MaandMoves: maart 2021

Dit jaar ga ik proberen om elke maand op de laatste dag een soort van maandoverzicht te geven. Ik heb dit eerder geprobeerd met weekoverzichten, maar dat heb ik algauw opgegeven; te veel moeite. Een maand is een wat langere periode en ik hoef dan ook wat minder gedetailleerd op zaken in te gaan.

Maart

Maart is de maand die bijna net zo heet als ik ;>) De maand waarin ik geboren ben. De maand waarin de lente begint. De maand waarin het zowel ijskoud als lekker warm kan zijn. De maand waarin de klok wordt verzet en het eindelijk weer lang genoeg licht is om ’s avonds naar het bos te gaan voor een wandeling. Je zou maart ook de maand van een nieuw begin kunnen noemen.

Natuurlijk mochten we weer stemmen deze maand. Ik stemde – zoals altijd – op een linkse partij en helaas verloren die flink. Ik vrees dus dat we kunnen fluiten naar de bouw van meer betaalbare sociale huurwoningen, verhoging van het minimumloon, concrete oplossingen voor het klimaatprobleem en nog wat andere zaken die ik belangrijk vind.

Wandelen, geocaching en Munzee

Het was in maart aanzienlijk beter weer dan in februari en er werden dan ook veel geocaches gevonden; 73 in totaal. Daar moet wel bijgezegd worden dat er heel veel labcaches bij zaten en daar telt elk waypoint als een apart punt, dus dat tikt nogal door.

Ook werden er voor het eerst sinds oktober 2020 weer een paar korte treinritjes gemaakt om op de geocachingplaats van bestemming te komen. Zo wandelde ik (ik geloof al voor de derde keer) de NS-wandeling Edelhertenroute van station Boxtel naar station Best; helaas zagen we weer geen edelherten, maar we vonden wel een aantal geocaches. De week erop gingen we weer naar Best, dit keer voor een geocachingwandeling over de Nieuwe Heide. In Breda logden we maar liefst vier labcaches via een stadswandeling die eindigde met storm en regen (dat was minder leuk).

Verder was er nog een zeer modderige wandeling door de Mortelen (we doopten het om tot de Modderen) bij Boxtel/Oirschot. En tijdens een geocachingwandeling door de Boswachterij Dorst (bij Rijen) vond mijn moeder haar 3000ste geocache. Met mijn mede-Heideroosjes Anke maakte ik ons geocaching Project bij Diessen af: de laatste Staycation-wandeling ging door de bossen bij Esbeek, langs uitkijktoren de Flaestoren (natuurlijk zijn we daar in geweest, hoewel ik er al eens eerder op geweest was) en het gelijknamige water de Flaes.

Wat betreft het Geocaching Datum Project ging het niet al te best: van de zes data werd er slechts eentje opgevuld: een datum die dit jaar op een zondag viel. Alle andere data vielen op werkdagen in de winterhelft van de maand en dan is het gewoon niet te doen om ’s avonds nog te gaan geocachen. Dus blijven er nog vijf data staan voor volgende jaren. Naast al deze geocachingwandelingen maakte ik ook nog wat niet-geocaching wandelingen in mijn “achtertuin”: de Oisterwijkse bossen en vennen en de Kampina. Tijdens de wandelingen in Best, Breda en Rijen werden er ook nog flink wat Munzees gevangen: zowel virtuele als fysieke. Daardoor ging ik over naar een hoger level: level 106 it is.

Ook ging ik nog (virtueel) naar Mars om een bijzonder trackable-code te scoren die op een onderzoeksvoertuig op de Rode Planeet gegraveerd staat. Dit leverde een souvenir op. Later in de maand scoorden we ook nog een Wonder Souvenir, maar daar krijg ik altijd een lachbui van, omdat ze net doen alsof je allemaal natuurlijke wereldwonderen hebt bezocht, zoals bijvoorbeeld de Grand Canyon, terwijl ik midden-Brabant niet uit ben geweest. Maar als Groundspeak (de organisatie achter geocaching en waymarking) de Flaes de Grand Canyon wil noemen: mij best.

Spelletjes

Tja, het spelen van spelletjes heeft nog steeds te lijden onder die irritante avondklok. Er werd wel wat gespeeld zowel online op Bordspelarena, als fysiek maar lang niet genoeg. Wel heb ik een nieuwe verslaving: CuBirds. Het begon online en toen heb ik het spel ook in het echt gekocht. Het is een heel verslavend spelletjes en die verslaving is heel besmettelijk, want iedereen wil steeds doorspelen tot ze een potje gewonnen hebben. Hoewel de spellen helemaal niet op elkaar lijken is het qua verslaving wel vergelijkbaar met een andere favoriet: Splendor. De avondklok gaat nu naar 22 uur, dus ik hoop dat er daardoor ruimte komt om weer vaker fysiek spellen te kunnen spelen.

Lezen en kijken

Ik las iets minder boeken dan in de eerste twee maanden van het jaar, namelijk maar acht. Zes romans van vrouwelijke schrijvers. Ik vond de Weesmeisje-trilogie van Anne Jacobs wel lekker weglezen (wel stomme titels, maar dat is vaker bij romans). Er schijnt ook nog een vierde boek te zijn, maar de bibliotheek heeft dat niet: bummer! Het geheime kistje van Elle vond ik ook wel aardig, hoewel ik het geschiedenisgedeelte veel beter vond dan het gedeelte in onze tijd (ik vond met name de hoofdpersoon Janna een vrij ergerlijke vrouw). Wel een triest stukje oorlogsgeschiedenis. De Ierse erfenis van Karen Swan las heel lekker weg, in tegenstelling tot een andere boek van haar, De Spaanse belofte waarik heel moeizaam doorheen kwam vanwege de vreemde keuze voor de hoofdpersoon. En het tot nu toe eerste en enige boek wat geschreven is door een man, te weten Confettiregen van Splinter Chabot. Hij was ook kandidaat van Wie is de Mol? dit jaar en dat was een van de redenen waarom ik dit boek leende bij de bibliotheek. De andere reden was dat het een van de leestips was van de boekenkaartjesswap waar ik deze maand aan meedeed. En dan las ik nog de nieuwste Sarah J. Maas; fantasy van de bovenste plank. Hof van Zilveren Vlammen dus, deel 6 in deze serie. Ik was de eerste lener, dus las een hagelnieuwe biebboek. Tja, het lijkt wel alsof Maas steeds langdradiger gaat schrijven. Blij vlagen vond ik het een fijn boek, maar het had makkelijk 200 pagina’s korter gekund. En misschien begin ik Young Adult toch te ontgroeien…

Goed de finale van Wie is de Mol? was natuurlijk begin maart en het was dan toch Renée; om heel eerlijk te zijn vond ik haar niet de beste Mol ooit. Toch zat ik eerst heel lang op Marije en werd Rocky ook nog flink geframed als Mol. Wel fijn dat de finale door de omstandigheden weer zonder publiek was; lekker veel tijd voor molacties (niet zoveel echt goede dit jaar) en napraten met de kandidaten.

Daarna begon De Verraders waar de makers van WIDM ook een vinger in de pap hebben. Het programma is een soort kruising tussen het spelletje Weerwolven van Wakkerdam, Wie is de Mol?, de eilandraad van Expeditie Robinson en een legende over een zilverschat. Tja, hoewel ik dit seizoen nu wel af ga kijken vind ik dat er een paar missers in het programma zitten. Ten eerste dat de kijker al meteen weet wie de verraders zijn. Het was veel spannender geweest als wij hadden moeten raden wie de verraders zijn, dat hele zoekspel is nou juist het leukste aan WIDM. Ze hadden dat best op kunnen lossen met alleen op de Verraders te filmen als ze die mantels aanhebben en stemvervorming te gebruiken tijdens de vergaderingen. Of die vergaderingen pas te laten zien na de ontknoping. Verder vind ik het ook wel jammer dat de Verraders die opdrachten niet hoeven te saboteren, omdat ze zelf het zilver kunnen winnen. En dat zilver is ook zoiets: wat is de waarde van dat zilver? Moeten ze dat nog om gaan smelten tot munten? Naar een juwelier brengen? Ik wil de waarde weten van waar ze voor strijden. Wel grappig is dat ze in een kasteel in Limburg zitten (Kasteel Erenstein in Kerkrade) en dat veel plaatsen herkenbaar zijn, omdat ik vorig jaar ook een paar dagen in Kerkrade ben geweest. Ik heb toen ook de trappen van de Wilhelminaberg beklommen.

Ondertussen is ook de Belgische editie van De Mol begonnen en ondanks dat er pas twee afleveringen zijn geweest, waren die allebei superspannend. Tot nu toe wint De Mol het dit jaar ruim van Wie is de Mol? en het verplettert De Verraders zonder meer.

En ja, uit nostalgie kijk ik ook Op zoek naar Maria, ondanks dat ik de Sound of Music niet echt een geweldige musical vind en die al ik weet niet hoe vaak is opgevoerd in Nederland. Wat mij betreft mag Nandi winnen, hoewel Natascha wel de ontdekking van het programma is. Derde finalist Tessa heeft al een paar hoofdrollen gehad en ik vind haar ook niet zo het type voor Maria.

Ook nog naar de aflevering van Ik Vertrek gekeken met de mensen uit Berkel-Enschot; de plaats waar ik werk. Ik ken de mensen verder niet. Wel leuk om straten uit B-E te herkennen in de aflevering.

Cavia-switch

Er was ook nog verdriet deze maand; op de eerste dag van de lente moest ik afscheid nemen van mijn oudste cavia Freek. Hij was al een paar weken niet helemaal “goed” en leek een soort van beroerte te hebben gehad. Omdat hij nog wel at en een beetje rondliep, hoopte ik dat het nog goed zou komen, maar helaas heeft hij het toch opgegeven. Met drie jaar en tien maanden was hij niet extreem oud voor een cavia. Freek was een heel erg lief beestje (zowel naar mensen toe, als naar andere cavia’s toe), misschien wel de allerliefste cavia die ik ooit heb gehad (hij was nummer 18, dus ik heb er veel gehad). Freek heeft drie vriendjes gehad: eerst zijn broer Frinn, die onverwacht en jong stierf, daarna Fjord die slechts zeven weken oud werd en daarna kwam Fenno. Fenno bleef dus alleen achter en vertoonde meteen eenzaam gedrag: klagelijk gepiep, zoeken naar Freek die er niet meer was, zielig in een hoekje zitten. Het was dus snel duidelijk dat er een nieuw vriendje voor Fenno moest komen en het liefst zo snel mogelijk. Fenno is ook amper 1,5 jaar oud, dus ook nog vrij jong.

Het probleem met beertjes (mannetjes) is dat je ze alleen kan koppelen aan een babybeertje. Een koppeling tussen twee oudere beertjes loopt vrijwel uit op vechten. Dus begon mijn zoektocht naar een babybeertje. Die vond ik uiteindelijk en zo kwam vijf dagen na Freeks dood zijn opvolger al in huis. De mini-cavia heet Frido (mijn cavia’s krijgen al jarenlang een naam die begint met een F) en is- net als Fenno zelf – een driekleurige cavia. Wel is Frido een echte gladhaar en is Fenno wat ik “golvend borstelig” noem ;>) Van achteren zijn hun kleuren bijna gelijk, maar op hun kop is het anders; Fenno heeft een zwarte kop met een witte streep over zijn neus; Frido heeft een bruine kop met een soort van zwarte bliksemschichtstreep over zijn oog; zijn bijnamen zijn dan ook al Piraat en Zorro. De bruintint van Frido is ook net iets lichter dan die van Fenno. Goed, ik kan dus uren over cavia’s – Frido is de 22e cavia in mijn leven – praten, want ik ben nou eenmaal een #crazyguineapiglady maar ik zal er nu mee stoppen. Wel hoop ik dat Fenno en Frido allebei heel oud gaan worden in goede gezondheid.

Verder

Ben ik vandaag – op de laatste dag van maart – jarig. Mijn tweede lockdown-verjaardag, dus weer zonder een echt feestje. Ik had graag mijn verjaardag en het feit dat ik eindelijk geslaagd ben met een feest willen vieren. Vorig jaar dacht iedereen nog dat de hele corona-crisis maar een paar weken zou duren, ondertussen zijn we dik een jaar verder en is het op de tijdelijke versoepelingen in de zomer na eigenlijk alleen maar erger geworden. Ik vrees dat we er voorlopig nog niet vanaf zijn. In ieder geval ben ik wel heel blij met het verzetten van de klok en langer daglicht. En dat de limiet van de avondklok van 21 uur naar 22 uur gaat. Dat schept voor mij wel weer wat mogelijkheden, hopelijk voor andere mensen ook. Ik heb in ieder geval zin in het lekkere lenteweer van april. Ook al weet ik nu ook al dat ik dan veel last zal hebben van hooikoorts (dat is nu al begonnen), want ik ben vreselijk allergisch voor alles wat bloesem en katjes heeft…

Geocachingverhalen uit het verleden: Op de koffie in Helmond

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 25 maart 2016:

Mijn moeder en ik brachten deze Goede Vrijdag door in Helmond met geocaching, winkelen en een heerlijke Italiaanse lunch.

Helmond

Ik wilde al een hele tijd naar Helmond, omdat daar twee winkels waren, waar ik graag eens naartoe wilde: Fairyland, een fantasywinkel en de Disneywinkel Neverland. Er bleek ook nog een stadscache te zijn. Maar die winkels zijn niet open op mijn vrije maandag en ik werk op zaterdag, dus moest ik wachten tot ik een keer vrij zou zijn van school (vrijdag was schooldag). Helaas blijkt het op die dagen altijd te regenen ofzo. Vandaag waren er geen colleges vanwege Goede Vrijdag. Helaas regende het ook nu weer, maar ’s middags zou het droog worden. Mijn moeder werkt niet op vrijdag en wilde ook wel mee. Dubbel zo gezellig.

Met de trein ben je in drie kwartier in Helmond. We besloten eerst de cache te gaan doen. Het miezerde wel nog steeds en het was een foto-zoektocht, dus na 2 waypoints was ons blaadje al doorweekt. Gelukkig waren de foto’s over het algemeen wel goed te vinden. Ik had ooit ergens gelezen dat Helmond de lelijkste stad van Noord-Brabant zou zijn, maar wij vinden het wel een leuke stad. Tot nu toe kenden we alleen het theater, dat in de kerk is gebouwd (Theater het Speelhuis). Tijdens de geocachingwandeling zagen we ook veel mooie pleintjes en veel kunstwerken. Ook is er een kasteel, maar dat stond helemaal in de steigers, dus niet zo geschikt voor foto’s. Wel een goed teken dat ze het op aan het knappen zijn, natuurlijk (er zit een museum in; Museum Helmond). Het enige jammere aan de cache was eigenlijk dat het maar een micro was, die ook nog eens op een parkeerplaats lag. Maar dat is natuurlijk minder ripgevoelig. En het gaat natuurlijk om de wandeling, niet om het resultaat. Wel mooi een multi op de lijst erbij.

Het was ondertussen droog geworden en wij gingen op zoek naar de fantasywinkel. Ik geloof dat we daar een uur binnen zijn geweest en het was helemaal geweldig; zowel de inrichting als het assortiment. Ik heb er van alles gekocht (want fantasy-items en boardgames en boeken, al mijn favorieten bij elkaar) en mijn moeder ook (wel minder dan mij). En toen ik zei dat ik volgende week jarig ben, pakte de verkoopster ook nog alles leuk in. Waarschijnlijk heb ik wel eens eerder iets bij deze winkel gekocht, want ze blijken ook op Elfia te staan. Volgende maand maar eens op letten, dan, als het weer Elfia is.

We bezochten nog wat andere winkels en vonden toen Il Borgo, een Italiaanse lunchroom. Het eten daar was bijzonder lekker. Hierna gingen we op zoek naar de Disneywinkel, die lag buiten het centrum. Hier heb ik niets gekocht, want alles was bijzonder prijzig en ze hadden niets van mijn favoriete Disneykarakter: de 3-ogige alien uit Toy Story. Maar het was wel leuk om eens doorheen te lopen, het leek de Efteling wel. Na nog een bliksembezoek aan de Action was het tijd om naar het station te gaan. We moesten voor 16 uur inchecken, want anders hadden we geen korting en we wilden op tijd thuis zijn en niet tot 18.30 uur wachten.

Wat ik hier op 25 maart 2021 nog aan toe te voegen heb:

Haha, dit lijkt wel een reclameverslag/shoppinglog van een dagje de toerist uithangen in Helmond. Ik krijg bijna zin om nog eens een dagje te gaan shoppen in Helmond, maar ja lockdown… Beide winkels hebben wel een webshop en ik ben Fairyland ook nog een paar keer tegengekomen op Elfia.

Overigens ben ik in 2019 nog wel in het museum in het kasteel geweest met mijn toenmalige museumkaart. Helaas was Fairyland (zit nu in Aarle-Rixtel) toen al vertrokken uit Helmond en Neverland was die dag gesloten.

Geocachingverhalen uit het verleden: over Rondjes en Staartjes

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 18 maart 2019:

Over hoe ik een 5-cache-datum oploste met behulp van Rondjes en Staartjes in de polders rondom Gorinchem.

De polders bij Rondje

Rondjes en Staartjes

Ik had een keer op maandag vrij van school (ik volgde in deze periode een voltijdminor) en omdat het een 5-cache-datum was, besloot ik eens ruig te gaan geocachen. Met de trein naar Gorinchem, daar een OV-fiets gehuurd en op naar Rondje/Staartje, twee series die vlakbij elkaar liggen en die al heel lang op mijn verlanglijstje staan. Dat het bijna 11 kilometer fietsen was vanaf het station, deed er niet zoveel toe. De fietstocht was door de polders en de wind viel mee, dus ik schoot best goed op. Aangekomen bij het cachegebied bleek het om een prima boerenommetje te gaan, door de weilanden, langs paadjes met knotwilgen en zelfs een stukje bos. Ik vond de ene na de andere cache, maar had ook twee not-founds.

Stukje bos bij Rondje

Het laatste stukje van het Rondje was iets minder, daar moest je langs een asfaltweg lopen en de auto’s raasden daar voorbij. Niet dat er heel veel auto’s waren, maar blijkbaar was dat juist een reden om erg hard te rijden en ik voel me als wandelaar dan erg onveilig.

Typisch Hollands beeld in de polders van de Alblasserwaard

Na het Rondje ging ik verder met het Staartje, in het gebied aan de overkant van de weg. Dit was een heen en weer terug route van in totaal 5 kilometer. Dit keer vond ik wel alle caches en maakte ik een paar mooie foto’s. Aan het einde moest ik dus omdraaien en 2,5 kilometer terug wandelen, maar dat was niet echt een straf. Ik was ondertussen de 16 uur gepasseerd, dus moest de spits doorbrengen in deze omgeving (vanwege de voltijdminor moest ik regelmatig naar de Hogeschool van Amsterdam, de goedkoopste optie was een Dal Vrij-abonnement op de trein, want als deeltijdstudent heb je helaas geen recht op gratis reizen met het ov).

Het landschap bij Staartje

Daarom besloot ik om de Genieten van de Waard fietsserie af te maken. Daar zijn mijn moeder en ik ooit aan begonnen in de zomer van 2014, maar toen kwamen we in tijdnood. Ondanks allerlei voornemens hebben we de serie nooit afgemaakt. Dat besloot ik nu te doen, omdat die caches mooi richting het station lagen. Het was een fijner stuk fietsen dan de route die ik op de heenweg had genomen en ik vond ook nog de laatste negen caches van de serie. Ik noteerde nog braaf de hints voor de bonuscache, maar ik denk niet dat ik de aantekeningen van toen nog heb, dus die bonuscache gaat er waarschijnlijk nooit meer van komen.

Genieten van de Waard

Na de laatste cache van de serie was het nog een paar kilometer naar het station. Ik pakte nog een cache van de serie Schelluinen mee, omdat die mooi op de route lag, maar die was heel slecht onderhouden, dus dat vond ik jammer, omdat alle andere caches van vandaag dat wel waren. Ik kwam ongeveer om 18.20 uur op het station aan, plantte de OV-fiets terug in de box en kon nog mooi met de trein van 18.25 uur mee. Ik was over Geldermalsen gekomen, maar had nu besloten om over Dordrecht naar huis te gaan. In tijd maakte dat overigens niets uit. Ik las tijdens de heen- en terugreis bijna een heel boek uit, want hemelsbreed is Gorinchem niet eens zo heel ver van Oisterwijk af, maar met de trein reis je heel raar vanwege de ligging van het spoor en moet je vaak overstappen. Ik kwam wel thuis en heb daar nog lekker wat gegeten.

De tolbrug

Voor Nederland was dit een zwarte dag, vanwege de tramaanslag in Utrecht. Omdat ik zelf heel vaak met het openbaar vervoer reis, vond ik dit extra heftig. Puur persoonlijk gezien was het voor mij een goede geocachingdag met heerlijk lenteweer. Uiteindelijk vond ik maar liefst 45 caches vandaag. Hoewel mijn voorkeur tegenwoordig bij slowcaching ligt, is zo’n slagdag soms toch best lekker voor de statistieken.

Donkere wolken, maar het bleef droog

Wat ik hier op 18 maart 2021 nog aan toe te voegen heb:

Dit was een prachtig micro-adventure, ondanks het zwarte randje van de tramaanslag.

Geocachingverhalen uit het verleden: landgoederen en kastelen

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 11 maart 2011:

De laatste dag van een korte vakantie in een hotel in Ede.

Het landgoed

De ochtend verlieten we na het ontbijt het hotel. Voordat we naar huis zouden gaan, zouden we nog een cache gaan doen. Die cache werd Voorstonden, een route over een landgoed. Van dezelfde maker hadden we een paar dagen eerder Leusveld gedaan. Alleen waren ze dit landgoed met zwaar materiaal aan het verbouwen en waren aan het begin van de route niet alle waypoints bereikbaar. Ik gokte van alles bij elkaar en dat bracht ons uiteindelijk nog bij de cache, maar het was niet echt heel leuk geocachen op deze manier. De cache overleefde de renovatie van het landgoed niet en ging vrij snel daarna in het archief.

De kastelen

Omdat we de vakantie wel af wilden sluiten met een cache waar we een goed gevoel over hadden, haalde ik mijn moeder over om Kasteel tot kasteel te gaan doen. Ik vond de cache-naam interessant en zette de cache in de watchlist. Grappig om hem dan nu eindelijk zelf te gaan lopen. De route liep door het dorpje De Steeg. Dit telde twee kastelen. Het eerste kasteel was meer een landhuis en stelde niet zo veel voor. Ik vond de straat met de rieten daken (het strooien dorp) veel interessanter en mijn moeder was weg van het beeld van het echtpaar Carmiggelt. De route eindigde bij een tot kuuroord verbouwd kasteel op de top van een heuvel. Dat zag er al veel beter uit, als je het dan over een kasteel hebt. In het kasteelpark vonden we na een tijdje zoeken met wat afwijking de cache. We vonden het niet echt vervelend dat het geen rondwandeling was en dat we terug moesten lopen naar de auto. Het was een bijzonder mooi dorpje. Na deze cache reden we terug naar Noord-Brabant.

Wat ik hier op 11 maart 2021 nog aan toe te voegen heb:

Zo’n multi als Kasteel tot kasteel is eigenlijk het allerleukste om te doen. Geocachen, wandelen en iets van cultuur en historie opsnuiven ineen.

Geocachingverhalen uit het verleden: geofietsen op Texel

Elke donderdag – Throwback Thursday – verschijnt hier een verslag online uit het roemruchte geocachingverleden van de Heideroosjes.

Vandaag gaan we terug naar 4 maart 2014:

Mijn moeder en ik waren op vakantie en maakten het waddeneiland Texel onveilig per fiets.

De Cocksdorp

Na het ontbijt hadden we enige moeite om huurfietsen te krijgen. Doel van vandaag was alle caches meepikken tussen ons huisjespark bij De Cocksdorp en Oudeschild. En ook alle punten van de Mythe van Texel, de lange fietsmulti op het eiland. Mijn moeder had die al ooit gedaan, maar ik wilde hem ook graag doen. De eerste cache werd de earthcache Eierland, ook die was al gedaan door mijn moeder. Mooi stukje duinen hier. Het eerste punt van de Mythe was bij de vuurtoren, die dit jaar 150 jaar bestaat. Hier moest ik voor de cache op de foto met een steen, maar ik vond het eigenlijk maar een lelijke steen.

Via nog wat punten kwamen we aan in De Cocksdorp, hier was een voortuincache te doen, bij een personeelslid van Landal. Bij de fietsenverhuur hadden ze al gezegd dat ze een collega hadden die bezeten was van geocachen (nadat ze ons gps’sen had gezien). Het was een TB-hotel in een vogelhuisje, maar helaas weer geen trackables. De Cocksdorp is in dit jaargetijde uitgestorven, er was slechts 1 winkel open en daar zijn we wel even doorheen gelopen.

Na wat foto’s van mij als kapitein in de reddingssloep voor de winkel, gingen we weer verder. We fietsten langs De Schicht, een kunstwerk dat eigenlijk over de dijkafsluiting gaat, maar dat meer doet denken aan een bliksemschicht en hier kon ik nog een earthcache oplossen. Vervolgens fietsten we door het natuurgebied De Schorren en aan het einde zat er een cache in het informatiebord verstopt. Mijn moeder had deze laatste twee caches al eerder gevonden.

Oosterend

Na weer wat punten van de Mythe-cache kwamen we aan in Oosterend. Hier hebben we een omweg gemaakt voor een aantal caches en wat punten van de beeldencache. Eerst het Boerenommetje, dat mij deed denken aan de boerenommetjes in Noord-Brabant. Ze verschillen niet eens zo heel van elkaar, alleen heb je op Texel overal walletjes rondom de weilanden liggen, omdat er geen bossen – dus geen hout – op het eiland waren, in het verleden. In Noord-Brabant was natuurlijk hout genoeg. Ondertussen was het zonnetje gaan schijnen, ’s morgens was het bewolkt en best wel kil. Nu werd het snel warmer. Er ligt tegenwoordig een cache verstopt bij de Reuze-aardbei, die staat er al vele jaren en we zijn er al vaak geweest, maar nu was er dan ook de cache Rood Snoepgoed te loggen. Hierna volgde Expeditie Hoogezandskil, een cache vanaf het dijkje aan het einde van de weg waaraan de camping lag waar een oom en tante vroeger een caravan hadden, dus zeer bekend terrein voor ons. Vroeger mocht je hier niet wandelen, maar nu zijn er dus veel boerenommetjes open gesteld op het eiland. We hadden wat discussie over via welke kant van het water je de cache moest bereiken, maar uiteindelijk bleek er een pontje te zijn; zo’n vlot waarbij je jezelf via een kabel naar de overkant moet draaien. Kijk, zulke dingen vind ik erg leuk, dus vol enthousiasme naar de overkant gegaan met het vlot. Superleuk.

We hadden honger gekregen, maar er was niet zoveel open in het slaapdorp Oosterend. Uiteindelijk kwamen we terecht bij het enige café dat open was, hier hadden ze wel een lekker broodje met Texelse kruidenkaas. Gevoed en gedrenkt konden wij weer verder met onze fietstocht.

Oudeschild

De laatste punten van de eerste helft van de Mythe volgden en zo kwamen we aan in het havenplaatsje Oudeschild. Dit plaatsje heeft veel van zijn oude glorie verloren. Van de winkeltjes, die ik me van een aantal jaar geleden herinnerde was er geen eentje meer over. Het begon ook nog te miezeren, dus daar ging mijn goede beeld van Oudeschild. Wel was er een vestiging van Kees de Waal, waar ik nog nooit geweest was, dus daar zijn we gaan schuilen en hebben we een hele tijd rond gekeken, tot de regenbui over was.

Toen we weer buiten stonden, zijn we nog de cache bij Fort Lunette gaan doen, dit is een van de drie forten die vlakbij Oudeschild liggen, vroeger hebben we ook al ooit een cache bij Fort de Schans gedaan. Van die laatste is meer overgebleven dan van Fort Lunette, daar ligt alleen de vorm in het terrein en een paar brokken ruïne-steen. Omdat het erg bewolkt werd en er af en toe al een druppel uitviel en het ook al laat begon te worden, besloten we om terug te gaan fietsen. Het was nog een flink aantal kilometers naar ons huisje en we hadden tegenwind. We zijn nog een keertje voor een beeld gestopt en fietsen het laatste stukje door de duinen. Ik herinnerde me dit stuk als heel druk en met in file fietsende mensen, nu waren wij de enige twee fietsers. Groot verschil tussen het aantal toeristen in de winter en de zomer.

Wat ik hier op 4 maart 2021 nog aan te voegen heb:

Ah Texel! Vroeger kwam ik er bijna elk jaar en nu ben ik er dus sinds bovenstaande week in 2014 niet meer geweest. De Mythe van Texel werd uiteindelijk niet meer gevonden die week, dus die staat nog steeds op mijn verlanglijstje (hij bestaat nog wel). Er zijn ondertussen meer dan 20 nieuwe caches die ik nog niet heb gevonden bijgekomen. Verder is er een tweedaagse NS-wandeling (vrij hilarisch, want er is helemaal geen spoorrails op het eiland te bekennen) te doen op het eiland en die staat ook hoog op mijn bucketlist. Dus als er ooit een einde komt aan de lockdown en je weer normaal naar Texel kan, dan wordt het hoog tijd om weer eens te gaan.