ook in Hamburg wonen en wordt er een huis gevorderd van de overwonnen Duitsers. Dit is echter een groot landhuis, dat bewoond wordt door de voormalig architect Lubeck en zijn dochter. Lewis neemt het besluit dat het huis groot genoeg is om te delen en laat de man en zijn dochter bij hen inwonen. Dit gegeven van een huis delen is gebaseerd op de ervaringen van Brooks grootvader, die met zijn gezin zo’n vijf jaar een huis heeft gedeeld met het Duitse gezin van wie het huis eigenlijk was. De situatie in het boek is waarschijnlijk wel een stuk dramatischer gemaakt. Zowel het Britse gezin als het Duitse gezin heeft een groot verlies geleden. De oudste zoon van Lewis en zijn vrouw Rachael is omgekomen tijdens een bombardement en dit verdriet (en Lewis jarenlange afwezigheid) werpt een grote schaduw over hun huwelijk. Lubeck is zijn vrouw verloren, eveneens bij een bombardement en heeft een zeer moeizame relatie met zijn tienerdochter Frieda. In de film hadden Lewis en Rachael slechts één kind; de omgekomen Michael. In het boek is er echter nog een jongere zoon – Edmund – die mee naar Duitsland komt. In het boek is er ook nog een verhaallijn over een groep weeskinderen (hun ouders zijn omgekomen tijdens de bombardementen op Hamburg, waarbij ook Lubecks vrouw is gestorven) die probeert te overleven in de puinhopen van het platgebombardeerde Hamburg. Ook deze weeskinderen komen niet voor in de film. In het boek sluit Edmund vriendschap met deze weeskinderen, dus vermoedelijk is hij daarom uit de film geschreven. De verhaallijn van Lubecks dochter Frieda is wel overeind gebleven: zij hangt eigenlijk nog steeds het naziregime aan (ze heeft ook nooit veel anders meegekregen en mist haar moeder) en weet niet goed wat ze met haar leven moet doen. Tja, Rachael mist Lewis, Lubeck mist zijn vrouw, dus wat er tussen hun gebeurt is vrij voorspelbaar.

Hoewel ik het boek niet heel prettig vond weglezen, is het wel interessant. Veel boeken over de oorlog stoppen op het moment van de bevrijding, maar toen ging alles natuurlijk niet meteen goed. Ik kon me zowel de reacties van de Britten als van de Duitsers best voorstellen. Uiteindelijk drukt het boek vooral de waanzin van oorlog uit en wat het doet met mensen aan welke kant ze ook stonden. Dat vond ik beter over gebracht in het boek, dan in de film. De film laat wel beelden zien van het platgebombardeerde Hamburg, maar focust toch vooral op de relaties tussen de mensen in het huis. Het boek heeft meer verhaallijnen en laat daardoor meer zien.


Dit leven is van jou – Tatiana de Rosnay

Tatiana de Rosnay is vooral bekend geworden door Haar naam was Sarah, wat ik een mooi en verdrietig boek vond. Toch heb ik nooit andere boeken van haar gelezen, tot deze. Om heel eerlijk te zijn vond ik een heel vreemd boek, met een deels heel ongeloofwaardige verhaallijn. Het is niet zo dik, dus ik heb het wel uitgelezen, maar ik had er iets anders van verwacht. Zo had ik meer willen weten over het leven van de dakloze vrouw Celestine, voor ze dakloos werd. Maar wat dat betreft laat De Rosnay haar lezers op hun honger zitten. We komen veel meer te weten over het andere hoofdpersonage, de 18-jarige Martin. Zijn vader is rijk maar ongeïnteresseerd, zijn moeder is overleden. Martin raakt bevriend met Celestine, maar vanaf het moment dat Celestine op sterven ligt en wensen gaat vervullen van Martin wordt het verhaal totaal ongeloofwaardig en ontspoord het ook in mijn ogen. Jammer, want er had meer uit dit concept gehaald kunnen worden in mijn ogen.


Winter in de kleine bakkerij – Jenny Colgan

Het laatste en eigenlijk onnodige derde deel van de kleine bakkerij-serie. Polly twijfelt en twijfelt en twijfelt over alles, vooral over haar relatie met Huck. Haar vriendin doet iets ongelooflijks stoms. Dan zijn er nog Polly’s treurige moeder en haar onbekende vader. Kortom, alles kabbelt weer voort, het leest best lekker weg, is hier en daar ongeloofwaardig en alles komt aan het einde goed, want feelgood. En toch nog even een kritische noot: Polly en Huck wonen in een vuurtoren. Nu heb ik op Texel de vuurtoren beklommen en die lijkt mij echt totaal ongeschikt voor bewoning. De verdiepingen zijn daarvoor echt te klein. En ik denk niet dat de vuurtoren in het boek veel groter zal zijn dan die van Texel. Het is een soort van extreem onhandig Tiny House.